Energie

Blijf weg van de domme thuislaadpaal

©  Karel Hemerijckx

De invoering van het capaciteitstarief komt nu heel snel dichterbij. Wie een domme laadpaal combineert met een digitale meter of een kleine verbruiker is met een klassieke meter, wordt financieel wat meer gestraft. Toch kan je er ook je voordeel mee doen maar dan moet je er iets voor over hebben.

Pascal Dendooven

De Vreg doet zijn best om de voordelen van het nieuwe capaciteitstarief in de verf te zetten. De Vlaamse energieregulator geeft vandaag de aftrap van een informatiecampagne. Dat capaciteitstarief, waartegen Vlaams minister van Energie Zuhal Demir (N-VA) een procedure voor het hof van beroep heeft lopen, wordt op 1 januari sowieso ingevoerd – de procedure is niet opschortend. Het is al de derde poging.

   • Zuhal Demir naar rechtbank tegen capaciteitstarief Vreg

Het capaciteitstarief is een nieuwigheid in de energiefactuur. Terwijl vroeger je verbruik de distributietarieven bepaalde, zal je capaciteitsverbruik voortaan grotendeels je tarief bepalen. De Vreg wil ertoe komen dat mensen hun verbruik meer gaan spreiden. Dit om een overbelasting van het stroomnet te vermijden.

Door de introductie van het capaciteitstarief wordt de energiefactuur wel een stuk complexer. Het capaciteitstarief zelf wordt berekend op basis van je piekverbruik. Dat wordt om de 15 minuten berekend. Elke maand wordt het kwartiertje waarin je verbruik piekt eruit gehaald. Op basis van die piek wordt de gemiddelde maandpiek berekend. Dat is het gemiddelde van je maandpieken van de voorafgaande 12 maanden.

Voor wie een klassieke meter heeft, kan netbeheerder Fluvius niet weten wanneer je verbruik piekt. Je capaciteitsverbruik wordt daar standaard op 2,5 kW (kilowatt) gezet. Bij wie een digitale meter heeft, wordt dit wel in detail opgevolgd.

De introductie van het capaciteitstarief heeft dus voor iedereen gevolgen, of je nu een klassieke meter hebt of een digitale. Maar er zijn wel verschillen. Wie er zijn werk van maakt en de juiste installaties én energiecontracten heeft (een dynamisch energiecontract), zal met de digitale meter beter af zijn. Het lijkt vooral weggelegd voor ingenieurs of het zal toch in regel een leerproces vragen.

Wie nu al een digitale meter heeft, kan op ‘mijn Fluvius’ zicht krijgen op zijn piekmomenten van het afgelopen jaar. Die zijn nog niet relevant voor de huidige stroomfactuur, maar geven wel al inzicht. Wie vooruit wil kijken, heeft ook veel aan de website van de Vreg, waar een handige simulator u toelaat allerlei scenario’s uit te testen.

Kleine verbruiker betaalt meer

De scenario’s kunnen één zaak niet veranderen. En dat is dat een kleine verbruiker met een klassieke meter die nu bewust zuinig is, meer zal betalen voor zijn nettarief. Bij een jaarverbruik van 1.000 kwh verspreid over dag en nacht in Antwerpen stad bijvoorbeeld, stijgt het nettarief met 85 procent van 92 euro naar 171 euro. Heb je een digitale meter, dan stijgt het nettarief naar 151 euro (+64 procent). Bij een digitale meter gaat men ervan uit dat je nooit minder dan 2,5 kW aanspreekt.

Voor een consument met een gemiddeld verbruik (3.500 kWh, gelijk verspreid over dag en nacht) met een klassieke meter komt er 7,5 procent bij (van 291 euro naar 313 euro). Heb je een digitale meter, dan is er een stijging van 8,24 procent tot 315 euro.

Veel hangt af van je eigen situatie. Heb je bijvoorbeeld zonnepanelen waardoor je enkel nog maar ’s nachts netto-verbruiker bent, is de stijging van het nettarief beperkt als je een klassieke meter hebt, maar is de stijging wat groter met een digitale meter.

De ene Tesla is de andere niet

Een koppel met een elektrische wagen dat thuis een (domme) laadpaal heeft met een vermogen van 11 kW (dagverbruik 4.000 kWh; nachtverbruik 4.000 kWh) ziet met een klassieke meter zijn nettarieven met 12,3 procent dalen van 650 euro naar 570 euro.

Als die gebruikers echter een digitale meter hebben, stijgt door het capaciteitstarief het nettarief met 38,8 procent van 650 euro naar 902 euro (332 euro meer dan met een klassieke meter).

Door gespreid te laden met een digitale meter, dat wil zeggen laden terwijl geen andere toestellen werken, kun je de schade beperken tot 753 euro. Toch nog altijd 103 euro meer dan met een klassieke meter.

De digitale meter wordt echter interessanter als je een slimme laadpaal hebt én je verbruik spreidt. Dan daalt je factuur tot 462 euro (108 euro goedkoper dan met een klassieke meter). Zonder spreiding van je verbruik betaal je dan weer 611 euro.

Het verschil zit in het belasten van het net. Een slimme laadpaal met spreiding van verbruik laadt op tegen een vermogen van 3,72 kW. Zonder spreiding van je verbruik is dat 7,44 kW. Een domme laadpaal laat geen spreiding toe en laadt als andere toestellen opstaan bijvoorbeeld, op tegen 14,72 kW.

Voor wie het (terecht) allemaal ingewikkeld vindt, de vuistregel is dat je best doet zoals vroeger toen het nachttarief nog interessant was. Was- en vaatmachine ’s nachts laten draaien.

De digitale meter kan vanaf 2025 niet meer geweigerd worden. Samen met de toenemende elektrificatie betekent dit dat een slimme laadpaal en gespreid laden de betere optie is. Dynamische energiecontracten geven dan weer een dag op voorhand het elektriciteitstarief door, zodat ook dat een factor wordt in het kiezen wanneer je je auto laadt.

Sociaal tarief gevrijwaard

Het capaciteitstarief is hoe dan ook noodzakelijk om te beletten dat het net overbelast wordt. Door ervoor te zorgen dat de vraag naar elektriciteit gespreid wordt, kan men beletten dat er zwaar moet worden geïnvesteerd in dikkere kabels. Dat zou miljarden kosten en op de energiefactuur terechtkomen.

Waar sommigen over struikelen, is dat bij de modellering van de nieuwe tarieven, er geen tariefstructuur is die kleine verbruikers beloont. De Vreg zegt dat iedereen moet meebetalen en dat een vermogen van 2,5 kW de ondergrens is. 16 procent van de ingezetenen in Vlaanderen of circa één persoon op zes betaalt dan weer niet mee aan het capaciteitstarief, omdat ze van een sociaal tarief genieten. In 2021 was dat nog 7 procent.