Aliou Cissé, de coach van het Senegalese elftal.
AFP or licensors

Alle Afrikaanse elftallen hebben een Afrikaanse coach mee naar WK: een primeur en een keerpunt, maar waarom blijft dat zo moeilijk?

Voor de eerste keer ooit hebben alle Afrikaanse elftallen een Afrikaanse coach meegenomen naar een WK voetbal. Op sociale media beschouwen velen dit als een keerpunt nadat Afrikaanse landen jarenlang een beroep hadden gedaan op Europese coaches. Toch is het volgens Jacco van Sterkenburg van de Erasmus Universiteit in Rotterdam te vroeg om te juichen. "Afrikaanse spelers krijgen nog veel te maken met stereotypen als ze coach willen worden", zegt hij in onze podcast "Het kwartier".

Het is je misschien al opgevallen - of niet -, maar de vijf Afrikaanse landen op het WK voetbal in Qatar hebben allemaal een coach uit eigen land mee. Dat zijn Kameroen, Ghana, Marokko, Senegal en Tunesië. 

Dat is opmerkelijk, want het is de eerste keer ooit dat alle Afrikaanse landen geleid worden door Afrikaanse coaches. Op sociale media juichen velen de primeur toe. Ze beschouwen dit als een keerpunt nadat Afrikaanse landen jarenlang een beroep hadden gedaan op witte, Europese coaches.

Toch is het volgens Jacco van Sterkenburg, hoogleraar racisme, media en voetbal aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam, nog net te vroeg om te juichen, want de verandering zou wereldwijd nog steeds heel traag gaan.

BELUISTER - In het tweede deel van onze podcast "Het kwartier" legt Van Sterkenburg uit wat de onderliggende problemen:

"Zwarte ex-voetballers die coach wilden worden hebben al in veel interviews gezegd dat ze last hebben van stereotypen", zegt Van Sterkenburg in onze podcast "Het kwartier". "Er is het idee dat zwarte spelers snel en sterk zijn, maar geen goede leidinggevenden zijn. Daarom zie je op het veld natuurlijk wel een grote vertegenwoordiging van Afrikaanse spelers, maar weinig zwarte coaches. Clubeigenaren hebben ook vaak een beeld van een witte man als ze aan een coach denken."

Zwarte spelers moeten heel imposante carrière achter de rug hebben om coach te kunnen worden

Jacco van Sterkenburg, Erasmus Universiteit Rotterdam

"Je ziet dat zwarte spelers die wel coach geworden zijn, zoals Vincent Kompany bijvoorbeeld, vaak al binnen de ploeg een leiderschapsrol vervulden én een heel imposante carrière hebben gehad. Bij witte coaches is dat niet per se nodig. Om coach te kunnen worden, moet je eigenlijk ook onderdeel zijn van informele netwerken. Die bestaan vaak uit witte mannen."

"Je kunt dus spreken van een glazen plafond", zegt Van Serkenburg. "En het is heel moeilijk om dat plafond te breken. De vijf coaches op het WK zijn hopelijk een indicatie dat dit verbetert in de toekomst."

Meest gelezen