Pastoor Luc Van Hilst bij zijn basiliek. ©  Ivan Put

Scherpenheuvel, waar zelfs splinters mirakels kunnen verrichten en een klein beeldje jaarlijks een miljoen mensen lokt

Het is feest in Scherpenheuvel. Komende week is het 150 jaar geleden dat de paus een kroon bestelde voor het Mariabeeld aldaar. Vier pausen later, exact 100 jaar geleden, werd de bedevaartkerk verheven tot basiliek. Nog altijd komen elk jaar tot een miljoen mensen een kaars branden bij Ons-Lief-Vrouwke van Scherpenheuvel. En zeggen dat het begon met een oude eikenboom, een verlamde herder en een geut zeventiende-eeuwse machtspolitiek.

Jesse Van Regenmortel

Had je het idee dat op bedevaart gaan iets was uit vervlogen tijden? Stel dat idee dan maar bij. Terwijl de kerken in Vlaanderen leegliepen, bleef dat zelfde Vlaanderen – te voet, of per ingelegde bus – naar Scherpenheuvel trekken. In 2019, het laatste jaar waarin de cijfers niet verminkt werden door corona – gingen er tussen 800.000 en een miljoen mensen op bedevaart. Een schatting, een extrapolatie op basis van het aantal uitgedeelde hosties en gebrande noveenkaarsen. Maar sowieso veel volk. Zie het zo: gemiddeld trekt Scherpenheuvel elke dag 2.500 mensen, een jaar rond.

De kerken in Vlaanderen lopen misschien wel leeg, maar in Scherpenheuvel krijgen ze elke dag nog 2.500 man over de vloer. ©  Ivan Put

Nu ook. Er is begankenis, rond de kerk op de heuvel tussen Aarschot en Diest. Souvenirkraam Peggy verkoopt noveenkaarsen per tien plus één gratis. In de basiliek branden vrome pelgrims hun kaarsen. Voor dat kleine beeld dat vooraan in de kerk staat. Dat van Maria. Moeder Gods, de Heilige Maagd. Ons-Lief-Vrouwke, zoals ze hier zeggen.

Later meer over dat beeld. Maar eerst even voorstellen: pastoor Luc Van Hilst, the hardest working man in church-business. De priester die twee missen per dag opvoert. En die nu met zijn hoofd vooral bij het feest van volgende week zit. Groot feest. “Wat wij vieren? Hetzelfde als altijd. De dankbaarheid dat Ons-Lief-Vrouwke hier al zo lang zo dicht bij de mensen is.”

“Een kaars branden in Scherpenheuvel wordt gemakkelijk afgedaan als bijgeloof. Maar dan heb je het niet goed begrepen. Wie hier kaarsen komt branden voor iemand anders, doet dat altijd in diepe verbondenheid en medeleven. Die kaars is dan het waakvlammeke van de hoop.” ©  hns

In officiële termen is het dit: komende donderdag is het exact 150 jaar geleden dat paus Pius IX zelve de opdracht gaf om het Mariabeeld van Scherpenheuvel te kronen. En exact 100 jaar geleden gaf een andere Pius – de elfde – de opdracht om de bedevaartkerk van Scherpenheuvel te verheffen tot basiliek. Dat beeldje is niet meer dan een paar tientallen centimeters groot, en die basiliek is niet de meest indrukwekkende ter wereld. Maar twee keer was de boodschap wel belangrijk: Scherpenheuvel kreeg het keurmerk van Rome. Scherpenheuvel werd erkend als belangrijk en bonafide bedevaartsoord.

Machtspolitiek

Al een half millennium is Scherpenheuvel een oord van verering. In de late middeleeuwen stond er boven op de heuvel een eik, met daarin een Mariabeeldje. Er zijn er die menen dat eerst die eik zelf vereerd werd, volgens de heidense traditie. Er zijn anderen die aannemen dat het beeldje van Maria er altijd geweest is. “Volgens de legende heeft er ooit een herder dat beeldje uit die boom willen halen”, zegt pastoor Van Hilst. “Het moet begin jaren 1500 geweest zijn. Die herder is als verlamd blijven staan. Pas toen hij daar zo versteend gevonden werd, en het beeld weer in de boom gehangen werd, kon hij opnieuw bewegen. Het was een teken van Maria, dat zij hier vereerd wilde worden. Het is legende, natuurlijk. Maar het zegt veel over de mystiek van deze plek.”

 ©  Ivan Put

De manier waarop Scherpenheuvel uitgroeide tot een officieel bedevaartsoord heeft minder mystiek. Het was een kwestie van kerkelijke en statelijke macht, zegt Luc Duerloo, historicus aan de Universiteit Antwerpen en auteur van het boek Scherpenheuvel: het Jeruzalem van de Lage Landen. “Het was kort na 1600, de 80-jarige oorlog woedde volop en de streek rond Scherpenheuvel was in handen van de Oranjes. Protestanten. Er gingen verhalen rond over een Mariabeeld op een berg, waar wonderen gebeurden. En die verhalen bereikten het katholieke hof van aartshertogen Albrecht en Isabella. De Kerk wilde het katholicisme herstellen in de Zuidelijke Nederlanden, dus begon men in Scherpenheuvel heel bewust dat bedevaartsoord uit te bouwen. Eerst met een houten kerk, dan met een stenen. In 1609 begonnen ze met de bouw van de huidige basiliek.”

Duiveluitdrijving

De wonderen waar Duerloo van spreekt, zijn later gedocumenteerd. Zo zou een Zwitserse man met vergroeide benen genezen zijn toen hij Scherpenheuvel bezocht. Bij een vrouw uit Rijsel werd de duivel uitgedreven door haar een splinter van de eik van Scherpenheuvel te laten eten. Want die heilige eik was wel moeten wijken toen Albrecht en Isabella opdracht hadden gegeven voor de bouw van die kerk. Er werden Mariabeelden uit gesneden, die over heel Europa verspreid raakten. Zelfs kleine schilfers – klaarblijkelijk met duiveluitdrijvende kracht – hadden hun waarde. Het Mariabeeld dat in de eik hing, kreeg zijn plaats in de basiliek, waar het nu nog steeds staat.

 ©  Ivan Put

“Dat bouwwerk was toen, in de zeventiende eeuw, van een hypermodern design”, zegt Michaël Hanne, archivaris van Scherpenheuvel. “Het is zevenhoekig, met het park en het dorp errond opgebouwd in dezelfde vorm. Je zag de basiliek op de heuvel ook van ver staan. Dat sprak tot de verbeelding.” En dat trok volk. Eeuwenlang. Maar de echte topperiode van Scherpenheuvel, waren de twee decennia na de Tweede Wereldoorlog, zegt Hanne. “Het was nog voor de grote secularisering. Er kwam meer welvaart, het toerisme kwam op. En het vervoer werd toegankelijker. Er kwamen auto’s en bussen. Er was toen zelfs een spoorlijn, rechtstreeks naar Scherpenheuvel.”

Pastoor Luc toont op z’n gsm een foto van de nieuwe, gouden kroon die momenteel gesmeed wordt voor het Mariabeeld. ©  Ivan Put

Volksdevotie

Blijft de vraag waarom Scherpenheuvel zo populair bleef, ook na de grote secularisering. Pastoor Van Hilst heeft één sleutelwoord. “Het is volksdevotie. Het zijn de mensen die al eeuwen voelen dat Onze-Lieve-Vrouw hier nabij is. En die dat bevestigd zien in tekens, gebedsverhoringen, mirakels. Een paar weken geleden nog. Een kind was verongelukt, het was kantje-boord. Vrienden van de familie vroegen ons om te bidden. En na acht operaties was dat kind gered. De ouders zijn hier gekomen, om ons te bedanken voor onze gebeden. Ik misken de kracht van de gezondheidszorg niet, hé. Integendeel. Ik zeg tegen die mensen: Bid ook maar voor zij die zo goed voor jullie kind hebben gezorgd. Maar er is toch nog iets anders. We hebben alle kennis, we weten alles met ons hoofd. Maar ons hart volgt een ander pad. En dat hart krijgt in onze samenleving weinig plaats. Die familievrienden van dat kind zaten met onrust, onzekerheid, machteloosheid. Waar ze geen blijf mee wisten. Dus kwamen ze een kaars branden in Scherpenheuvel. Dat wordt gemakkelijk afgedaan als bijgeloof. Als een goedkope manier om genezing af te kopen. Maar dan heb je het niet goed begrepen. Wie hier kaarsen komt branden voor iemand anders, doet dat altijd in diepe verbondenheid en medeleven. Die kaars is dan het waakvlammeke van de hoop.”

Volgende week is het hier feest: exact 100 jaar geleden gaf paus Pius XI de opdracht om de bedevaartkerk van Scherpenheuvel te verheffen tot basiliek. ©  Ivan Put

“Ik zal u iets vertellen. Toen ik studeerde, meer dan 30 jaar geleden, zeiden de proffen in Leuven: Scherpenheuvel, dat is een relict van het massageloof. Binnen dit en een paar jaar is het daar gedaan. Nu komen de proffen uit Leuven naar hier en vragen ze mij: Hoe komt het dat dat hier blijft marcheren? Wel, men zegt weleens dat de wereld warmte mist. Deze plek is een grote bron van warmte. De mensen voelen dat, en dus blijven ze met velen komen – van alle leeftijden en van alle rangen en standen – om hier een kaars te branden bij Ons-Lief-Vrouwke. Dat is volksdevotie.”

 

Basiliek van Scherpenheuvel in cijfers

1609: Begin van de bouw van de basiliek

1927: Na 318 jaar was de basiliek afgewerkt

7: Het aantal hoeken van de zevenhoek waarin de basiliek is gebouwd, naar de zeven smarten van Maria

2,5 euro: De prijs van een noveenkaars

12 à 40 euro: De prijs van een overnachting plus ontbijt in het onthaalcentrum

13: het aantal vaste medewerkers van het bedevaartsoord

6: het aantal kraampjes met noveenkaarsen en prullaria dat nog rond de basiliek staat. Ooit waren het er meer dan twintig

10.000den: kaarsen per jaar

150.000: communies (hosties) per jaar

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Lees meer