De voorgangers van Yves Lampaert: ook voor hen was geel het hoogtepunt in hun carrière
‘Mijn carrière is geslaagd’. Met die woorden vatte Yves Lampaert vrijdag zijn triomf in de openingstijdrit van de 109de Ronde van Frankrijk samen. Als Belg in het geel in de Tour, het is iets waar de voorbije twintig jaar maar weinig landgenoten in slaagden. Onder meer veelwinnaars Tom Boonen, Philippe Gilbert en Greg Van Avermaet pronkten enkele dagen in de gele leiderstrui, maar voor deze renners was le Maillot Jaune hét hoogtepunt in hun wielerloopbaan.
2013 – Jan Bakelants (2 dagen geel)
In de tweede etappe van de 100ste Ronde van Frankrijk kende Jan Bakelants de grootste triomf uit zijn carrière. In de rit van Bastia naar Ajaccio op het eiland Corsica schoof Bakelants mee in de vroege ontsnapping en daar reed hij in de laatste hectische slotkilometers uit weg. Het peloton kwam aangestormd voor de verwachte massasprint, maar kwam net een fractie te laat. Bakelants hield één luttele seconde over op sprinters Peter Sagan en co, maar die ene seconde zorgde er wel voor dat hij de gele trui mocht aantrekken. Een stunt van formaat waarvan de beelden voor altijd in het wielergeheugen gegrift staan. Twee dagen later moest Bakelants na een ploegentijdrit het geel afstaan aan Simon Gerrans.
2001 – Marc Wauters (1 dag geel)
Geel veroveren in de Tour is sowieso geweldig, maar de gele trui bemachtigen in België is nog net iets specialer. Het overkwam Marc Wauters in 2001 in Antwerpen. Na een rit van meer dan 220 kilometer met start in havenstad Calais. Na een lastige etappe liet Wauters in een sprint met dertien renners enkele mooie namen achter zich. Robert Hunter, Stuart O’Grady, Davide Bramati, Rik Verbrugghe, Erik Dekker en Ivan Basso: die dag moesten ze in Antwerpen allemaal het hoofd buigen voor de 32-jarige Belg van Rabobank. De volgende dag reed Wauters met het geel om zijn schouders door zijn woonplaats Lummen. Een mooier sprookje valt haast niet te schrijven.
1995 – Johan Bruyneel (1 dag geel)
Met zijn ritzege en bijhorende gele trui trad Marc Wauters in de voetsporen van Johan Bruyneel. Zes jaar eerder, in 1995, won Bruyneel de zevende etappe met aankomst in Luik. Op 25 kilometer van de streep ontplofte de koers zoals een waar Ardennenoffensief. Miguel Indurain, de Spaanse berggeit die twee weken later de Tour op zijn naam zou schrijven, viel aan op de Mont Theux. Johan Bruyneel kon als enige volgen, hing vervolgens bijna de hele tijd in Indurains wiel en kon aan de streep het zegegebaar maken.
Voor Indurain was de prelude van de laatste van vijf eindzeges op rij, voor Bruyneel het topmoment in zijn wielercarrière. Eén dag later moest Bruyneel zijn gele trui alweer afstaan aan diezelfde Indurain na een tijdrit van 54 kilometer.