‘Dokters die veel geld willen verdienen, kunnen beter iets anders gaan doen’

© HATIM KAGHAT

Ze is niet langer de populairste politicus van Vlaanderen, maar daar lijkt ze zich geen zorgen over te maken. Als minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken heeft Maggie De Block wel andere dingen aan haar hoofd. De weerstand van het gros van de gezondheidswerkers, bijvoorbeeld.

Loeiende sirenes en draaiende motoren. Een dertigtal ambulances vatte afgelopen vrijdag post voor het kabinet van minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken Maggie De Block (Open VLD) aan de Brusselse Kruidtuinlaan. Daarmee wilden de Belgische Beroepsvereniging van Ambulancediensten en de Brandweervereniging Vlaanderen aanklagen dat het ziekenvervoer het al jaren met te weinig middelen moet stellen. ‘Eigenlijk kwamen ze helemaal niet tegen mij betogen’, zegt De Block wanneer ze een stoel bijtrekt in haar kantoor, zes hoog in de Finance Tower. ‘Integendeel. Naar mij verwijzen ze als “onze minister”, want ik heb een plan uitgewerkt om die onderfinanciering weg te werken. Het zijn mijn collega-ministers die nu mee moeten uitzoeken hoe ze dat plan kunnen bekostigen. Maar hun kabinetten liggen allemaal in de beveiligde zone waar betogen een pak lastiger is.’

De Block kijkt niet meer op van een manifestatie meer of minder, want dezer dagen klaagt haast de hele gezondheidssector over de besparingen die ze moet doorvoeren. Haar hervormingen gaan volgens sommigen veel te ver, terwijl anderen ze net te mager vinden. Er is amper nog iets over van de hooggespannen verwachtingen bij haar aantreden. Een arts op het zo beproefde departement Volksgezondheid en Sociale Zaken leek toen een geschenk uit de hemel. Even toch.

Op 21 maart betoogt de non-profitsector, de zogenaamde Witte Woede, weer tegen uw beleid. Hebt u evenveel sympathie voor hen als voor de ambulanciers?

DE BLOCK: Eerlijk gezegd begrijp ik die actie niet goed. Minister van Werk Kris Peeters (CD&V) en ik hebben samen met hen een kalender vastgelegd voor de verdere onderhandelingen, en op 23 maart komen hun vertegenwoordigers hier weer langs. Maar ondertussen komen die mensen af en toe voor mijn deur protesteren. Geen idee waarom. Ik weet ook niet hoe het voelt om te betogen, want dat heb ik in mijn hele leven nog nooit gedaan. Ik ben eerder een vrouw van de dialoog.

De dialoog met artsen, tandartsen en kinesisten over de berekening van hun erelonen verloopt niet bepaald vlot.

DE BLOCK: Er liggen moeilijke zaken op tafel. In het najaar, tijdens de begrotingsbesprekingen, hebben we in de regering beslist dat ze maar een derde van de indexering kunnen krijgen. Ik begrijp dat ze daar niet blij mee zijn, maar het is wat het is. Die beslissing is ondertussen door het parlement bekrachtigd en dus kan ik er niets meer aan veranderen.

Maar is dat besef ook bij hen doorgedrongen?

DE BLOCK: Dat denk ik wel. Ondanks de besparingen blijft het budget voor de gezondheidszorg nog altijd groeien. Als enige. Dit jaar geven we 580 miljoen euro méér uit dan in 2016. Maar ook de noden nemen toe, onder andere omdat mensen ouder worden en niet meer sterven aan ziektes die vroeger dodelijk waren. Veel nieuwe medicijnen, onder meer tegen kanker, hepatitis C en hiv, zijn erg duur en dus kost de terugbetaling ervan ons veel geld. Dan spreekt het toch vanzelf dat we willen besparen door de overconsumptie aan te pakken? Waarom wordt bij ons bijvoorbeeld drie keer meer antibiotica voorgeschreven dan in Nederland, waar het even koud en vochtig is? Zulke excessen kunnen we ons echt niet meer veroorloven.

Volgens de Socialistische Mutualiteiten rekenen specialisten, tandartsen en kinesisten in afwachting van de nieuwe tarieven hogere supplementen aan. Met andere woorden: de patiënt is de dupe van het uitblijven van een nieuw tariefakkoord.

DE BLOCK: Veel artsen volgen de afgesproken tarieven, maar er zijn er inderdaad ook die zich er niets van aantrekken. In oktober al, toen het vorige tariefakkoord nog van kracht was, begonnen sommige specialisten al hogere prijzen te vragen. Die mensen moeten we kunnen identificeren. Er zijn bijvoorbeeld chirurgen die voor borstreconstructies een supplement aanrekenen dat negen keer hoger ligt dan het vaste tarief. En wat gebeurde er vroeger toen de terugbetaling opgetrokken werd? Ze begonnen nog meer aan te rekenen. Wij hebben nu een akkoord met de plastisch chirurgen dat de tarieven regelt. Als de mensen daar informatie over willen, kunnen ze op de website van het RIZIV nakijken welke artsen zich aan de afgesproken tarieven houden en welke niet.

