Na een wekenlange vlucht kwam de Oekraïense Elena (links, 42) in Brussel in de daklozenopvang van Samusocial terecht. ©  Kristof Vadino

Solidariteitsgolf botst op limieten: ook Oekraïense vluchtelingen overnachten op stationsbanken

Na negen maanden oorlog botst de golf van solidariteit met de vluchtelingen op haar grenzen. Mensen die opvang willen, moeten op goed geluk bij de OCMW’s aankloppen. Intussen slapen ze in de daklozenopvang of in het Zuidstation in Brussel.

Jef Poppelmonde

Na een lange reis die haar van de Russische grens via Krakau en Doornik naar het registratie­centrum voor Oekraïense vluchtelingen aan het Brusselse Zuidstation bracht, kreeg Elena (42) vorige week van medewerkers van Fedasil te horen dat België geen plek heeft om haar op te vangen. “Ze vroegen of ik Belgische vrienden of kennissen had of zelf een slaapplaats kon vinden”, vertelt ze in de gang van een noodopvangcentrum van de Brusselse daklozenorganisatie ­Samusocial.

“Ik zei van niet. Ze zeiden dat ze mij niet konden helpen, dat alle plaatsen vol zitten en dat ik zelf zou moeten zoeken. Dat was een schok”, zegt Elena. Van de medewerkers in het ­registratiecentrum kreeg ze wel de contactgegevens van Samusocial. Zo kwam ze in een gebouw in ­Koekelberg terecht. Aanvankelijk diende dat om in ­hoge nood Oekraïeners op te vangen die aan­kwamen wanneer het registratie­loket gesloten was. “Maar sinds kort staan steeds meer mensen ook nadat ze zich hebben laten ­registreren opnieuw op onze stoep”, zegt Magali Pratte van ­Samusocial.

Omdat het gebouw met twintig plaatsen daardoor vaak overvol zit, legt de vzw in samenspraak met de NMBS ook Oekraïense mensen te slapen in de terminal van Eurostar in het Zuidstation. De spoorwegmaatschappij bevestigt dat. “De voorbije twee maanden hebben daar al 75 Oekraïense vluchtelingen de nacht moeten doorbrengen”, zegt Pratte. “In stoeltjes, op banken of op de grond, onder ­dekens die wij hen geven. Een gezin van acht sliep er drie dagen. Ze liggen dan wel niet op straat, in ­feite zijn ze dakloos.”

Overvol

Voor veel asielzoekers in België is een tijd op straat doorbrengen sinds vele maanden de harde rea­liteit. Voor Oekraïense vluchtelingen is het nieuw. Al sinds het begin van de oorlog krijgen zij een ­statuut van tijdelijke bescherming en volgen ze een ander spoor dan andere vluchtelingen. De solidariteit was ook groot: Belgische gezinnen namen mensen in huis onder het motto #PlekVrij en voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog kwamen er nooddorpen. Maar negen maanden later slapen er toch nog Oekraïeners in stations.

Volgens de gangbare procedure zouden zij, nadat ze zich bij de Dienst Vreemdelingenzaken hebben laten registreren, door Fedasil een opvangplaats in een van de drie gewesten toegewezen krijgen – meestal na een tussenstop in het transitcentrum Ariane in Woluwe. In de eerste helft van oktober bracht Fedasil daar nog 250 Oekraïeners onder, sindsdien niemand meer. Het centrum zit overvol, doordat de doorstroming naar de gewesten stropt. Bovendien wordt het intussen ook gebruikt om asielzoekers op te vangen – waardoor de twee sporen elkaar alsnog kruisen. “Wat wij vandaag vertellen aan Oekraïeners ­die om opvang vragen? Dat ze rechtstreeks moeten aankloppen bij de OCMW’s”, zegt Lies Gilis van Fedasil.

Volgens Samusocial krijgen ­elke dag zo’n veertig Oekraïeners die boodschap. De Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten maakte enkele weken geleden in de krant De Morgen al gewag van “steeds meer gemeenten waar plots mensen ongepland voor de deur staan”, op goed geluk op zoek naar een slaapplaats.

Vooral in Wallonië komen nog amper plekken vrij, zegt Gilis. In Vlaanderen zouden er volgens de huisvestingstool van de overheid nog een 650-tal beschikbaar zijn, toch krijgt Fedasil als het lokale ­besturen belt telkens het deksel op de neus. Volgens minister van ­Wonen Matthias Diependaele (N-VA) komt dat doordat de besturen “plaatsen voorbehouden voor Oekraïners die al op hun grond­gebied verblijven”. Daarmee anticiperen ze op een uitstroom uit opvanggezinnen: naarmate de oorlog aansleept, zetten die steeds vaker een punt achter hun engagement.

Maatwerk

De twee nooddorpen in Antwerpen en Mechelen hebben dan weer (voorlopig) hun maximale capaciteit bereikt. Kortom: de tijd van overaanbod is voorbij. Plaatsen vinden, zegt Diependaele, vereist intussen “maatwerk” – iets waar zijn administratie “voortdurend mee bezig is. Elke week worden nieuwe plaatsen vrijgemaakt”. Maar dat vraagt wel meer tijd.

Intussen blijven Oekraïeners op straat staan. Samusocial maakt zich grote zorgen. Met de winter in aantocht zullen haar voorzieningen nog sneller vollopen met dakloze Brusselaars, asielzoekers en nu ook Oekraïners op zoek naar een warme nacht.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer