Direct naar artikelinhoud
AnalyseSpoorstaking

Hoe de NMBS ten onder lijkt te gaan in een spelletje ‘Risk’: ‘De politiek heeft de NMBS vaak misbruikt’

Wachten op een trein in het Sint-Pietersstation in Gent. Op de IC-lijnen tussen grote steden zouden tijdens de staking nog twee op de vijf treinen rijden, elders zal het aanbod lager liggen.Beeld Wannes nimmegeers

Jaar na jaar pakten de NMBS en de regering uit met extra treinen. Maar in werkelijkheid nam de overbelasting van de versleten sporen en treinen gestaag toe. Door die imperial overstretch dreigt het hele treinnet nu in elkaar te stuiken, net zoals bij het populaire bordspel Risk.

Les één voor de beginnende Risk-speler: wees geduldig en bouw je imperium gestaag op. Wie overmoedige beslissingen neemt, dreigt zijn pionnen namelijk zodanig te verspreiden dat een tegenslag al meteen het einde kan betekenen.

Dat is precies wat de NMBS op dit moment lijkt te beleven. Met te oud materieel, te oude sporen en een stokoude organisatie probeerde ze de voorbije jaren almaar meer kilometers af te malen. Die overbelasting begint zich nu aan alle kanten te tonen. De stiptheid zit op het laagste niveau in vier jaar, de reizigers haken gefrustreerd af en voor het eerst sinds 2016 volgt er dinsdag nog eens een nationale 72-uursstaking (zie onderaan).

Al sinds zijn aantreden als mobiliteitsminister in 2020 maakte Georges Gilkinet (Ecolo) er een punt van om het geblutste blazoen van de spoorwegen op te poetsen. Na jaren van gedwongen besparingen en geruzie tussen toplui wilden de groenen weer een positieve sfeer rond het openbaar vervoer scheppen. Het was een van hun voorwaarden om in de Vivaldi-regering te stappen. “Meer treinen, meer reizigers, minder files”, zo vatte de ambitieuze Gilkinet, zelf een treinreiziger, de plannen samen.

Zwitserland achterna

Dat uitte zich in Spoorvisie 2040, een langetermijnplan met als doel het martktaandeel van het spoor uit te breiden van 8 naar 15 procent. De ronkende belofte klinkt dat er straks om de vijftien minuten een trein langs de grote steden rijdt, elders om de 30 minuten. Stations worden bruisende centra waar overstappen een fluitje van een cent wordt. En met betere informatie, stiptheid en perfect afgestemde treinen wanen reizigers zich straks in Zwitserland.

Maar 2040 is nog lang. Op korte termijn zette Gilkinet daarom in op het transportplan 2020-2023, waarmee het treinaanbod van de NMBS in amper drie jaar tijd met 5 procent wordt uitgebreid. “Goed voor 1.000 extra treinen per week”, verkondigde hij een jaar geleden nog trots. De uitbreiding van het aanbod, die in drie fases verloopt, moest een zichtbaar uithangbord worden voor de frisse wind die hij over het spoor zou jagen.

Maar wat níét veranderde, is de beperkte capaciteit en de verouderde staat van het spoornet. De NMBS bleef ook grotendeels met hetzelfde verouderde materieel rijden: treinen die vaak al 30 of 40 jaar oud zijn. Bovendien bleef het tekort aan machinisten, treinbegeleiders en vooral ook aan technici aanslepen. Hierdoor zijn er te weinig personeelsleden om de treinen te laten rijden en om defecte wagons te repareren.

Gooi hier bovenop de coronacrisis en de energiecrisis, waardoor het spoor nu ook financieel minder rooskleurige vooruitzichten heeft, en de crisis is compleet. De derde en finale uitbreiding van het treinaanbod, die binnen twee weken zou ingaan, is intussen uitgesteld. Uitbreiden heeft nu eenmaal weinig zin als het huidige treinaanbod niet eens gegarandeerd kan worden. “Eerst willen we die stretch op het systeem wegnemen”, zegt NMBS-woordvoerder Bart Crols.

Wanbeleid

Dat het spoor begint te kraken onder zijn imperial overstretch is volgens spoorjournalist Herman Welter mede het gevolg van historisch wanbeleid. “De spoorwegen hebben sinds de jaren 80 continu moeten besparen. Dat verklaart waarom we nu met oude treinen en oude infrastructuur opgescheept zitten. Bovendien heeft de politiek de NMBS vaak misbruikt. Herinner u het megalomane station van Bergen (een prestigeproject van Elio Di Rupo, ADB) dat uiteindelijk meer dan 300 miljoen euro heeft gekost. Met dat geld had het spoor ook veel nuttigere dingen kunnen doen.”

Volgens Welter moet de treinreiziger zich geen illusies maken: de NMBS zit in een situatie die niet op korte termijn kan worden opgelost. Een analyse die wordt gedeeld door Stefan Stynen, voorzitter van TreinTramBus: “De ommekeer richting 2040 inzetten is een goed idee. Maar het zal in kleine stapjes moeten gebeuren. Anders gaat het sowieso niet lukken.” Stynen pleit onder meer voor slimme investeringen in extra sporen en efficiëntere seinen.

Intussen blijft Gilkinet wijzen op de historisch hoge bedragen die naar het spoor vloeien. Die zouden binnenkort echt wel moeten beginnen renderen, klinkt het. “We doen er alles aan om de situatie zowel op korte als lange termijn te verbeteren.”

Drie op de vier treinen rijden dinsdag niet

Door de 72 uursstaking die maandagavond om 22 uur van start gaat, zullen drie op de vier treinen dinsdag niet uitrijden. Dat hebben de NMBS en Infrabel bekendgemaakt. De best bediende lijnen zijn de IC-verbindingen tussen grote steden, waar nog twee op de vijf treinen zullen rijden. Op andere lijnen rijdt ongeveer een kwart. De speciale piekuurtreinen worden bijna allemaal afgeschaft. De impact verschilt sterk van regio tot regio. Zo zal het treinverkeer nagenoeg volledig stilliggen in de provincies Namen, Luxemburg en delen van Waals-Brabant.

Vanaf maandagochtend kunnen reizigers online nagaan welke treinen wel of niet rijden. Over de impact op woensdag en donderdag communiceren de spoorwegen pas de komende dagen.