Een muurschildering van Khomeini in de Iraanse hoofdstad Teheran.
AFP or licensors

Iran ontkent betrokkenheid bij mesaanval op schrijver Salman Rushdie

De Iraanse regering heeft formeel alle betrokkenheid ontkend bij de mesaanval op schrijver Salman Rushdie enkele dagen geleden. Eind jaren 80 werd tegen Rushdie een fatwa uitgesproken door de intussen overleden Iraanse ayatollah Ruhollah Khomeini. Een concrete band tussen de vermoedelijke dader en het Iraanse regime is vooralsnog niet bewezen.

Het was de afgelopen dagen opvallend stil vanuit Teheran over de aanval op Rushdie. Nu laat een woordvoerder van de Iraanse regering weten dat ze ontkennen betrokken geweest te zijn bij de aanval op de Brits-Indiase schrijver. "De enigen die hier schuld treffen zijn Rushdie zelf en zijn volgers", klinkt het. "Niemand heeft het recht hierover Iran te beschuldigen."

De intussen overleden Iraanse geestelijke leider ayatollah Ruhollah Khomeini riep eind jaren 80 een fatwa (een religieus decreet, in dit geval een doodvonnis) tegen de schrijver. Hij deed dat wegens Rushdies roman "De Duivelsverzen", omdat het boek godslasterlijk zou zijn. Er werd toen zelfs een premie van 3 miljoen dollar beloofd voor diegene die de schrijver zou doden.

Het regime in Teheran ontkent dus elke betrokkenheid vanuit de Iraanse regering. De regeringswoordvoerder hekelt tegelijk wel "de tegenstrijdige houding van het Westen om wel de aanval op Rushdie te veroordelen, maar tegelijk het leven en werk van de belediger van de islam te verheerlijken".

Dader pleit onschuldig

De 75-jarige schrijver werd vrijdag aangevallen met een mes op een lezing in de Amerikaanse staat New York. Hij werd geraakt in zijn lever, een oog en aan enkele zenuwen in zijn arm. Hij werd in kritieke toestand opgenomen in het ziekenhuis. De schrijver is intussen aan de beterhand, maar gaat mogelijk een van zijn ogen verliezen.

Hadi Matar, de vermoedelijke dader, is een 24-jarige man uit New Jersey. Hij werd ter plaatse opgepakt, maar pleit onschuldig. Matar bevindt zich in voorlopige hechtenis. Over zijn precieze motief bestaat nog geen duidelijkheid.

Zijn ouders zouden immigranten uit Libanon zijn uit een streek waar de pro-Iraanse militie Hezbollah sterk staat. Volgens sommige Amerikaanse media zou hij sympathie gehad hebben voor de Pasdaran, de Revolutionaire Wachten of de stoottroepen van het extremistische regime in Iran, maar dat is nog niet bevestigd.

Er zijn ook geen aanwijzingen dat de man banden zou gehad hebben met het Iraanse regime of de Pasdaran of dat hij op eigen houtje handelde.

Hij wordt beschuldigd van poging tot moord en moet vrijdag opnieuw voor de rechter verschijnen.

Meest gelezen