Natuurpunt

Wat kan jij doen om de biodiversiteit te helpen beschermen? 5 verrassende tips voor elke dag

In Canada is het vandaag de laatste dag van de zogenoemde COP15. Op die top wordt op het hoogste niveau vergaderd over de toekomst van de biodiversiteit op aarde, anders gezegd: de verscheidenheid aan leven op onze planeet. Ook als burger kan je, op kleinere schaal, helpen om het milieu te behoeden voor schadelijke stoffen en bedreigde diersoorten een grotere kans te geven. We lijsten met de hulp van experts vijf tips op die je misschien nog niet kende.

De biodiversiteit op aarde daalt zienderogen. Dat bleek enkele maanden geleden duidelijk uit het biodiversiteitsrapport van het Wereldnatuurfonds. Op de VN-biodiversiteitsconferentie (COP15) in Montreal, Canada, buigen beleidsmakers zich dan ook over een wereldwijde aanpak van dat probleem. 

Maar terwijl structurele maatregelen worden uitgekiend, zijn er kleine, dagelijkse dingen die we zelf kunnen doen om de biodiversiteit te helpen beschermen. De rol van soja en palmolie is al vaker besproken, maar we zetten hier vijf andere, verrassende tips van experts op een rij.

1. Schakel de (kerst)verlichting buiten sneller uit

Gezellig is het wel, kuieren tussen de kerstverlichting op koude winteravonden. Voor insecten is dat dan weer minder handig. Je zag vast wel al hoe aantrekkelijk een warme lamp is voor hele zwermen insecten. “Dan krijg je een soort zwevend dessert voor insecteneters”, zegt Heleen De Smet, beleidsmedewerker voeding en landbouw bij Bond Beter Leefmilieu.

Een warme lamp is een zwevend dessert voor insecteneters, maar licht brengt insecten ook in de war

Heleen De Smet, Bond Beter Leefmilieu

Al is het complexer dan dat. “Licht brengt het navigatiesysteem van insecten in de war, waardoor ze de weg kwijtraken”, legt De Smet uit. “En verlichte planten zijn minder aantrekkelijk voor nachtelijke bestuivers. Daardoor heb je ’s nachts minder bestuiving en moeten de bestuivers de schade overdag bij wijze van spreken inhalen”. Maar ook het type en de sterkte van het licht spelen een rol: hoe feller het licht, hoe meer reflectie. “Door de weerkaatsing van het licht denken insecten wel eens dat asfalt water is, en leggen ze daar hun eitjes”.

Je kan dus alvast voor minder fel licht kiezen, en buitenverlichting uitschakelen wanneer je die niet nodig hebt. “Als je gaat slapen kan je die uitzetten, of je kan gewoon met een bewegingssensor of timer werken, zodat het alleen brandt wanneer je het nodig hebt”, suggereert De Smet. Wie verknocht is aan z’n kerstlampen of andere sfeerlichten, kan kiezen voor gesloten armaturen met een duidelijke lichtbundel. Het licht wordt minder "verstrooid" en verstoort de insecten daardoor minder. Ook een warme lichtkleur kiezen (zonder veel "blauw licht" uit het lichtspectrum) is nuttig.

AP2010

2. Kies voor kraanwater

Flessenwater kan je maar beter vermijden, volgens Koen Stuyck, woordvoerder van WWF-Belgium, want de lege plastic flessen komen in veel landen grotendeels in het milieu terecht. Er komen ook microplastics vrij bij het productieproces en zelfs bij het losschroeven van een dop. Die microplastics belanden in het milieu, terwijl ze nooit door de natuur afgebroken kunnen worden. Intussen zijn ze zelfs terug te vinden in dier en mens.

Wil je toch absoluut flessenwater? "Dan zijn glazen flessen al een beter alternatief, maar die moeten ook wel gespoeld worden bij het productieproces. Kraanwater is trouwens tot 120 keer goedkoper dan flessenwater", zegt Stuyck.

3. Ontvlooi je dier niet met giftige producten

Een beetje kaarslicht, gezellig samenzijn, en nog een kat of hond die op een warm plekje ligt. Het maakt de winter alleen maar gezelliger voor veel mensen. En ook daar is winst te halen voor de biodiversiteit, want sommige antivlooienmiddelen bevatten toxische stoffen.

