Direct naar artikelinhoud
ReportageRSV

‘Sinds een week of twee, drie is het hier ontploft. En ik weet niet of de piek al bereikt is’: kinderziekenhuis kreunt onder RSV-virus

Verpleegster Elisa Arrazola De Onate.Beeld Xavier Piron / Photo News

Pandemie in het kinderziekenhuis. Maar dan door het RSV-virus, dat opnieuw de torenhoge toppen scheert als de kwaadste winters voor corona. ‘Sinds een week of twee, drie is het hier ontploft. En ik weet niet of de piek al bereikt is’, zegt pediater Siel Daelemans van het Kinderziekenhuis van het UZ Brussel in Jette vanachter het mondmasker.

Coronataferelen, daar doet het aan denken. Bij de inschrijvingsbalie was het ‘s ochtends koppen lopen. In de gangen is het in de namiddag… verbazend leeg. Dat komt: alle kindjes met RSV liggen - voor zover mogelijk - in dezelfde gang, maar in isolatie in hun kamers. Waar er al een kamerdeur openstaat, zie je het ingepakte poetspersoneel de boel grondig ontsmetten en klaarmaken voor een volgend patiëntje.

Pediater en infectiologe Siel Daelemans: “Elke kamer die vrijkomt, wordt onmiddellijk weer ingenomen. Soms moeten we kindjes doorverwijzen naar andere ziekenhuizen, zoveel mogelijk in de regio, soms nemen wij er op van hen. Opname met RSV duurt soms drie, soms zeven dagen, een enkele keer al wat langer. Er is dus een groot verloop. Maar dat maakt ook dat we tot nu toe nog altijd wel ergens een gaatje vinden.”

De helft van de 52 bedden hier zijn ingenomen door kindjes met RSV en andere luchtweginfecties, net als de helft van de zes bedjes op de kinderintensieve. “We schuiven hier met bedden zoals moest gebeuren in de ziekenhuizen tijdens corona. Er was geen RSV tijdens de coronajaren, dankzij de lockdowns en de mondmaskerplicht. Toen kwamen er tot onze verbazing vlagen in de lente. We moeten geen operaties uitstellen of andere afdelingen sluiten, zoals moest gebeuren in de ziekenhuizen tijdens covid. Maar het is hier al elke gewone winter razend druk geweest. Door RSV, maar ook door te weinig bedden en personeel.”

Een oproep: blijf weg uit het ziekenhuis, luidt hier niet. “Ouders moeten reageren zoals altijd: is je kind ziek, dan ga je naar de huisdokter of kinderarts. Die zal doorverwijzen of niet. Zeker met jonge kindjes, kan je niet wegblijven.” RSV is een ernstige ziekte, het risico moet zo klein mogelijk worden gehouden door snel te reageren. Een pandemie is het hoe dan ook te noemen. “We zien de golf ook dit jaar weer beginnen in Australië, dat eerder zijn winter doormaakt, en tot hier rollen.”

Siel Daelmans.Beeld Photo News / Xavier Piron

Uitgeput

RSV is een virus dat zich op de dunste vertakkingen van de luchtwegen zet. “Op de twijgjes van de boom, zo leggen wij het hier uit”, zegt dokter Daelemans. “Die gaan zwellen en kleven dicht, er is slijmvorming waardoor de kindjes piepend gaan ademhalen. De baby’s geraken uitgeput, hebben soms geen kracht meer om zelfstandig te ademen en te drinken en vertonen soms al tekenen van uitdroging. Ze moeten dan zuurstof krijgen, langs een neusbrilletje of een maskertje. Of sondevoeding langs een darmpje naar de maag. Soms krijgen ze er een longontsteking of een astma-aanval bovenop. Loopt het toch echt mis, dan gaan ze naar intensieve. Voor beademing langs een buisje door de luchtpijp, brengen we ze dan - indien nodig - in slaap.”

De dokter zet haar mondmasker recht, desinfecteert alweer haar handen, verpakt zich tot haar handen en voeten in een lange schort en latex handschoenen - de astronautentenue zoals we hem nog kennen uit bange coviddagen - en verdwijnt alweer een kamer in. “Kindjes met covid zijn hier trouwens ook nog”, zegt ze nog. “Maar corona is beduidend minder ernstig voor kinderen dan RSV.”

De speelhoek ‘De Appeltuin’ aan het begin van de gang, waar in minder contagieuze tijden veel kindjes spelen en waar ook les wordt gegeven aan kinderen die langdurig in het ziekenhuis verblijven, ligt er op dit moment verlaten bij. We lopen langs de karretjes met desinfectiemateriaal voor elke deur en komen alleen verpleegsters tegen. Alleen soms wat geschrei ontsnapt van achter de kamerdeuren met opschriften die wijzen op de isolatiemaatregelen. Deur open, deur meteen dicht. Dat is de regel.

‘Minimum touch-beleid’

Van achter de balie komt verpleegster Elisa Arrazola de Onate ons even te woord staan. “Ik heb vier kindjes met RSV op mijn stukje gang, van de acht die ik verzorg.” Zij doet wat ze kan om de babypatiëntjes te ondersteunen. “Zuurstof bijgeven, de sondevoeding bijvullen, soms toch al eens een half flesje geven, al is drinken vaak te vermoeiend. Maar sommige baby’s, hoe uitgeput ze ook zijn door het moeilijke ademen en de koorts, blijven heel hongerig met een sterke zuigreflex. En neusjes spoelen, vooral dat doe ik heel vaak. Baby’s ademen nog niet door hun mondjes, dus hun neusjes moeten continu vrijgemaakt worden. Kindjes die er zwaarder aan toe zijn, vallen onder het ‘minimum touch-beleid’. Hen bakeren we vaak in, zelfs de iets oudere kindjes, wat hen erg tot rust brengt. We leren mama’s en papa’s hun hand rustig op het buikje te leggen om hun kindje te helpen ontspannen zonder het al te veel op te tillen of te verleggen.”

De ouders mogen wel bij hun kinderen met RSV zijn. Anders dan bij corona, mogen ze dat allebei. “Omdat RSV voor volwassenen meestal slechts lichte verkoudheidssymptomen geeft. Alleen ouderen en mensen met onderliggende problemen kunnen er ernstiger ziek van zijn. Dat wij als verzorgend personeel ons zo grondig inpakken en ontsmetten, is vooral om het RSV niet door te geven aan andere kinderen, niet zozeer om onszelf te beschermen.”

Intensieve

Een van ‘haar kindjes’ doet het niet zo best en moet straks naar de intensieve afdeling worden overgebracht. De ouders en de afdeling maken zich klaar. “Intensieve of niet, het is hoe dan ook moeilijk voor de ouders”, zegt verpleegster Elisa. “Ze voelen zich machteloos. En kunnen niet veel doen, behalve er zijn en al eens een pampertje verversen. Een belangrijk deel van onze taak is ook hen ondersteunen. Geruststellen, vooral. Natuurlijk maken ze zich grote zorgen.” RSV kan dodelijk zijn. “Inderdaad. Maar dat gebeurt heel zelden dat we er kindjes aan verliezen. Toch?”, vraagt ze aan een collega die passeert. Die is heel beslist: “Heel zelden.”

Soulaiman Aissar.Beeld Xavier Piron / Photo News

Op de gang komt net een jonge papa buiten, even een luchtje scheppen op dag vijf tussen vier ziekenhuiskamermuren bij zijn zieke dochtertje. “Ik heb twéé zieke dochtertjes, allebei RSV. Maar alleen de oudste van twee jaar moest worden opgenomen”, zegt Soulaiman Aissar, uit Molenbeek. “Ik kende het eerlijk gezegd niet, al ligt het hier vol met kindjes met dat virus. Mijn vrouw kende het wel. Toch dacht zij ook eerst aan een gewone verkoudheid. Tot Sarah me belde op het werk: ‘Het gaat niet goed met Alice. Ze ademt moeilijk, ze speelt niet. Ik ben met haar naar de spoed aan het rijden’. Ik ben meteen gekomen. Eerst zouden we naar een ander ziekenhuis moeten worden getransfereerd. Maar toen vond men gelukkig toch een plaatsje. Beter zo, we wonen hier vlakbij en we hadden nog een kleintje.”

Puffer

Ook dat andere dochtertje, baby Leah, vijf maanden, heeft er intussen van. Zij mag daarom - per uitzondering - mee op de kamer die wij niet in mogen. Soulaiman: “Leah kreeg het ook lastig. Ook met haar zijn we naar de spoed gereden. Ze heeft een puffer gekregen en moet ook langs bij de kine. Maar opname was niet echt nodig. Gelukkig.”

Alice steekt haar neus even aan de deur als haar papa aanstalten maakt om weer naar binnen te gaan. Het is een vrolijke neus. Soulaiman: “Ze is intussen, op dag vijf na haar opname, stilaan beter. Sinds gisteravond moet ze geen extra zuurstof meer krijgen. De maagsonde is verwijderd. Ze drinkt en eet weer, ze is weer aan het spelen. Normaal mogen we vanavond naar huis. Alice is altijd heel vrolijk en opgewekt naar iedereen die ze ziet. Maar ‘de mevrouw in het wit’ (hij wijst naar verpleegster Elisa, red) vindt ze intussen toch iets minder tof. (lacht) Blij met de goede zorgen. Maar ook blij dat we weer naar huis kunnen.”

Op de - verbazend lege - gang in het kinderziekenhuis van het UZ in Jette. De kindjes met RSV liggen in isolatie.Beeld Xavier Piron / Photo News