Direct naar artikelinhoud
AchtergrondPolitiek

Jonathan Holslag: ‘De verplichte burgerdienst levert een maatschappelijke meerwaarde op die moeilijk in geld te vatten is’

Een aantal ex-miliciens vertellen in de zesdelige Canvas-reeks 'Den troep' verhalen uit de tijd van hun legerdienst.Beeld © VRT

Voer de militaire dienstplicht opnieuw in. Dat was het ballonnetje dat Michiel Hofman, stafchef van het Belgische leger afgelopen weekend opliet. Al is niet iedereen overtuigd. ‘Ik had mijn tijd destijds zinvoller kunnen gebruiken door te solliciteren of te werken.’

Een dag nadat Russisch president Vladimir Poetin in een radicale toespraak heeft gewaarschuwd dat hij de nieuwe geannexeerde regio’s in Oekraïne met alle beschikbare middelen zal verdedigen, heropent admiraal Michel Hofman een oud debat. In het RTBF-programma L’histoire continue uit hij zich als voorstander van een herinvoering van de militaire dienstplicht. In 1992 besliste de Belgische politiek nog dat het door het einde van de Koude Oorlog niet langer nodig was om dienstplichtigen op te roepen, maar in de huidige crisis wil Hofman het weer overwegen.

Hoewel minister van Defensie Ludivine Dedonder (PS) het idee enkele uren na de uitzending van het programma al afschoot, is er elders in de Wetstraat enthousiasme over Hofmans voorstel. In het rechtse discours van Vlaams Belang-voorzitter Tom Van Grieken is een vrijwillige legerdienst naast een verplichte burgerdienst een ideale manier om de “samenleving van mietjes aan te pakken”. Sammy Mahdi (cd&v) voelt ook wel iets voor die burgerdienst: “We kunnen wel wat patriottisme gebruiken”, schrijft hij op Twitter.

Ideologisch signaal

Op korte termijn zou een nieuwe dienstplicht sowieso meer een ideologisch signaal dan een investering in de slagkracht van het leger zijn. Sven Biscop, defensie-expert aan de UGent en het Egmont Instituut, merkt op dat het jaren kan duren voor ons land klaar is om een verse generatie dienstplichtigen op te leiden. De voorbije decennia werden de budgetten voor defensie flink teruggeschroefd, zo klaagt de huidige legertop over een tekort aan kazernes en een gebrek aan oefenmaterieel. Die infrastructuur kan niet snel uitgebreid worden en bovendien zijn er te weinig personeelsleden om tienduizenden reservisten tegelijkertijd de kneepjes van het vak te leren. In de periode van de dienstplicht was het leger nog dubbel zo groot.

Toch begrijpt Biscop waarom Hofman over een dienstplicht nadenkt. Als Rusland tactische kernwapens zou gebruiken, verhoogt dat de kans op een escalatie waarbij ook de NAVO-lidstaten direct betrokken raken. “Bij een aanhoudende confrontatie waarbij de oorlog niet langer tot het grondgebied van Oekraïne beperkt blijft, is de dienstplicht niet per se een slecht idee.”

Verschillende Scandinavische landen wachten niet op een escalatie en geven 18-jarigen nu al een militaire basisopleiding. Politicoloog en docent internationale politiek Jonathan Holslag vindt dat ons land een voorbeeld kan nemen aan die voortvarendheid. Hij pleit voor een dienstplicht waarbij jongeren zich na hun studie aan de middelbare school een jaar lang engageren in de samenleving. Ze kunnen hun steentje dan bijdragen in het onderwijs, de zorg en dus ook in het leger.

“Verschillende kritische organen in de samenleving zijn dun bemand. Denk maar aan de brandweer, ambulances of de civiele bescherming. De burgerdienst kan daarbij helpen”, zegt hij. Naast dat functionele argument kunnen verschillende socio-economische groepen elkaar tijdens dat jaar ontmoeten en leren om samen te werken. Wat de sociale cohesie volgens Holslag versterkt en mensen aanspoort om probleemoplossend te denken.

Zelfbeschikkingsrecht

Al wordt niet iedereen even vrolijk van de gedachte om de overheid een kans te geven om een jaar lang te bepalen hoe jonge mensen hun leven horen in te vullen. Progressieve partijen als Groen wijzen op het zelfbeschikkingsrecht en verschillende ex-dienstplichtigen waarschuwen dat het niet eenvoudig is om zinvolle activiteiten te voorzien.

Johan (58) heeft zo weinig mooie herinneringen aan de periode waarin hij als pas afgestudeerde scheikundige gedwongen werd om een jaar bij de Brugse marinefuseliers door te brengen. Buiten de occasionele driloefening en enkele lessen, zwierf hij het grootste deel van die periode doelloos over het terrein rond. “Ik heb er geen vriendschappen aan overgehouden, weinig herinneringen, geen tattoo. Er was toen een economische crisis en ik had mijn tijd zinvoller kunnen gebruiken door te solliciteren of te werken.”

In discussies over de dienstplicht verwijzen tegenstanders wel vaker naar verhalen als dat van Johan om hun pleidooi kracht bij te zetten. Wie absoluut geen zin heeft om zijn persoonlijke en professionele leven een jaar lang op pauze te zetten, plooit niet zomaar bij dwang. In de periode van de Koude Oorlog deden veel mannen hun best om ongeschikt verklaard te worden. Cartoonist Kamagurka vertelde zo dat hij 30 kilo afviel om de dienstplicht te omzeilen, anderen deden eenmaal ter plekke slechts het absolute minimum en herinneren vooral het zware drankgebruik uit die periode.

Holslag erkent dat dienstplichtigen in de periode van de Koude Oorlog vaak gevraagd werden om karweitjes op te knappen waarvan het maatschappelijk nut zeer twijfelachtig was. Toch mag dat volgens hem geen reden zijn om in de toekomst nooit meer over een zinvolle invulling na te denken. “Het levert een maatschappelijke meerwaarde op die moeilijk in geld te vatten is en die in het middelbaar onderwijs te weinig gecultiveerd wordt. Terwijl de samenleving, de arbeidsmarkt en de overheid er baat bij kunnen hebben.”