Direct naar artikelinhoud
NieuwsBiodiversiteit

30 procent van het land en de oceanen moet beschermd zijn: 190 landen komen tot ‘historisch’ akkoord

30 procent van het land en de oceanen moet beschermd zijn: 190 landen komen tot ‘historisch’ akkoord
Beeld Shutterstock / Ondrej Prosicky

Meer dan 190 landen zijn het op de biodiversiteitstop in het Canadese Montreal eens geworden over een plan om het verlies aan soorten te stoppen. Onder meer door een derde van de planeet te beschermen.

Tegen 2030 moet 30 procent van het land en de oceanen beschermd zijn, ongeveer dubbel zoveel als vandaag. Nog eens 30 procent van de aangetaste ecosystemen te land en ter zee moet tegen dezelfde deadline worden hersteld. Het zijn enkele van de doelstellingen waarmee de internationale gemeenschap de achteruitgang van de biodiversiteit wil ombuigen. Ruim 190 landen bereikten daarover maandagochtend een akkoord op de COP15-biodiversiteitstop van de Verenigde Naties.

Actie is dringend nodig. Ongeveer een kwart van de bekende dier- en plantensoorten is bedreigd, en ongeveer een miljoen soorten staan op het punt uit te sterven. Het verdwijnen en verder versnipperen van natuur, onder meer om plaats te maken voor landbouwgrond, is een van de belangrijkste aanjagers van het verlies aan biodiversiteit.

De verwachtingen waren hooggespannen. De top moest het equivalent van het klimaatakkoord van Parijs opleveren - waar de wereld afsprak de opwarming tot 2 graden te beperken.

“Dit is een historisch akkoord”, zegt Koen Stuyck (WWF). “Hoewel het er tijdens de onderhandelingen even op leek dat het op een teleurstelling zou uitdraaien, erkennen landen dat er een enorm probleem is, en formuleren ze concrete doelen die voor een kentering kunnen zorgen.”

Overheden en doelstellingen

Industrielanden moeten volgens het biodiversiteitsverdrag meer geld vrijmaken om natuur te beschermen in ontwikkelingslanden en opkomende economieën. Daar is de biodiversiteit vaak het hoogst, denk maar aan het regenwoud in de tropen. Tegen 2025 moet er minstens 20 miljard dollar naar het globale Zuiden vloeien, tegen 2030 moet dat oplopen tot 30 miljard. De ambitie is om tegen dan wereldwijd minstens 200 miljard dollar in biodiversiteitsbehoud te investeren. Subsidies die de biodiversiteit schaden - bijvoorbeeld door ontbossing te stimuleren - moeten tegen 2030 met 500 miljard per jaar worden afgebouwd.

Chinese omgevingsminister, Huang Runqiu, opent de vergadering op 19 december.Beeld AFP

Tegelijk garandeert het akkoord dat inheemse volkeren de natuur op een duurzame manier mogen blijven benutten. “Het akkoord is een evenwichtig compromis tussen de bezorgdheden van het globale Zuiden, en wat nodig is voor de biodiversiteit”, zegt bioloog Olivier Honnay (KU Leuven). “Goed gekozen beschermde gebieden kunnen een enorm verschil maken.”

Lees ook

Hoe staat het met de biodiversiteit in België? ‘We zetten al 200 jaar Amerikaanse eiken, maar er leven maar 20 insecten op’

Het is nu aan overheden om de doelstellingen in nationale biodiversiteitsplannen te vertalen. “De komende maanden bekijken we hoe we deze belangrijke stap voorwaarts concreet vertalen in Europa en België”, zegt Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA).

Het akkoord is volgens Inger Anderson, directeur van het VN-milieuprogramma, “slechts een eerste stap”. Van de vorige biodiversiteitsdoelen, in 2010 vastgelegd in het Japanse Nagoya, was tien jaar later geen enkel gerealiseerd. “Vooralsnog ontbreekt het aan een controlemechanisme om te zien of landen wel doen wat ze beloven en dat hen verplicht meer actie te ondernemen als ze dat niet doen”, zegt Stuyck. “Dat komt er hopelijk nog, om te vermijden dat dit dode letter blijft.”