Jurgen Van den Broeck: “Volgens Johan Bruyneel had ik in 2011 de Tour kunnen winnen”

Alleen de Spaanse triomf van Remco Evenepoel belaagt de positie van Jurgen Van den Broeck (39) als beste Belgische ronderenner van de voorbije dertig jaar. Als enige Belg deze eeuw eindigde Van den Broeck in de single digits van Giro, Tour én Vuelta. “Soms lijken mijn prestaties nu meer waardering te krijgen dan toen.”

Marc Vermeiren

Op het Tour-palmares staat VdB met een vierde plaats in 2010 en een derde plaats in 2012, maar volgens Johan Bruyneel had editie 2011 hét gloriemoment voor Van den Broeck moeten worden. “Hij meent dat ik die Tour had kunnen winnen. Van iemand als Bruyneel is dat een geweldig compliment. Zoals ik me in die Tour voelde: ik sluit het niet uit. Veel favorieten waren uitgevallen en ik was écht goed.”

In de negende etappe crashte hij echter zo zwaar dat hij moest opgeven. “Zou het door de Vuelta-zege van Remco Evenepoel zijn dat ook mijn prestaties als ronderenner tegenwoordig meer waardering krijgen? Vroeger draaide alles in Vlaanderen rond de klassiekers.”

Lance Armstrong

Als prof debuteerde Van den Broeck in 2007 bij het US Postal van Armstrong en Bruyneel. “Nog steeds de beste keuze van mijn leven. Mannen als Lance Armstrong en Vjatsjelav Ekimov leerden me echt voor mijn vak te leven. Wat er achteraf uitgekomen is (het dopinggebruik, red.), praat ik niet goed, maar ik heb daar zelf nooit iets van gezien en ben daar zelf nooit mee in aanraking gekomen. Als jonge gast was ik aanvankelijk wat bevreesd voor Armstrong, maar die stelde je heel snel op je gemak.”

©  BELGA

Ook op zijn 39ste oogt Van den Broeck nog scherp en fit. Vergeleken met zijn wintergewicht als prof is er zelfs geen kilogram bijgekomen. “Ik zou het van mezelf niet kunnen verdragen als ik plots een serieuze pens zou moeten meesleuren. Toen ik koerste, ging ik ervan uit dat ik nadien al mijn kleren zou moeten wegsmijten, maar alles past nog perfect. Tegenover mijn Tour-gewicht scheelt het wel zo’n zes kilo.”

64 kilo

Toen woog Van den Broeck amper 64 kilogram voor 1,85 meter, het gevolg van een spartaans leven met weinig calorieën en veel inspanningen. “Als ik nu terugkijk, was mijn levenswijze extreem. Ik liep zo weinig mogelijk rond om mijn benen niet te belasten, negeerde familiefeesten, at en dronk zo weinig mogelijk en vermeed restaurants opdat ik toch maar niet in de verleiding zou komen door iets ongezonds. Dat mensen me verweten dat ik geen vrienden maakte omdat ik niet buiten kwam, het kon me niet schelen. Het wezenlijke verschil is dat ik zelf het extreme opzocht, terwijl dat nu van bovenhand wordt opgelegd.”

©  BELGAIMAGE

De combinatie van het vaderschap en een haperend lichaam haalde Van den Broeck vroeger dan gehoopt uit het peloton. Op zijn 34ste zegde hij zijn contract op. “Ik wilde nog twee jaar langer koersen, maar mijn oudste zoon was geboren en door blessures haalde ik het gewenste niveau niet meer.”

De interesse in de koers is gebleven, maar op dit moment zijn de banden verwaterd. “Nochtans hadden ze bij de bond gezegd dat ze mij na mijn afscheid gingen contacteren, maar ik heb niets gehoord. En ik ga zelf niet bedelen. Pas op, ik zou me nog wel graag begeven in die wereld, als vipchauffeur of in de media.”

Marathons

Na zijn wielerafscheid ontdekte Van den Broeck het autoracen. Een paar keer per jaar trekt hij naar Belgische, Franse en Duitse circuits. “De gedachten op nul. Puur amusement. En het is oneindig veel veiliger dan wielrennen.”

Ondertussen probeert hij – gezondheid en strakke lijn indachtig – zo’n drie keer per week te joggen, afgewisseld door sporadische fietstochtjes. Zijn onderste ruggenwervels dragen de sporen van twintig jaar topsport, maar elders valt de fysieke schade van twintig jaar koersen nog mee. Zelfs de linkerknie – zo gehavend door een valpartij – houdt stand. “Dokter Toon Claes is nog altijd verwonderd dat ik met die knie een marathon heb kunnen lopen zonder enige hinder.”

©  BELGA

Onder meer geïnspireerd door Bart Versluys en Bart Verhaeghe is Van den Broeck sinds drie jaar ook actief in de bouwsector. “Het eerste idee was om een pand te renoveren en het vervolgens te verkopen. Dat bleek uiteindelijk te groot voor een renovatie, dus hebben we er appartementen op gezet. Een tweede project is bijna afgewerkt.”

Tussen zijn afscheid in 2017 en zijn keuze voor immobiliën zaten twee jaren van zoeken en tasten. “Ik was 34 jaar en wist niet goed welke richting mijn leven zou uitgaan. Zomaar zitten in de zetel, terwijl de muren op me afkomen: angstaanjagend.”

Als beste Belgische ronderenner van zijn generatie had hij wel een financiële buffer opgebouwd. “Dat was mijn geluk. Ik moest niet snel snel-snel iets aannemen. Zakendoen, ondernemen: ik hoop daarin nog te groeien.”

Aangeboden door onze partners
Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer