"Een slag in het gezicht": Belgisch-Congolese politicoloog Nadia Nsayi teleurgesteld over mislukte Kamercommissie

De Kamercommissie Belgisch koloniaal verleden, waarin ruim twee jaar lang werd gezocht naar manieren om verzoening en herstel tussen België en Congo, Burundi en Rwanda mogelijk te maken, draaide uit op een mislukking. "Een slag in het gezicht van velen", meent Nadia Nsayi, de Belgisch-Congolese politicoloog en auteur. "Niet alleen voor de mensen die de koloniale periode hebben meegemaakt, maar ook voor de nazaten en de tientallen experten en getuigen die in de commissie hun kennis en ervaringen deelden."

"Ik heb vandaag naar de commissie gekeken, niet alleen als politicoloog, maar ook als nazaat van het koloniale verleden", vertelt ze. "Ik heb maar één woord: "schaamteloos". Het is schaamteloos dat de politieke meerderheid, de Vivaldi-regering, er niet in geslaagd is om een akkoord te bereiken."

"Het minste dat ze kunnen doen is een akkoord vinden over het aanbieden van excuses voor het koloniaal verleden. Ik vind dat een teleurstelling en een heel slecht signaal. Het signaal dat hier vanuit de politiek wordt gegeven, is dat het lijden van de Congolese, Rwandese en Burundese bevolking eigenlijk niet belangrijk is."

Bovendien betekenen excuses niet noodzakelijk dat er ook een financiële compensatie moet volgen. "Veel partijen hebben onterecht schrik voor dergelijke herstelbetalingen", gaat Nsayi verder. "Het is niet zo dat excuses meteen verbonden zijn aan juridische aansprakelijkheid. Dat hebben verschillende experten ook in de commissie gezegd. De herstelbetalingen zijn een drogreden van sommige partijen om enkele financiële en economische groepen te beschermen."

Nsayi wijst met de vinger naar de liberale partijen, die volgens haar de bedrijfswereld beschermen. "Ik denk niet dat het een toeval is dat de liberale partijen vandaag de parlementaire zitting verlaten hebben." Op die manier was het niet mogelijk om de voorstellen van de Kamercommissie te stemmen. "Zij beschermen de bedrijven die zich op de kap van de Congolese bevolking verrijkt hebben. Het geld voor de herstelbetaling moet niet gehaald worden bij de Belgische belastingbetaler, maar bij die koloniale bedrijven, waarvan sommigen nog steeds actief zijn."