Werknemers van belangrijke olie-industrie leggen werk neer en sluiten zich aan bij volksprotest in Iran
In Iran hebben werknemers van verschillende olieraffinaderijen en petrochemische fabrieken het werk neergelegd. Met hun staking sluiten ze zich aan bij het brede volksprotest na de dood van Mahsa Amini, meer dan drie weken geleden. De jonge vrouw stierf in onduidelijke omstandigheden nadat ze was opgepakt door de zedenpolitie.
Het aanhoudende volksprotest in Iran heeft zich nu ook uitgebreid naar de belangrijke oliesector van het land. In de havenstad Bushehr, aan de Perzische Golf, en in andere steden zijn er stakingen uitgebroken in de olie-industrie en de petrochemie. Ook in de olieraffinaderij van Abadan hebben werknemers het werk neergelegd. Er zijn barricades opgeworpen op de snelwegen en arbeiders zeggen dat ze zich aansluiten bij het protest.
BEKIJK - Protesterende arbeider roepen: "Dood aan de dictator".
Deze video is niet meer beschikbaar. We beschikken momenteel niet over de rechten om deze video aan te bieden.
"De olie- en gassector is de belangrijkste kloppende ader van het economische systeem in Iran", zegt politicologe aan de VUB Elly Mansouri. "Als die stilvalt, is dat zowel voor het autoritaire regime als voor de bevolking, die zich vooral met de wagen verplaatst, een groot probleem". Of de stakingen zullen aanhouden of uitbreiden, is op dit moment moeilijk in te schatten.
Ze worden in elk geval met argusogen gevolgd, want ten tijde van de Iraanse revolutie, in 1978 en 1979, werd het moment dat de werknemers uit de olie-industrie en de handelaren van de bazaars zich aansloten bij het massaprotest tegen de sjah, gezien als een kantelpunt.
Erg hard politie-optreden in Koerdisch gebied
Het protest in Iran is intussen zijn vierde week ingegaan. Volgens mensenrechtenorganisaties zijn al zeker 185 mensen omgekomen bij het protest, dat steeds harder wordt neergeslagen. Vooral in het Koerdische gebied, vanwaar Mahsa Amini afkomstig was, wordt erg hard opgetreden tegen betogers. Sinds zaterdag zouden daar al 5 mensen zijn gedood door repressief optreden van de politiediensten. Er zouden ook meer dan 150 gewonden zijn gevallen.
Mahsa Amini, afkomstig uit het Koerdische gebied in het westen van Iran, was met haar familie op bezoek in de hoofdstad Teheran toen ze daar van straat werd geplukt door de zedenpolitie. De 22-jarige vrouw zou haar hijab, haar hoofddoek, niet correct hebben gedragen. Die zou te los hebben gezeten en een deel van haar haar onbedekt hebben gelaten.
De vrouw werd meegenomen in een busje en zou daarbij volgens omstaanders hardhandig zijn aangepakt en een zware slag op het hoofd hebben gekregen. De politie ontkent dat en verklaart dat de vrouw in het politiekantoor een hartaanval kreeg, waarna ze in een coma belandde en naar het ziekenhuis werd gebracht, waar ze stierf. Haar familie zegt dat ze geen gezondheidsklachten had en dat ze voordien nooit problemen had met haar hart.
Na de begrafenis van de vrouw brak spontaan protest uit. Dat is uitgemond in een aanhoudende golf van woede tegen de autoritaire religieuze leiders die sinds 1979 aan de macht zijn in Iran.
Voor het eerst sinds de start van het protest heeft het hoofd van de rechterlijke macht in Iran zich vandaag wel bereid verklaard tot een dialoog met de tegenstanders van het regime.
"Burgers of politieke groeperingen moeten weten dat we oor hebben voor protesten en kritiek en klaar zijn voor dialoog", kondigde Gholamhossein Mohseni Ejei aan. Hij erkende dat het Iraanse politieke systeem ook "zwakheden en gebreken" kan hebben. "We hebben er geen moeite mee om eventuele fouten te corrigeren."
De uitlatingen van het hoofd van de rechterlijke macht tonen volgens waarnemers vooral aan dat de harde koers niet werkt.