‘Mohamed Abrini hoopte op een ontsnapping’

Mohamed Abrini staat in het najaar terecht in Brussel. ©  BELGA

Mohamed Abrini, in het onderzoek naar de aanslagen in Brussel ook wel ‘de man met het hoedje’ genoemd, zou, twee maanden na zijn arrestatie, gehoopt hebben dat ‘men’ hem uit de gevangenis zou helpen ontsnappen. Dat moet blijken uit afgeluisterde gesprekken in de gevangenis, schrijven La Dernière Heure en La Libre Belgique maandag.

blg

Foto’s die werden aangetroffen op een computer die de terroristen op 22 maart in een openbare vuilnisbak hadden achtergelaten, getuigden van het bestaan van wapens die de Brusselse terreurcel zou hebben verstopt alvorens toe te slaan in Zaventem en in Maalbeek. Abrini zou hebben gewild dat zijn jongere broer die wapens recupereerde. Hij zou daarover volgens onderzoek van Staatsveiligheid hebben gesproken met Bilal El Makhoukhi, die net als hij in de gevangenis van Brugge opgesloten zat.

Nadat El Makhoukhi te kennen had gegeven dat hij wist waar de wapens verstopt zaten, vroeg Abrini om hem de verstopplaats te verklappen zodat hij iemand kon sturen om de wapens op te halen. ‘Want ik ken mensen die bereid zijn om me hier weg te halen’, klonk het.

Abrini besliste op het laatste moment om zich niet samen met zijn twee kompanen Najim Laachraoui en Ibrahim El Bakraoui op te blazen op de luchthaven van Zaventem. Hij sloeg op de vlucht en werd kort na de aanslagen opgepakt. Hij is een van de tien verdachten die zich in het najaar moeten verantwoorden op het Belgische terreurproces. In Parijs werd hij eind juni veroordeeld als lid van een terroristische ­organisatie en kreeg hij levenslang.