Iedereen weet dat het voor een compacte wagen als de Fiat 500 of Renault Twingo met een paardenkracht van 100 pk onhaalbaar is om een snelheid van 220 km/u te halen. Toch staat het getal aangegeven op de snelheidsmeter. Waarom is dat zo?
Bijna alle wagens hebben een snelheidsmeter die verder doorloopt dan de snelheid die de auto effectief aankan. Iets wat bijna alle autofabrikanten implementeren. Volgens CNN gebeurt dat niet zomaar.
Symmetrie
De meeste autofabrikanten zouden dat doen om zo de meest gebruikte snelheden op een zo goed mogelijk centrale en leesbare plek te plaatsen. Daarom dat snelheden tussen 100 km/u en 130 km/u vaak recht in het midden van de snelheidsmeter staan. De overige getallen – die nooit bereikt worden – zijn dus slechts een opvulling van de wijzerplaat om de getallen symmetrisch te verdelen.
Uiterlijk en kosten
Nog een reden voor die invoering is het prestige. Het zou er niet mooi uitzien wanneer je auto met een topsnelheid van 147 km/u niet verder doorloopt dan 150 km/u. Daardoor is het bij sommige duurdere autofabrikanten een ware wedstrijd geworden om steeds hogere snelheden op de teller te plaatsen. Een marketingtool om de indruk te wekken dat de auto zeer snel is. Andere autofabrikanten willen er niet de tijd en het geld insteken om voor ieder model een aangepaste snelheidsmeter te maken, en dus wordt eenzelfde exemplaar in de hele serie gebruikt.
Prestige over veiligheid?
Volgens veiligheidsexperts is de opvulling van hoge snelheden op de meter geen goede zaak. Volgens hen kan dat leiden tot gevaarlijke situaties, voornamelijk bij jonge bestuurders die meer geneigd zijn om het gaspedaal in te drukken.
Dat is een argument dat al eerder in Amerika werd aangehaald. In 1977 verbood Joan Claybrook, het toenmalige hoofd van de NHTSA (de Nationale Administratie voor Verkeersveiligheid), om die reden hoge snelheden op de meter. “Beginnende automobilisten willen dit soort snelheden altijd een keer uitproberen”, klonk het toen. Uiteindelijk hield het verbod, dat een maximum van 85 mijl – omgerekend 137 km – per uur toeliet, slechts enkele jaren stand, tot het werd verworpen in 1981.
Televisieprogramma en autoblad Top Gear vindt dat de snelheidsmeter minimaal de topsnelheid van de auto moet weergeven. Als de auto een snelheid van 180 km/u kan halen, mag de teller dus niet lager stoppen.
Geen Europese wetgeving rond bovengrens
De Europese wetgeving stelt geen bovengrens voor. Wel zijn er enkele regels voor de kloof tussen snelheden. Zo moet een auto tot 200 km/u een snelheid aangeven om de 20 km/u. Auto’s waarvan de snelheidsmeter boven 200 km/u leest, mogen die kloof verder doortrekken tot 30 km/u.
(as)
