"Rampschip" na bijna duizend dagen boven water

Voor de kust van Zuid-Korea is het wrak van een ferry bovengehaald, bijna drie jaar nadat het gezonken is. Het rampschip Sewol zonk in april 2014, 304 mensen kwamen om, voornamelijk kinderen.

De ferry Sewol zonk op 16 april 2014 voor de kust van het zuidwestelijke eiland Jindo. 304 opvarenden overleefden de ramp niet, het waren bijna allemaal kinderen en jongeren op schoolreis. Na de scheepsramp konden 295 lichamen geborgen worden, 9 lichamen zijn nooit teruggevonden en bevinden zich mogelijk nog in het wrak.

De ferry, een gevaarte van 6.825 ton, lag op 40 meter diepte, wat een bergingsoperatie bijzonder complex maakte. In een eerste fase is het schip nu naar het wateroppervlak gehesen. De komende dagen en weken wordt het leeggepompt en wordt een platform geïnstalleerd, waarmee het naar het vasteland gevoerd kan worden.

Familieleden van slachtoffers drongen al heel lang aan op een berging. Ze konden de operatie volgen vanop zee, vanop afstand. Nabestaanden van slachtoffers die nog niet teruggevonden zijn, hopen dat ze later alsnog afscheid kunnen nemen.

Het schip bleek te zwaar geladen te zijn, ook was de lading niet goed verdeeld. De kapitein is intussen veroordeeld tot een levenslange celstraf  voor moord. Hij verliet de ferry terwijl de passagiers in hun hut moesten blijven. De directeur van de rederij kreeg zeven jaar celstraf. De bevolking had ook forse kritiek op de Zuid-Koreaanse overheid wegens de lakse reguleringen voor de scheepvaart.

Meest gelezen