Ondertussen voelen veel artsen zich aangevallen omdat de kritiek toeneemt op hun inkomsten en op de ereloonsupplementen die ze aanrekenen.

DE BLOCK: Een tijd geleden nam een nieuwsdienst een van onze persberichten over de herijking van de erelonen over. Maar ze schreven ‘herrijking’, en dát bedoelde ik natuurlijk niet. (lacht)

Betekent het voor sommige specialisten niet net een verarming dat u de erelonen dichter bij elkaar wilt brengen?

DE BLOCK: Degenen die vandaag het meest verdienen, zoals nierspecialisten, zullen inderdaad moeten inleveren. Al wil ik daar wel aan toevoegen dat zij daar – in tegenstelling tot wat vaak wordt beweerd – meestal geen astronomische bedragen aan overhouden, want ze staan tot 90 procent van hun inkomsten af aan het ziekenhuis waar ze werken.

U wilt toch niet beweren dat dokters te weinig verdienen?

DE BLOCK: Als staatssecretaris voor Armoedebestrijding kwam ik in elk geval weinig artsen tegen in de armoedestatistieken. Ik ben 25 jaar huisarts geweest, ik heb altijd de afgesproken tarieven gevolgd en ik heb geen dag armoede geleden. Maar wie voor het beroep kiest omdat hij denkt heel veel geld te kunnen verdienen, kan beter iets anders gaan doen. Hoe dan ook zijn niet de artsen maar de patiënten vandaag het kwetsbaarst. Zij staan centraal in mijn beleid.

Toch stelt 8 procent van de Belgen vandaag doktersbezoeken uit om financiële redenen.

DE BLOCK: Dat vind ik een schande. Om dat tegen te gaan, is er wel een maximumfactuur ingevoerd en is er ook de derdebetalersregeling, waardoor mensen die het financieel moeilijk hebben hun arts alleen het remgeld hoeven te betalen.

In de praktijk passen lang niet alle dokters die regeling toe.

DE BLOCK: Het is nochtans een recht dat niemand mag worden geweigerd. Maar als mensen gezondheidszorgen uitstellen, is dat echt niet alleen omdat ze die te duur vinden. Voor kinderen tot achttien jaar zijn tandartsbezoeken gratis, maar toch gaan niet alle ouders met hun kroost naar de tandarts. Het heeft ook met cultuur te maken.

U wilt allochtone ouders verplichten om met hun kinderen mee te gaan naar de tandarts?

DE BLOCK: U weet dat ik niet bepaald het verplichtende type ben. (lacht)

Om mensen in armoede te helpen, stelt gezondheidseconoom Lieven Annemans voor om het remgeld af te schaffen voor alle geneesmiddelen en voor behandelingen die geen enkele arts zal voorschrijven als het niet echt nodig is. Waarom doet u dat niet?

DE BLOCK: Er zijn nu al veel medicijnen waarvoor geen remgeld bestaat of waarvoor het heel laag is. Dat is dus het probleem niet. Kalmeringsmiddelen zoals Xanax en Temesta worden niet terugbetaald, en toch kopen ook veel arme mensen ze. Het is door zulke vaak onnodige middelen voor te schrijven dat artsen hun patiënten op kosten jagen. Er staat trouwens nergens in de grondwet dat alle medicijnen gratis moeten zijn.

Maar de halve bevolking hangt wel in de gordijnen zodra u aan de prijs van geneesmiddelen wil tornen.

DE BLOCK: Omdat de oppositie de mensen opstookt! De SP.A blijft maar beweren dat ik geneesmiddelen duurder heb gemaakt, terwijl dat echt onzin is. Alles bij elkaar dalen de prijzen zelfs. En de PVDA is nóg erger. Een tijd geleden stonden militanten van die partij hier voor de deur te betogen tegen de prijsstijging van Pantomed, een middel tegen maagzuur. Aan de patiënten die erbij waren, vroeg mijn woordvoerster hoeveel van dat middel ze gebruikten. Wat bleek? De dosis die zij nodig hadden, werd gewoon terugbetaald. Daarover hadden we drie maanden eerder al een persbericht verstuurd. En wat deed de PVDA? Ze postte een paar uur later op haar website dat Pantomed dankzij haar actie weer zou worden terugbetaald.

Eén sector is wél tevreden over uw beleid: de farmaceutische industrie. Hoe hebt u dat klaargespeeld?

DE BLOCK: De farmasector draagt nochtans 400 miljoen euro bij aan de besparingen, en wij blijven huisartsen ook aanmoedigen om generische geneesmiddelen voor te schrijven. Maar de farmabedrijven zijn tevreden omdat ik met hen in gesprek ben gegaan én hun onzekerheid heb weggenomen. Farmaceutische bedrijven durfden in België niet in onderzoek te investeren omdat ze nooit wisten of geneesmiddelen zouden worden terugbetaald. De Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen geeft daarover wel een advies, maar dan moet de minister er nog altijd budget voor vinden. Dat gebeurde vroeger niet altijd, ook al waren de adviezen positief. Wij doen dat nu wel.

Ondertussen werkt u aan een grote ziekenhuishervorming. Zullen de Belgische ziekenhuizen daardoor ook meer middelen krijgen?

DE BLOCK: Onze ziekenhuizen zijn al jaren ondergefinancierd, maar ondertussen investeren ze wel allemaal in gespecialiseerde operaties met implantaten en zware apparatuur die ze amper kunnen afbetalen en vaak niet eens nodig hebben. Maar zo’n dure scanner moet natuurlijk wel renderen, en dus leggen ze er ook patiënten onder die daar eigenlijk niets te zoeken hebben. Vandaar dat we in België kampioen zijn op het vlak van rugoperaties, pacemakers, hartkleppen en nieuwe heupen. Daarom willen we ziekenhuizen onderbrengen in netwerken: als ze samenwerken, hoeven ze niet allemaal dezelfde apparatuur te kopen en kunnen ze zich in bepaalde behandelingen specialiseren.

Zal uw hervorming er ook voor zorgen dat ziekenhuizen niet langer worden beloond als ze slecht werk leveren? Als een patiënt nu complicaties krijgt, wordt hij opnieuw opgenomen en rinkelt de kassa van het ziekenhuis.

DE BLOCK: Ook daar zullen we iets aan doen. In de toekomst zullen ziekenhuizen niet langer gefinancierd worden op basis van het aantal opnames. Een à twee procent van de financiering zal afhangen van de kwaliteit die ze leveren.

Zo weinig? Zal dat het verschil maken?

DE BLOCK: Twee procent komt overeen met de winstmarge van ziekenhuizen. Als we dat percentage optrekken, riskeert hun werking in gevaar te komen.

Hoe zit het met de uitvoering van die hervorming? Was het niet de bedoeling om tegen eind 2016 het wetgevende kader klaar te hebben?

DE BLOCK: De teksten zijn klaar en ik zou ermee naar de regering en het parlement kunnen stappen. Alleen willen die zich nu eerst met de begroting bezighouden. Daarna gaat het gewone werk verder.

Men begint te denken dat er niet veel meer in huis zal komen van uw grootse plannen.

DE BLOCK: Twee jaar geleden heb ik in het parlement een tijdlijn voorgesteld en die ben ik nog altijd voor. Vergeet niet dat er toen ik als minister begon helemaal niets was. Mijn voorgangster, Laurette Onkelinx (PS), had door het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg alle – maar dan ook werkelijk álle – mogelijke hervormingen laten uittekenen. Dat was een immens menu geworden, waar niemand eigenlijk iets aan had. Om te beginnen was er meer studiewerk nodig, al was het maar om het kluwen van de ziekenhuisfinanciering te verhelderen. Toch zal de ziekenhuishervorming voor het eind van de lopende regeerperiode al vrij ver gevorderd zijn.

Een dik jaar geleden moest u uw plannen opbergen om langdurig zieken te straffen als ze weigeren om weer aan de slag te gaan. Maar nu zit dat er toch aan te komen?

DE BLOCK: Die uitkeringen kosten ons nu al meer dan de werkloosheidsuitkeringen: 8 miljard euro. Elk jaar stijgt het bedrag nog met 7 à 8 procent. Ondertussen hebben we re-integratietrajecten opgestart, en veel langdurig zieken stappen daar enthousiast in mee. Zelfs mensen die al drie jaar niet meer hebben gewerkt, zijn opgetogen dat er naar een geschikte baan voor hen wordt gezocht. Logisch ook: als je een gat hebt in je cv wegens ziekte, is het allesbehalve makkelijk om te solliciteren. Je kunt beter zeggen dat je op wereldreis bent geweest dan toegeven dat je een tijd ziek was.

Als al die mensen zo enthousiast zijn, waarom wilt u hen dan bestraffen?

DE BLOCK: Omdat je in België altijd een stok achter de deur nodig hebt. Langdurig zieken die echt niet willen meewerken, zullen daarom een deel van hun uitkering verliezen. Daarnaast zullen we ook de artsen controleren die het ziekteverlof voorschrijven. Maar nogmaals: mensen die echt ziek zijn, laten we met rust.

Is het grootste probleem niet dat werkgevers liever hebben dat mensen die niet helemaal fit zijn gewoon thuisblijven?

DE BLOCK: Ook zij zullen evengoed inspanningen moeten doen. Belgische bedrijven staan nergens op dat vlak, terwijl het niet zo moeilijk is om jobs aan te passen aan de gezondheidstoestand van werknemers. Goed een jaar geleden bezocht ik een autobedrijf dat ervoor heeft gezorgd dat ook zestigplussers op de fabrieksvloer kunnen blijven meedraaien. Als dat bij het bouwen van auto’s kan, moet dat in andere bedrijven ook lukken.

Een aanzienlijk deel van de langdurig zieken kampt met een burn-out. Bent u het eens met mensen die dat een overschat probleem noemen?

DE BLOCK: Een derde van de langdurig zieken heeft een psychische aandoening. Dat kan iedereen overkomen en we mogen het probleem ook niet minimaliseren. Wat mij het meest verontrust, is dat burn-outs ook bij heel jonge mensen voorkomen. Amper zijn ze in de ratrace gestapt of ze kunnen het al niet meer aan om een carrière te combineren met een partner, een huis, kinderen, een kat en een hond. Gelukkig zijn er bedrijven die dat echt proberen tegen te gaan. Bij Volkswagen, bijvoorbeeld, kunnen werknemers een half uur nadat ze naar huis zijn vertrokken niet meer inloggen op hun e-mailaccount. Dat geeft hen rust.

Zou u het pikken dat uw kabinetsmedewerkers hun e-mails na de kantooruren niet meer lezen?

DE BLOCK: Daar hebben we afspraken over. Per beleidscel moet één persoon bereikbaar zijn. De anderen zijn daarvan verlost. Jammer genoeg geldt dat niet voor de minister. (lacht)

We dachten dat Kris Peeters daar een mouw aan zou passen met zijn ‘werkbaar werk’, maar dat bleek louter een flexibilisering van de arbeidsmarkt te zijn.

DE BLOCK: Dat klopt. Maar mensen hebben er ook al iets aan als ze hun werkuren vrijer kunnen bepalen, en niet verplicht worden om elke dag in de file te staan. Wij zullen burn-outs als beroepsgerelateerde ziekte erkennen, en het Interprofessioneel Akkoord heeft dat thema opgenomen en heeft er zelfs geld voor vrijgemaakt. De sociale partners zullen er voorstellen rond uitwerken.

Ondertussen bent u al even niet meer de geliefdste politicus van Vlaanderen. Uw populariteit lijkt in vrije val te zijn.

DE BLOCK: Vrije val? Ik sta op de vijfde plaats! Veel politici zijn nooit zo hoog geraakt. Ik maak me absoluut geen zorgen. Vroeger wist ik niet eens dat die polls bestonden. Annemie Turtelboom (Open VLD) stuurde me destijds een sms toen ik voor het eerst in de top tien stond, en ik wist niet eens waar ze het over had.

Over Annemie Turtelboom gesproken: bent u niet bang dat er straks een taks of besparing naar u wordt genoemd, zoals haar is overkomen, en dat uw partijvoorzitster u dan als een blok laat vallen?

DE BLOCK: Met een politicus kan het elk moment gedaan zijn. Toen Marc Dutroux ontsnapte, namen twee ministers ontslag, ook al waren zij het niet die de deur hadden laten openstaan. Maar voor alle duidelijkheid: Annemie Turtelboom en Gwendolyn Rutten kunnen volgens mij echt nog wel door één deur.

Dat het snel gedaan kan zijn, bleek onlangs in Gent waar de socialist Tom Balthazar opstapte als schepen omdat hij bijzonder goed betaald werd voor zijn zitje in een intercommunale. Waarom komen liberalen daar wel mee weg en socialisten niet?

DE BLOCK: Ik snap nog altijd niet waarom Balthazar ontslag heeft genomen. Het is toch niet omdat iemand in de raad van bestuur van een intercommunale zit dat hij een foefelaar is? Dat moet een interne afrekening zijn geweest binnen zijn partij of het kartel met Groen.

Maakt u zich zorgen over uw partij? Ze blijft maar aanmodderen in de peilingen.

DE BLOCK: We staan op 15 procent. Voor een liberale partij is dat niet abnormaal. In 1999 en 2003 deden we het veel beter, maar dat waren de uitschieters. Natuurlijk mag het meer zijn, maar we moeten ook niet panikeren.

Door PETER CASTEELS en ANN PEUTEMAN, foto’s HATIM KAGHAT

‘Ik heb nog nooit betoogd. Ik ben een vrouw van de dialoog.’

‘Je kunt beter zeggen dat je op wereldreis bent geweest dan toegeven dat je een tijd ziek was.’

‘Het ontslag van Tom Balthazar moet een afrekening binnen de Gentse SP.A zijn geweest.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content