Drie onbekende dames, maar met hun recepten in twee miljoen brievenbussen zijn ze wel de meest gelezen chefs van ons land

Vraag op de markt wie de meest ‘gelezen’ chefs van het land zijn, en het antwoord zal wellicht ‘Jeroen Meus’ of ‘Piet Huysentruyt’ zijn. Fout. Niemand klopt deze drie chefs. Maak kennis met twee keer Sophie en één keer Valerie. Elke twee weken goed voor twintig recepten in twee miljoen brievenbussen.

Jan Claeys

1984. Colruyt heeft iets nieuws in de rekken. Diepvries-scampi, met een stuk of veertig verpakt in een zak. Op dat moment een product dat mensen weleens in het betere restaurant eten. Nooit thuis. Ze weten ook niet wat ze ermee moeten aanvangen. En dus valt de verkoop tegen.

Eén vrouw op de marketingafdeling van Colruyt heeft een recept. Ze heet Wiske Van Der Cammen. Een paar weken later staat haar recept in de folder van het grootwarenhuis. Plots weet iedereen wat scampi diabolique is. En wordt een zak scampi even gewoon als een zak frieten of een kilo mosselen. Ontdooien - schaal eraf - darmkanaal eruit - niet te hard bakken of het wordt caoutchouc.

Wat begon met één recept van Wiske is intussen de rode draad van de tweewekelijkse Colruyt-folder geworden. Twintig recepten per keer. Niet meer van Wiske, wel van Sophie De Bruyne (42), Sophie Crudo (36) en Valerie Verstrynge (52). Drie onbekende dames, maar met twee miljoen brievenbussen per twee weken wel de meest gelezen chefs van het land.

Sophie De Bruyne (42): werkt sinds 2007 bij het culinaire team van ­Colruyt, studeerde hotelschool in het middelbaar.

Man en kinderen als proefkonijn

We ontmoetten de drie chefs van Colruyt in de hoofdkantoren van Colruyt in Halle. In een superdeluxe keuken met het nieuwste materiaal, hadden we gedacht. Waar de geur van dampende kalfsfonds, smeltende boter en rijzende taart op je zou afkomen. Niets van. De drie vrouwen werken in een kantoor van pakweg vijf bij vier meter. Het kan net zo goed een bureautje van de boekhoudafdeling zijn.

“Hier begint onze werkweek”, zegt Valerie. “Zij heeft met 18 jaar de langste staat van dienst als folderchef. “Hier doen we al het denkwerk, hier schrijven we onze recepten neer.” Maar de dames mogen niet met een blanco blad beginnen. “We worden gestuurd door de aankoopdienst en de marketing”, zegt Sophie De Bruyne. “Zij zeggen ons welke producten we zeker moeten gebruiken in onze nieuwe recepten. Omdat het nu eenmaal het seizoen is van de asperges of van de mosselen. Of omdat een bepaalde producent adverteert in de folder en zijn product in een van onze recepten moet staan.”

En dan beginnen ze te schrijven. Niet enkel geïnspireerd door hun eigen creativiteit. “We zijn echte foodies”, zegt Sophie Crudo. “Thuis hebben we een kast vol kookboeken waar we ideetjes uithalen. Denk je dat al die bekende koks het allemaal zelf bedenken?” Valerie: “We zijn verslaafd aan recepten. Als we al eens gaan shoppen bij de concurrentie en we zien ergens een kaartje met een recept, dan graaien we dat mee. En de folders van de andere winkels nemen we altijd door. Overal halen we inspiratie.”

En daarna aan de slag in een hyperuitgeruste Colruyt-keuken? Nee, hun recepten testen ze thuis. Na de kantooruren. “Dat is een bewuste keuze”, zegt Sophie De Bruyne. “We willen onze recepten zelf maken zoals de mensen ze later thuis zullen maken. In een gewone keuken. In gewone potten en pannen. Met een gewone staafmixer, niet met dure blenders of Thermomixen. En met standaardingrediënten uit de voorraadkast, in plaats van tweehonderd verschillende kruiden en andere smaakmakers.”

Bovendien wordt er zo niets verspild. “Alles wordt opgegeten”, zegt Valerie. “Tenminste, als ons jury het lekker vindt.” (lacht) Die jury, dat zijn de partners en de kinderen. “Bij mij is er één gouden regel”, zegt Sophie Crudo daarover. “Als één iemand van ons drie het lekker vindt, dan is het recept voor mij geslaagd.”

Sophie Crudo (36): al vijf jaar bij het culinaire team. Opgegroeid in het Italiaanse restaurant van haar ouders in Buizingen en daar de smaak voor lekker eten te pakken gekregen. Vervolgens verschillende kookcursussen gevolgd in avondschool.

Groenten zijn verplicht

De drie vrouwen leven in een soort apart universum. Terwijl u thuis nadenkt over het menu op kerstavond, zitten de Colruyt-chefs al een paar maanden verder. Sophie Crudo is bezig met de afwerking van de Valentijnsfolder. “En ik begin stilaan aan de barbecuerecepten”, zegt de andere Sophie.

