Direct naar artikelinhoud
NieuwsHuisartsentekort

‘Patiënten sparen veel vaker hun problemen op’: hoe huisartsen moeten werken, dat is niet echt meer gezond

Anthony Dheere (32) werkt als huisarts in een praktijk in Zele en voerde twee jaar geleden al een gedeeltelijke patiëntenstop in.Beeld Thomas Nolf

Werkdagen van 12 uur of langer, een eindeloze administratie en meer zorgvragen. De werkdruk bij huisartsen is zo groot dat velen patiëntenstops invoeren of ermee stoppen. “Het maatschappelijk beeld van een huisarts is niet mee geëvolueerd.”

“Ja, ik heb al overwogen om te stoppen. Maar voorlopig doe ik het niet, want ik haal nog veel voldoening uit mijn job. Maar er zijn dringend veranderingen nodig om die werkvreugde te behouden.” Anthony Dheere (32) werkt als huisarts in een praktijk in Zele met vijf andere artsen en twee artsen in opleiding. De voorbije vijf jaar zijn er acht andere huisartsen in de regio gestopt, en maar drie bijgekomen. Omdat de vraag daardoor te hoog werd, voerde de praktijk van Dheere twee jaar geleden al een gedeeltelijke patiëntenstop in.

En dan moest de coronapandemie nog komen. “Dat is echt een katalysator geweest", vertelt Dheere. “Niet alleen is de administratieve last enorm toegenomen door het hoge aantal ziektebriefjes, maar onze bereikbaarheid als arts is ook veranderd. Terwijl je vroeger voor alles op consultatie moest komen, is het ingeburgerd geraakt om te bellen of te mailen. Meestal heb ik rond zes à zeven uur ‘s avonds mijn consultaties afgerond. Maar dan werk ik zeker nog anderhalf uur om patiënten terug te bellen en e-mails te beantwoorden.”

Depressies en burn-outs

Het gevolg van het personeelstekort en de hoge werkdruk laat zich voelen voor wie naar de dokter moet: wie geen vaste huisarts heeft, kan moeilijk ergens terecht. En zelfs wie een vaste huisarts heeft, moet soms dagen wachten op een afspraak.

Alleen lijkt het er niet op dat de situatie snel zal beteren. Volgens een studie van Domus Medica, de UGent en het Vlaams Instituut Voor de Eerste Lijn zou 60 procent van de huisartsen een gedeeltelijke patiëntenstop hanteren, terwijl 13 procent helemaal geen nieuwe patiënten meer aanvaardt. Vrije consultaties zijn nergens meer mogelijk. Voor 44 procent van de huisartsen begint de hoge werkdruk zwaar te wegen, voor 15,4 procent is die stilaan onhoudbaar. In zeker een op drie praktijken staat momenteel een vacature voor huisarts open. Bovendien zou een kwart van de huisartsen van plan zijn om binnen de vijf jaar de praktijk te stoppen.

De studie vond plaats in twee regio’s en is dus nog niet representatief voor heel Vlaanderen. De bedoeling is om het meetinstrument verder te verfijnen en testen, zodat het in 2023 over heel Vlaanderen uitgerold kan worden. Toch is het onderzoek een bevestiging van de pijnpunten waar de sector al langer mee kampt en die sinds corona alleen nog maar acuter zijn geworden.

Dat bevestigt ook huisarts en voorzitter van de huisartsenvereniging en wachtpost van Turnhout Wim Schippers (37). “Jonge artsen zijn vaak deel van een tweeverdienersgezin waarbinnen ze ook enkele verantwoordelijkheden moeten opnemen, en ze willen zichzelf ook persoonlijk kunnen ontwikkelen. Ze hebben dus andere verwachtingen over de balans tussen werk en privé. Maar het maatschappelijk beeld van een huisarts is nog niet mee geëvolueerd.”

Integendeel: volgens Schippers is de zorgvraag sinds corona alleen nog maar toegenomen en complexer geworden. “Patiënten sparen veel vaker hun problemen op en hebben complexere en vaak ook meer psychosociale problemen zoals depressies en burn-outs. Daarnaast hebben veel mensen geen concrete zorgvraag. Mensen met buikgriep bijvoorbeeld weten vaak perfect hoe ze dat moeten behandelen, maar komen voor een doktersbriefje.” Hoewel dat briefje binnenkort in sommige bedrijven voor één dag niet meer nodig is, hadden artsen die regel liever uitgebreid naar drie dagen en alle bedrijven.

Verpleegkundigen

Hoe moeilijk het is om nieuwe huisartsen te vinden, ondervindt ook Vjen De Bruycker (34). Samen met één andere arts runt ze de enige huisartsenpraktijk in Leffinge, een deelgemeente van Middelkerke. Op een gewone dag zit haar agenda doorlopend vol van 7 uur 30 ‘s ochtends tot 7 à 8 uur ‘s avonds. Op drukke dagen loopt dat zelfs nog twee uur uit. Al enkele jaren twijfelen zij en haar collega om een derde huisarts aan te werven. “Toen na de pandemie enkele huisartsen in de buurt stopten, hakten we de knoop door. Alleen komt er weinig reactie op de vacature. We hebben nu voor anderhalf jaar een huisarts in opleiding. Dat geeft ons hopelijk even de tijd om iemand nieuw te vinden.”

Sommige artsen gooien het daarom over een andere boeg. Na een hectische periode in een groepspraktijk, wou Laurens Caenepeel (32) het als soloarts proberen. Gek genoeg heeft hij nu een veel betere werkbalans gevonden: “Dat komt omdat ik een verpleegkundige in dienst genomen heb. Zij staat niet alleen in voor technische zaken, zoals spuitjes geven of bloeddruk meten, maar helpt mij ook enorm voor de opvolging van chronische ziekten. Via een aantal protocollen, die ik zelf schreef, verloopt dat perfect.”

De Vlaamse regering startte eerder al zes proefprojecten om huisartsen te ondersteunen met hulp van andere zorgverleners en lokale besturen. In Vorselaar bijvoorbeeld opende recent groepspraktijk Pioen de deuren. Zorgverleners, waaronder een huisarts, maatschappelijk werker en psycholoog werken samen om aan de gezondheids-, mentale en sociale noden van patiënten te beantwoorden. Daarnaast gaat er aandacht naar gezonder leven om de patiënt preventief te helpen.

Binnenkort komen er nog 7 à 10 gelijkaardige projecten in Vlaanderen. Ook de New Deal op federaal bestuursniveau moet het voor huisartsen gemakkelijker maken om bijvoorbeeld een verpleegkundige in dienst te nemen. Die projecten zijn volgens Schippers goed, maar helpen niet op korte termijn. “Terwijl dat net zo belangrijk is om mensen niet te laten afhaken.”