Belgische mijnenjager moet in Middellandse Zee mijnen uit WO I en II gaan opruimen
De Belgische mijnenjager "Narcis" is kort voor de middag in Zeebrugge vertrokken voor een vijf maanden durende missie voor de NAVO in de Middellandse Zee. Het schip moet er mijnen uit de Eerste en Tweede Wereldoorlog gaan opruimen.
De Middelandse Zee wordt misschien niet meteen geassocieerd met mijnen, maar die zijn er wel. Het gaat voornamelijk om mijnen die nog overblijven uit de Eerste en de Tweede Wereldoorlog. "Maar ook in recentere oorlogsgebieden, zoals voor de kust van Libië of Joegoslavië, kunnen er mijnen te vinden zijn”, weet Olivier Vogels van Defensie.
De Narcis vertrekt niet alleen. “We varen samen met een Nederlands schip van dezelfde klasse naar de Middellandse zee om ons bij de rest van de vloot te voegen”, zegt Mike Dewulf, tweede commandant van de Narcis. Omdat het een NAVO-operatie is, is het een internationale vloot. “Er zijn onder meer Nederlandse, Franse en Italiaanse schepen aanwezig in de Middellandse zee.”
Ongewoon
Normaal gaan de Belgische mijnenjagers niet naar het zuiden. “Meestal vaart de Belgische mijnbestrijdingsvloot naar het noorden, en voor kortere periodes”, zegt Dewulf. “Maar dit is geen plezierreisje, we hebben hier hard voor moeten werken.”
De bemanning heeft hard getraind voor deze missie. “Al maandenlang zijn we aan het trainen, op alle mogelijke scenario’s”, zegt Aïsha Van Aelst, een van de 43 bemanningsleden aan boord van het schip. “Ik denk dat het een mooie reis kan worden met een goede bemanning.”
Steun van het thuisfront
Vijf maanden weg van huis, dat is een lange periode. "Maar we zijn rond 23 december terug, dus normaal kunnen we Kerstmis thuis vieren. Dat is iets om naar uit te kijken", aldus Van Aelst. "Bovendien krijgen we heel veel steun van het thuisfront. Ze weten ook hoe ze ons met brieven moeten bereiken, dus het is niet dat we vijf maanden niets van hen horen."
