Direct naar artikelinhoud
ColumnMarnix Peeters

Marnix Peeters was te gast bij ‘De Tafel van Vier’: ‘Na de uitzending gaf Gert Verhulst mij zichtbaar geen hand’

Marnix Peeters was deze week te gast bij 'De tafel van vier'.Beeld Bob van Mol / SBS

Op zijn berg in de Oostkantons schrijft Marnix Peeters over vrijheid, zijn vogels en zijn vrouw.

Op Klara vonden ze de nieuwe boekenbeurs zalig. Ze was zoals de oude boekenbeurs, maar dan zonder volk, vertelde iemand die er geweest was. Nergens aanschuiven, geen plakkerige kinderen, geen Geronimo Stilton. Ze hebben eindelijk wat ze wilden, de liefhebbers van het betere boek: dat ze weer met een klein clubje nuffig kunnen zitten doen rond een middelmatige bundel van Stefan Hertmans. Het grote publiek hoeft zich niet met lezen in te laten, of moet zich tot Merho beperken.

Enigszins tot mijn verbazing was ik vorige week uitgenodigd in de praatshow van Gert Verhulst om iets over self-publishing, het boekenvak en de helaas in rook opgegane beurs te zeggen. Ik schrijf ‘verbazing’ omdat ik mij geregeld niet zo euforisch over de man en zijn barak uitlaat, dus ik dacht: chapeau, dat zoiets niet ten kwade wordt geduid. Het werd een bijzondere avond. Ik leerde de sympathieke Stijn Baert kennen, alsook Gwendolyn Rutten en Kaat Bollen, die achteraf niet tevreden was. Zij had het gevoel niet ernstig te zijn genomen.

Zelf had ik meer redenen om ontevreden te zijn, want Gert vergat het thema waar ik het over zou hebben aan te snijden, en dus zat ik er een beetje voor spek en bonen bij. Ik denk dat het wel wat zijn bedoeling was, of misschien interesseerde het hem écht niet. Gert is zeer oprecht in zijn ongeïnteresseerdheid. Ze spreekt uit zijn blik, zijn taal, zijn houding. Na de uitzending gaf hij mij zichtbaar geen hand, alvorens in de donkere doeken van het decor te verdwijnen.

Maar ik heb toch nog eens Komt een priester bij Beëlzebub op televisie mogen zeggen. Het boek is al op verschillende plaatsen uitverkocht, dat zelf uitgeven mag je een succes noemen. Vanuit verre loopgraven wordt er meewarig naar geloerd, geloof mij. Ik zie het glas van hun verrekijkers blikkeren in het licht van hun ondergaande zon. Zij proberen er in alle talen over te zwijgen, want stel je voor.

Omdat wij toch in de beschaving waren, ging ik naar een avondvullend programma in de Boekuil in Mortsel. Dat is een heerlijke winkel. Hij wordt gerund door tweelingbroers, Marc en Dirk, die zo sterk op elkaar lijken dat ik nooit hun naam durf te zeggen. Ze doen prachtige dingen. Ze hadden Paul Jacobs uitgenodigd, die een nieuwe self-published misdaadroman uit heeft. Zo’n Jacobs wordt toch gemist op de radio, die had altijd goede, soms spectaculaire ideeën. Vandaag zenden ze toch vooral praatjes uit, wellicht omdat onderzoek heeft uitgewezen dat het beter is voorzichtig te zijn.

Wat minder zenders, en een paar hele goeie: zou dat niet beter zijn? En op tv één praatprogramma dat ergens op lijkt, met gebundelde krachten, in de plaats van al dat gekrassel in de marge: zitten we daar niet collectief op te wachten? Of beter: hebben we daar in Vlaanderen stilaan geen recht op?