Tegen eind dit jaar hebben 100.000 mensen in België opvang nodig

Het belangrijkste verschil met 2015 zijn de 60.000 Oekraïense oorlogsvluchtelingen die België nu ontvangt. Zij krijgen een apart beschermingsstatuut en verblijf. “Daarnaast zijn er de 30.000 asielzoekers die eind oktober in Brussel geregistreerd waren”, preciseert het kabinet van staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole de Moor (CD&V). Tegen eind dit jaar loopt de teller zo op tot 100.000 mensen in België die opvang nodig hebben, rekent de Moor voor. Let wel: dat is niet altijd onder de vleugels van de overheid. Zo vonden veel Oekraïners zelf onderdak, bijvoorbeeld bij familie of een gastgezin.

Omdat de bestaande opvangplaatsen niettemin overvol zitten, wil de federale regering bijkomende noodopvang inrichten. Staatssecretaris De Moor had daarom vandaag in Jabbeke een “constructief en positief gesprek” met burgemeester Frank Casteleyn (CD&V). Die laatste verzette zich verleden week nog tegen de komst van een asielcentrum op z’n grondgebied. Maar in een reactie bevestigt Casteleyn nu “dat er een tijdelijk humanitair opvangcentrum komt voor kwetsbare gezinnen”. Families en kinderen zullen er telkens voor een maand ondergebracht worden, tot zij een permanente plek krijgen in een vast asielcentrum toegewezen.

“Verschillende diensten, onder coördinatie van het Crisiscentrum, stellen alles in het werk om de opening van de noodopvang zo snel als mogelijk te realiseren”, zo benadrukt de Moor de urgentie. Intussen heeft oppositielid Theo Francken (N-VA) het over een “naïef links beleid”: “Ter vergelijking, 100.000 mensen dat is evenveel als een stad zo groot als Leuven die erbij komt op één jaar tijd”.