"Imidacloprid is bijvoorbeeld een insecticide die verboden is in Europa, maar in België wel nog te verkrijgen is wanneer je je hond of kat wil ontvlooien. De effecten daarvan zijn bewezen verwoestend voor insecten, maar ook voor biodiversiteit in het water", legt De Smet uit. En het goedje zit wel degelijk in onze waterlopen. "Bij dat ontvlooien is dat natuurlijk in heel kleine hoeveelheden, maar als een hond dan in het water springt of het regent, belandt het in het milieu. Dus als het met een andere producten kan, des te beter!"

© VRT

4. Laat je auto staan

Deze tip lees je wel vaker als het over CO2-uitstoot gaat, maar wist je dat de wagen ook rechtstreeks impact heeft op biodiversiteit? Onder andere om deze simpele reden: “Er worden veel meer dieren omvergereden dan je denkt”, aldus De Smet. "Volgens een schatting van Natuurpunt uit 2019 zouden er jaarlijks ongeveer 5 miljoen dieren sterven door aanrijdingen".

Volgens een schatting van Natuurpunt worden er jaarlijks ongeveer 5 miljoen dieren omvergereden

Heleen De Smet, woordvoerder Bond Beter Leefmilieu

“Bovendien bestaat een deel van onze benzine uit biobrandstof, zo'n 5 à 10 procent. Die voeren we bijna allemaal in. Een derde van de geïmporteerde grondstoffen voor biobrandstof komt uit landen waar de teelt van die gewassen gelinkt is aan ontbossing en biodiversiteitsverlies”, volgens De Smet.

En tot slot nog de banden van je wagen: die geven door slijtage bij het rijden ook microplastics af.  

5. Koop duurzame bloemen en schoonheidsproducten

Misschien doe je met de feestdagen graag een mooi boeket cadeau aan gastheer of -vrouw. Helaas plakken er aan dat mooie cadeau soms restanten van pesticiden. Een alternatief is om ook daar een ecologisch alternatief te zoeken of simpelweg een ander geschenk mee te brengen.

Ook als je een parfum cadeau doet of je je graag feestelijk opmaakt, kan je impact hebben met de keuze die je maakt. In veel schoonheidsproducten zoals ook shampoos, scrubs, make-up ... zitten microplastics die recht het water in stromen, of andere bestanddelen die schadelijk zijn voor het milieu. "Je kiest dus beter voor natuurlijke, microplasticvrije alternatieven", zegt Stuyck. Dat geldt trouwens ook voor zonnecrème.

Wat met duurzaamheidslabels?

Bio-, eco- en fairtradelabels: je ziet door de bomen het bos soms niet meer. Maar volgens De Smet en Stuyck zijn ze wel degelijk nuttig. Je bent met deze basics al een eind op weg:

  • Door biolabels te kiezen voor voeding, vermijd je het gebruik van pesticiden in de landbouw, en dus giftige stoffen in ons milieu. Het Europese biolabel is verankerd in de Europese wetgeving en wordt gecontroleerd door onafhankelijke organisaties.
  • Door het label FSC kies je voor duurza(a)m(er) bosbeheer. Volgens Stuyck is het “een van de meest betrouwbare labels, omdat het door externen gecontroleerd wordt. Het wijst erop dat een producent die aan boskap doet, het meest biodiverse gedeelte van het bos in zijn beheer onaangeroerd moet laten, en niet meer kapt dan dat er kan teruggroeien, op een jaar”. Je kan het label spotten bij aankoop van bijvoorbeeld hout, houtskool, en WC-papier – of je kiest ineens voor gerecycleerd papier.
  • Ook bij vis kan je keuze een impact hebben. Bepaalde vistechnieken zoals "boomkorvisserij" zijn schadelijk. Daar wordt bijvoorbeeld met sleepnetten gewerkt die het leven op de bodem mee vernietigen. Bovendien worden bepaalde vissoorten bedreigd door overbevissing. Je kiest dus best wijselijk welke vis je koopt, en daar kan de WWF viswijzer je bij helpen via deze link. "Al is minder vis nog altijd interessanter", zegt de Smet.

Meest gelezen