De feestfolder die onlangs bij velen in de bus viel, daar hadden de drie in juni al de eerste brainstorm over. “En eigenlijk moeten we al een jaar op voorhand nadenken, en producten invriezen waarvan we weten dat ze in de zomer niet voorhanden zijn. Everzwijnragout bijvoorbeeld, of opgevulde kalkoenrollade.”

Ook de gezinnen van de chefs eten dus het jaar door de verkeerde seizoenen. Valerie: “Als we met de feestdagen ergens worden uitgenodigd en er wordt met veel trots foie gras en hertenkalf geserveerd, halen mijn kadeeën hun neus op. Omdat ze dat al de hele zomer voorgeschoteld kregen. Ze hebben soms zin in gewone spaghetti, vol-au-vent of frietjes met enkel een kwak mayonaise. En niet die verplichte groentjes.” Want dat is één van de regels die de chefs móéten volgen: bij elk hoofdgerecht komt er 200 gram groenten. Sophie Crudo: “Al durven we weleens het been stijf houden. Broccoli bij pasta carbonara? Ik blijf een Italiaanse, hé.”

De groenteregel wordt opgelegd door de collega-diëtisten. Die houden elk gerecht van de twee Sophies en Valerie tegen het licht. “Altijd spannend”, zeggen de dames daarover. “Ze zijn toch wel streng. Hoeveel keer heb jij niet al te horen gekregen dat je een bouillonblokje minder in het recept van je soep moet doen, Valerie?” Ze knikt. “En mijn chocoladetaart met chocolademousse en ganache: natuurlijk is die niet gezond. Het was een recept voor acht personen. Schrijf dat het voor 12 personen is, dan is het minder calorieën per stuk, zegden ze me. Ik weigerde. Gezonde chocoladetaart, dat bestaat niet. Ik stelde voor om in de andere gerechten van de folder wat meer groenten te stoppen.” Uiteindelijk viel de folder ook bij Valerie zelf in de bus. “Ze hadden er toch tien personen van gemaakt.” Sophie Crudo springt in. “Ik ben zot van kaas. Ik zou dat overal bij doen. Daar worden onze diëtisten soms ook gek van. Maar ze hebben uiteraard hun onmisbare meerwaarde voor onze recepten: onze klanten krijgen bij elk gerecht de voedingswaarde te zien.”

Gevaarlijke vraag

Als de diëtisten hun goedkeuring hebben gegeven, worden de recepten van de drie dames opnieuw klaargemaakt bij Colruyt zelf, in de fotostudio. Daarna gaat het naar de eigen drukkerij, en belandt het in je brievenbus. Maar daarmee is het werk van de folderchefs nog niet gedaan. “Als mensen een vraag over onze recepten mailen naar info@colruyt.be worden die naar ons drie doorgestuurd. We sturen altijd een antwoord terug. En tijdens de eindejaarsperiode kunnen de mensen zelfs bellen.”

Valerie Verstrynge (52): werkte eerder als marketeer bij een publiciteitsagentschap en later voor een sociaal secretariaat. Als hobby haar koksdiploma behaald en 18 jaar geleden door Colruyt gerekruteerd om kookboeken te komen schrijven. 

Valerie herinnert zich kerstavond vorig jaar. “Ik was zelf aan het koken voor de familie toen de dispatcher van de telefooncentrale een vrouw naar me doorschakelde. Ze was het blaadje uit de folder kwijt en vroeg hoelang de kalkoen van 4 kilo in de oven moest. Het was al half negen ’s avonds. Is dat nog voor vanavond, mevrouw? Want hij moet 4 uur in de oven. Die vrouw kreeg een half infarct aan de andere kant van de lijn.” De klant kreeg toen de tip om de kalkoen te versnijden en in kleine stukken te bakken. “Of die keer dat iemand me belde omdat de saus geschift was. Blijf kalm, zei ik. Bel over een kwartier terug en laat weten of je room, cognac en bouillon in huis hebt. Ze belde terug. Ze had geen room, maar melk. We hebben de saus kunnen redden.”

Sophie De Bruyne herinnert zich dan weer de vraag waarom de puree van zoete aardappel op soep leek. “De man in kwestie had de aardappelen niet afgegoten voor hij er met de pureestamper in ging. Ik heb hem dan maar aangeraden om er écht soep van te maken.” De drie chefs lachen, en verhalen blijven komen. “Maar als we kunnen helpen, worden we gelukkig.”

Ondergetekende is een man van 45. Die af en toe kookt. Het liefst buiten, met kolen. En dus stelt hij de vraag die hij niet mag stellen. Jullie zijn met drie vrouwen. Hebben jullie geen man nodig? Al was het maar voor de barbecue-folder? Sophie Crudo, fel: “Zoals mijn buurman zeker? Dan zie ik hem prutsen met blazers en schouwkes. Drie kwartier en hij heeft nog geen vuur. Ik leg twee aanmaakblokjes tussen de kolen, ga binnen een slaatje maken en als dat klaar is kan het vlees erop. Wij zijn aan de afwas als hij begint te bakken. Dus nee, we hebben geen man nodig.”

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer