Direct naar artikelinhoud
AchtergrondTv

‘We wilden hem genuanceerder portretteren dan als een eendimensionaal monster’: Michaël R. Roskam over ‘Black Bird’

Scène uit 'Black Bird'.Beeld Apple

Kijk vooral naar Black Bird op Apple TV+ als u durft, want het is een diep onder uw huid krieuwelende, waargebeurde vertelling over een voor drugdelicten geïnterneerde crimineel die in het uithoren van een seriemoordenaar zijn ticket uit de gevangenis ziet. Michael R. Roskam, bekend van Rundskop en Le fidèle, regisseerde de eerste afleveringen en was een van de uitvoerende producers.

Met We Own This City en Tokyo Vice zagen we dit jaar een nieuw subgenre opdoemen in tv-fictie: creatief verdichte bewerkingen van het soort true crime-verhalen die voorheen eerder naar het scherm kwamen als een documentaire. De trend is al eventjes in opmars – de afgelopen vijf jaar zagen we ook al sterke true crime-bewerkingen als Escape from Dannemora en When They See Us opdoemen – maar het afgelopen halve jaar lopen ze wel bijzonder dik.

Ook Apple TV+-minireeks Black Bird voegt zich bij dat rijtje. De reeks is gebaseerd op een memoire van cocaïnedealer Jimmy Keene (in de reeks vertolkt door Taron Egerton), die enkele maanden na zijn arrestatie en veroordeling voor een keuze wordt gesteld: ofwel tien jaar verder brommen in een gevangenis met minimale bewaking, ofwel meteen vrij als hij dankzij zijn zorgeloos sympathieke karakter vriendjes wordt met seriemoordenaar Larry Hall (Paul Walter Hauser) om te weten te komen waar die de lichamen van achttien vermoorde meisjes heeft begraven. Maar daarvoor moet hij wel verkassen naar een streng bewaakte gevangenis die crimineel gestoorde bajesklanten huisvest.

Michaël R. Roskam tijdens de première van 'Black Bird' in Los Angeles.Beeld Photo News

Hard boiled

“Wat we hebben gemaakt blijft uiteraard fictie. Hier en daar hebben we ons wat vrijheden gepermitteerd, maar het ligt aardig dicht bij de waarheid”, zegt Belgisch regisseur Michaël R. Roskam, die de drie eerste afleveringen regisseerde en een van de executive producers van de reeks is. “Het is een uitdaging voor een maker om verder te gaan dan de pure reconstructie van zulke gebeurtenissen, en er een deconstructie van te maken. Ook brengen zulke true crime-verhalen ons naar een plek waar we niet willen zijn, waar dingen op scherp staan. Zoals een psychiatrische gevangenis. We zijn allemaal een samenstelling van verschillende persoonlijkheidskenmerken, alleen gaan die bij sommigen onder ons woekeren naar extremen als narcisme, paranoia, schizofrenie, enzovoort. Dat zijn dingen die we allemaal min of meer in onszelf herkennen, alleen hebben sommigen onder ons de pech dat een ervan bij hen overheerst, als een stoornis. True crime-verhalen brengen zulke interessante figuren naar het scherm. Hall is overduidelijk een psychopaat, maar Keene kun je natuurlijk ook niet helemaal normaal noemen: hij heeft iets narcistisch, een zekere obsessie voor zichzelf.”

Dat alle personages in Black Bird hun drijfveren authentiek zijn – en niet zelden gedreven door de noden van de personages hun milieu – heeft de reeks ook te danken aan showrunner Dennis Lehane. Die bracht als misdaadschrijver rond het begin van de eeuw, samen met George Pelecanos, het genre van de naturalistische hard boiled misdaadroman terug, en breidde dat ondertussen ook al uit naar tv-reeksen. Na hun eerdere samenwerking aan de film The Drop (2014) troffen Lehane en Roskam elkaar weer in Black Bird.

“Het feit dat Lehane de auteur van de reeks is, was voor mij een belangrijke drijfveer om dit project te doen”, zegt Roskam. “Wanneer je met een schrijver van dat kaliber te maken krijgt, weet je: dit zit wel lekker. Ik werd als regisseur aangetrokken om mee de kar te trekken, de visuele stijl te bepalen, de creatie naar het scherm te vertalen. Onder meer door invloeden van schilder Giorgio Morandi’s pastelcomposities in de kleur van de gevangenisbeelden te brengen. De vleugels van de gevangenis in Black Bird baden in zachte, fluffy, bijna suikerachtige kleuren, terwijl er binnen die muren de grootste waanzin gebeurt. Zo’n gevangenis voor crimineel gestoorde gedetineerden is iets verschrikkelijks, de hel op aarde. Dat wilde ik doen contrasteren met die zachte pasteltinten.”

De relatief onbekende acteur Paul Walter Hauser zet seriemoordenaar Larry Hall neer als een gelaagde, kwetsbare figuur.Beeld Apple

Kwetsbare figuren

Bij verhalen over seriemoordenaars wordt er al te vaak de gemakzuchtige piste gekozen om de dader neer te zetten als een onpeilbaar kwaad. Maar Lehane en Roskam kozen de minder evidente weg: de vertelling onderneemt verdienstelijke graafwerken naar de wortels van de psychische aandoening die Larry Hall tot lustmoorden bij minstens achttien jonge meisjes dreef, en de seriemoordenaar wordt geportretteerd als een kwetsbare, tragische figuur. De verschillen met hoofdpersonage Jacky Vanmarsenille (Matthias Schoenaerts) uit Roskams debuutfilm Rundskop (2011) zijn talrijker dan de gelijkenissen met Hall, maar die laatste zijn er wel.

“Het zal, vanuit mijn werk, niemand verbazen dat ik meteen een grote interesse en fascinatie koesterde voor de figuur van Hall”, zegt Roskam. “Hauser slaagde er ook in om precies de gelaagdheid in het personage te brengen die we nodig hadden. Hij weet zelfs medelijden voor het personage op te wekken, op een manier die soms confronterend is voor de kijker: je wílt er helemaal geen compassie voor voelen. Het was onze bedoeling om hem op een veel genuanceerdere manier te portretteren dan als een eendimensionaal monster. Ik vond het mooi om die oefening nog eens opnieuw te doen. De verhalen die ik zelf wil vertellen gaan niet zelden over mannelijke machteloosheid, die altijd weer terugkomt in bepaalde archetypes en wordt vertaald in bepaalde vormen van geweld naar zichzelf en de anderen. Dat zat hier ook in.”

``