Het flauwe afkooksel van Libeskind: het is niet langer de Boerentoren van 't Stad, maar de Boerentoren voor de instagramgeneratie

De internationaal gerenommeerde Amerikaanse architect Daniel Libeskind mag van ondernemer Fernand Huts de iconische Boerentoren in Antwerpen onder handen nemen. Zijn ontwerp is een geanimeerd gespreksonderwerp op de Meir en daarbuiten, niet het minst in de architectenwereld. Ingenieur-architect Alexander De Mont put hoop uit de kritiek op het ontwerp.

opinie
Alexander De Mont
ingenieur-architect

Nog voor ik Antwerpen kende, kende ik de Boerentoren. Het eerste beeld dat ik me kan herinneren van de stad is aan de hand van mijn moeder, met boven de huizen, gehuld in mist, een omvangrijk en dreigend silhouet. Pas later zou ik beseffen dat het om de Boerentoren ging, niet tot mijn verwondering, want in het gebouw liggen alle weggevers die haar naam luidop schreeuwen. Vandaag kan ik met meer duidelijkheid doorgronden waarom Libeskinds flauwe afkooksel ondanks al haar spektakel zo weinig zegt.

Vooruitgangsgedachte

De Boerentoren dateert van het interbellum, van een tijd van wisselende voorspoed en een onzekere toekomst. De Eerste Wereldoorlog lag nog vers in het geheugen en de beurscrash van 1929 viel midden in de bouwperiode. Desondanks ging de werf door, met het oog op de wereldtentoonstelling van 1930, en de toren werd twee jaar later voltooid.

Het gebouw moest een symbool worden van de dominantie van de vooruitgang. Een forse fysieke uiting van een maatschappij die de toekomst recht in de ogen keek, ondanks alle twijfel. Het legde beslag op de stad in de zoektocht naar die uiting en transformeerde het hele weefsel ervan. Slechts de toren van de kathedraal bleef nog hoger.

Fernand Huts probeert in essentie nu hetzelfde te doen: in naam van een ideaal beslag leggen op de stad. Qua geest zit hij volledig in lijn met het monument. De veruitwendiging van de vooruitgang, wat die dan ook moge zijn. Alleen voelt zijn ingreep vandaag aan als compleet wereldvreemd. Waarom dan?

Uiteengeworpen maatschappij

Om daarop een antwoord te vinden, moeten we in de eerste plaats niet naar meneer Huts kijken, maar naar onszelf. Ik geloof in de goedheid van de mens en dus ook in Huts’ oprechte wens om een plek voor "ons" te creëren (naast het strelen van zijn ego).

Maar wie zijn wij? Wat betekenen wij nog voor elkaar? Wanneer hij uit zijn raam naar buiten kijkt, wie ziet hij dan? Een naamloze massa. Een kluwen van vreemden. Een hoopje mensen dat toevallig op dezelfde plek op aarde leeft, maar mensen die onderling nog maar weinig met elkaar te maken hebben. We kennen onze buren niet meer of onze bakker, slager of kruidenier als die er nog zijn. Aan de kassa bij de supermarkt schrikken we wanneer de kassierster ons iets vraagt buiten "volgende" en "tot ziens". We zijn beter op de hoogte van de kleur van Trumps ondergoed dan wie onze lokale bestuurders zijn.

Dat is Fernand Huts’ publiek.

Architectuur is een taal boven iets anders

De Boerentoren wordt gekenmerkt door haar sprekende stijlelementen. Een art-decotempel heb ik ze al door collega’s zien genoemd worden, vol zwart marmer, glas-in-loodplafonds en bronzen standbeelden. Dat is geen gratuite esthetica, maar een communicatiemiddel. 

Net als de strenge gevellijnen en statige pilasters stelden ze het gebouw in staat te dialogeren met de wereld die haar omringde. Een wereld die leefde en bruiste. Een wereld die lokaal geënt was, en voor wie het nieuwe gebouw om de hoek er werkelijk toe deed. De Boerentoren werd ontworpen op maat van die wereld.

Zo ook de nieuwe Boerentoren naar de wereld van vandaag. Een wereld die niet langer lokaal verankerd is, maar die de landsgrenzen overstijgt. Een wereld ook waarin meer mensen het gebouw op Instagram zullen zien dan in het echt. De dialoog is niet langer tussen het monument en de stad, maar is verlegd naar de ether, waar meer spektakel steeds meer volgers trekt.

Het is daarin dat de aard van het huidige conflict ligt: in de verpauperde betekenis van het lokale en de dominantie van het ongrijpbaar internationale. Waar het bestaande monument beslag legde op de stad in naam van de stad, werpen Huts’ plannen een schaduw over die stad om de hele wereld te plezieren.

De "Antwerpenaar"

Het is daarom met enige voorzichtige hoop dat ik deze week de discussie over de Boerentoren heb gevolgd. Waar vroeger niemand nog een hand omdraaide voor de verloederende monumenten van weleer, komen ze bij elk nieuw omstreden project opnieuw in de kijker te staan, van het Gravensteen tot (simpelweg) het Steen.

Het is op zulke momenten dat het lokale toch niet volledig uitgeteld lijkt te zijn, en buurtbewoners opnieuw iets durven te geven om de wereld die hen fysiek het dichtst omringt. Het is te hopen dat de trend zich doorzet en het binnenkort opnieuw aan architectuur wordt toegelaten zich te binden en te praten met de bodem waarop ze staat.

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen