Direct naar artikelinhoud
NieuwsBinnenland

België veroordeeld voor inmenging in Moslimexecutieve, minister in beroep: ‘Gekonkel en geknoei aanpakken’

België veroordeeld voor inmenging in Moslimexecutieve, minister in beroep: ‘Gekonkel en geknoei aanpakken’
Beeld BELGAIMAGE

Minister van Justitie Van Quickenborne (Open Vld) wilde optreden tegen Marokkaanse inmenging in de Grote Moskee, maar nu is hij zelf veroordeeld daarvoor. De Brusselse rechtbank kent een schadevergoeding toe aan Salah Echallaoui, die opstapte bij de Moslimexecutieve.

De Brusselse rechtbank van eerste aanleg veroordeelt de Belgische staat, vertegenwoordigd door minister van Justitie Vincent Van Quickenborne, voor het tot ontslag dwingen van Salah Echallaoui als vicevoorzitter van de Moslimexecutieve (EMB). Dat meldt Le Soir en blijkt uit het vonnis, dat De Morgen kon inkijken. De Belgische staat moet Echallaoui 5.000 euro schadevergoeding betalen.

Van Quickenborne had in 2020 gecommuniceerd over een rapport van de Staatsveiligheid dat sprak over Marokkaanse inmenging in de Grote Moskee. Hij noemde Echallaoui niet bij naam, maar door te zeggen dat het een bestuurder betrof, door de context en door hardnekkige geruchten was vrij snel duidelijk over wie het ging.

Van Quickenborne riep de EMB ook op om schoon schip te maken in alle organen. Dat volstond volgens de rechtbank om Echallaoui tot ontslag te dwingen. Van Quickenbornes uitspraken waren in strijd met de neutraliteit van de staat en te weinig onderbouwd, oordeelt de rechtbank.

EMB-voorzitter Mehmet Üstün zegt dat Echallaoui zelf moet beslissen over een terugkeer. “De minister kon hem forceren tot ontslag, maar wij kunnen hem niet forceren om terug te keren”, zegt Üstün. Echallaoui zelf was niet bereikbaar.

Het kabinet van Van Quickenborne laat weten dat de minister in beroep gaat. “De minister heeft van meet af aan de problemen met en bij de Moslimexecutieve duidelijk benoemd en uitgesproken: het administratief wanbeheer en de buitenlandse inmenging. In het belang van de moslimgemeenschap in ons land zullen we die klare taal blijven spreken en het gekonkel en geknoei aanpakken.”