Gelooft Bart De Wever in spoken of kan zijn strategie slagen?

In het radioprogramma "De ochtend" verdedigde N-VA-voorzitter Bart De Wever zaterdag fors een nieuwe staatshervorming: “It is time for choosing”. Er kwam prompt reactie uit Franstalige hoek, zelfs van MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez die nochtans lonkt naar de N-VA voor een nieuwe coalitie. "Er is geen meerderheid voor een staatshervorming", repliceerde hij in "De zevende dag". Politicoloog Nicolas Bouteca onderzoekt of De Wever gelooft in spoken of dat zijn strategie toch kan slagen?

opinie
Nicolas Bouteca
Nicolas Bouteca is politicoloog bij de Universiteit Gent.

Na anderhalve week federale miserie kwam de confederalismeboodschap van Bart De Wever niet onverwacht, maar de belangrijkste vragen blijven: wie ligt er wakker van een staatshervorming en hoe zal men die in ons versplinterd partijlandschap realiseren? Volgens MR-voorzitter Bouchez in "De zevende dag" houden de uitspraken van De Wever dan ook geen steek. De waarheid is genuanceerder dan dat, maar het zal voor de N-VA hoe dan ook werken worden om de kiezer achter haar plannen te krijgen. 

Overwinningsspeech na gemeenteraadsverkiezingen

Flashback naar 14 oktober 2012. In een kolkende Zuiderkroon in Antwerpen hield Bart De Wever zijn overwinningstoespraak. Het waren lokale verkiezingen, maar de N-VA-voorzitter trok nationale conclusies uit het resultaat. 

Tegenover PS-premier Di Rupo en de Franstalige politici in het algemeen liet hij verstaan dat er een staatshervorming moest komen: “Neem uw verantwoordelijkheid en bereid samen met ons de confederale hervorming voor. Want uw belastingregering zonder meerderheid in Vlaanderen wordt door de Vlamingen niet gesteund. Laat ons dus samenwerken aan een hervorming die Franstaligen én Vlamingen het bestuur geeft waar ze recht op hebben.”(De Morgen, 14 oktober 2012). 

In de roes van de overwinning stelde hij een confederale big bang in het vooruitzicht die na de federale verkiezingen van 2014 vorm zou moeten krijgen. Maar een goede tien maanden later, in aanloop naar die verkiezingen, werd duidelijk dat in het N-VA-hoofdkwartier euforie intussen plaatsgemaakt had voor pragmatisme. N-VA-kamerlid Siegfried Bracke stuurde de partijstrategie bij in een interview met De Standaard (31/8/2013): "Ook zonder confederaal akkoord stappen wij in een federale regering. De sociaal-economische agenda is veel te urgent.”

In een poging om regierungsfähig te worden maakten de Vlaams-nationalisten met deze fameuze ‘bocht van Bracke’ duidelijk dat de staatshervorming, die een klein jaar eerder in het betoog van de Bart De Wever nog een evidentie leek, ook voor hen even in de koelkast kon.

Confederalisme of niets

Bovenstaande episode leert ons dat het verre van de eerste keer is dat Bart De Wever de staatshervorming tot verkiezingsthema verheft. Zijn partij doet dat al decennia lang. Als eigenaar van het thema kan dat electoraal interessant zijn en vooral, het is de kern van het programma. 

Niks nieuws onder de zon dus. Iets opvallender, maar ook niet helemaal nieuw, is de boodschap dat de partij niet langer geïnteresseerd is om de noodzakelijke sociaal-economische hervormingen op het federaal niveau te realiseren. Enkel door heel wat extra bevoegdheden naar de deelstaten door te schuiven, kan de Vlaamse welvaart vastgehouden worden, aldus De Wever.

Een nieuwe bocht van Bracke moeten we dus niet verwachten, want ook tijdens de formatie van 2019 zat men al op het spoor van ‘confederalisme of niets’ toen men toenadering zocht tot de PS. De Waalse socialisten zijn sociaal-economisch immers de tegenpool van de N-VA, maar ze delen tot op zekere hoogte een hang naar regionalisme.

Als het mag van de kiezer wil De Wever dus net zoals in 2019 werk maken van zijn politiek testament door eindelijk eens stappen zetten op de kern van zijn politieke overtuiging. Met enige zin voor melodrama zette hij de kiezer zaterdag op Radio 1 dan ook voor het blok: “It is time for choosing”.

Het verleden leert dat met goed bestuur wel verkiezingen vallen te winnen. 

Zijn confederale geloofsbelijdenis kwam niet toevallig na anderhalve week miserie in de regering-De Croo. Vivaldisten zoals CD&V-voorzitter Sammy Mahdi en MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez uitten bijvoorbeeld openlijk hun twijfels over de hervormingsmogelijkheden van de federale regering. 

De Wever nam die voorzet dankbaar in ontvangst en kopte binnen: enkel het confederalisme kan ons redden. De dieprode Belgische begroting, die met het ontslag van De Bleeker haarscherp in beeld kwam, gold daarbij als ultieme argument. Vlaanderen kan op dat vlak immers de beste resultaten van het land voorleggen. 

De boodschap die daarmee de wereld wordt ingestuurd, is duidelijk: de begroting laat het verschil zien tussen een regering met of zonder de N-VA, tussen Vlaanderen en het federale niveau. De staatsfinanciën mogen dan wel weinig wervend zijn voor veel kiezers, maar het verleden leert dat met goed bestuur wel verkiezingen vallen te winnen. En goed besturen kan volgens De Wever dus enkel nog in een confederale constructie. Daarom riep hij het uit tot het verkiezingsthema nummer één voor de N-VA.

Draagkracht

Nochtans liggen weinig mensen echt wakker van de staatsvorm waarin ze leven. Bij de verkiezingen van 2019 noemde slechts zes procent van Vlaamse de kiezers het communautaire thema belangrijk. Zelfs bij de kiezers van Vlaams-nationalistische partijen is staatshervorming vaak allesbehalve een doorslaggevend stemmotief. 

In 2014 bijvoorbeeld stond slechts bij één op tien N-VA-kiezers de staatshervorming in hun top drie van belangrijkste thema’s. In 2007 en 2010 was het thema staatshervorming iets belangrijker, maar dan nog kon het als stemmotief niet tippen aan de sociaal-economische thema’s. 

Vlaams-nationalisten zetten tegenover al die cijfers echter de nuchtere vaststelling dat een kleine 45 procent van de Vlamingen in 2019 voor een partij heeft gestemd die heel uitdrukkelijk streeft naar (meer) Vlaamse onafhankelijkheid. Je kan met andere woorden bezwaarlijk beweren dat de overgrote meerderheid van de Vlamingen ten allen prijze en tot het einde der dagen aan België wil vasthouden. Er kan dus wellicht wel wat meer draagvlak ontwikkeld worden voor de institutionele dromen van De Wever dan doorgaans wordt aangenomen.

Troefkaart begroting

Daarvoor wordt het thema confederalisme gekruist met goed bestuur en het behoud van onze welvaart. Dat vereist natuurlijk dat er in Vlaanderen beter geregeerd wordt dan op federale niveau. 

De begroting is daarbij een troefkaart, maar het lerarentekort of de problemen in de kinderopvang zorgen voor een serieuze scheeftrekking. Daar is dus nog werk. Bovendien zullen de tegenstanders van een verdere staatshervorming niet nalaten om het beeld van de acht ministers en één staatssecretaris van Gezondheid boven te halen om alle institutionele ambities af te blokken. 

De negatieve impact van het federalisme op de aanpak van de coronacrisis valt niet te bewijzen omdat ontiegelijk veel factoren mogelijks een rol speelden (geografie, bevolkingsdichtheid, klimaat, leeftijd van de bevolking en zelfs geluk), maar het beeld van een massa gezondheidsministers is wel politiek erfgoed geworden.

Deelstaatautonomie kan wel degelijk een verschil maken

De N-VA zal niet alleen moeten aantonen dat er beter bestuurd kan worden op Vlaams niveau, maar ook dat het tout court een verschil maakt om bevoegdheden naar de deelstaten over te hevelen.  Sommigen stellen immers dat het Belgische federaliseringsproces een maat voor niks is geweest, omdat het beleid dat in Vlaanderen, Wallonië en Brussel wordt gevoerd nauwelijks van elkaar verschilt.

Dat is een te makkelijke analyse. De zorgverzekering, de indexering van de kinderbijslag, de verkeersbelasting, de registratierechten, een andere uitnodigingsstrategie voor de coronabooster, de duur van de zomervakantie. Het zijn stuk voor stuk domeinen waar de deelstaten een andere koers varen. 

Zelfs de politieke cultuur verschilt tussen de deelstaten. De kabinetten zijn op het ene niveau groter dan op het andere en het aantal parlementaire medewerkers verschilt van gewest tot gewest. Er bestaat in Brussel een cumulverbod en in Wallonië een plafond voor uitgaven aan sociale media bij lokale verkiezingen. In Vlaanderen presteerde men het zelfs om als enige de opkomstplicht af te schaffen bij de gemeenteraadsverkiezingen. Deelstaatautonomie kan dus wel degelijk een verschil maken, maar het idee dat het niets uitmaakt verkoopt makkelijker.

Meerderheid?

Er is voor N-VA dus nog werk aan de winkel om de meerwaarde van meer zelfbestuur duidelijk te maken. Zeker ook omdat het aantal mediagenieke communautaire regeringsconflicten, waardoor institutionele hervormingen ook voor de brede massa kiezers logisch gaan klinken, afgenomen zijn. 

De tijd van een opschuivende taalgrens, Happart of BHV zijn voorbij. Goed bestuur en “sociaal-economisch overleven” kunnen die communautaire leegte misschien opvangen, maar dan stelt zich nog de ultieme vraag: hoe kunnen voor de confederale omslag de nodige meerderheden gevonden worden? Op basis van de huidige peilingen moet voor de 100 Kamerzetels die daarvoor nodig zijn zowat elke partij mee in het bad, PVDA en Vlaams Belang uitgezonderd.

Organiseren = realiseren?

De oplossing voor dit euvel zit misschien in de vage bewoordingen die Bart De Wever zaterdag gebruikte: “de volgende federale regering moet het confederalisme organiseren”. 

Het moet dus wellicht niet meteen gerealiseerd worden. In een soort ‘confederalisme in de praktijk’ zouden bevoegdheden eerst voorlopig op het federale niveau uit elkaar kunnen worden gehaald waarbij de N-VA zich dan kan optrekken aan het feit dat dit in het verleden nadien meestal tot een definitieve splitsing leidde. 

Dat was ook de strategie die men tijdens de formatie van 2019 in gedachten had. In de geest van het conservatisme moest België niet met een revolutie tot een confederale staat gebombardeerd worden. Een zachte evolutie naar meer Vlaams zelfbestuur volstond. 

We moeten nog afwachten wat dat wordt, maar als de Vivaldi-partijen de palliatieve sedatie van het federale niveau niet op hun bord willen krijgen in 2024, tonen ze best wat meer bestuurskracht. Afgelopen weken viel dat serieus tegen en de teller tikt. Over anderhalf jaar trekken we weer naar de stembus.

VRT NWS wil op vrtnws.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. Wilt u graag zelf een opiniestuk publiceren, contacteer dan VRT NWS via moderator@vrt.be.

Meest gelezen