Na middelbaar onderwijs, verbieden taliban nu ook hoger onderwijs voor Afghaanse vrouwen

Het verbod op hoger onderwijs komt er minder dan drie maanden nadat duizenden meisjes en vrouwen in heel het land deelnamen aan toegangsexamens voor de universiteit.

Meisjes waren al langer niet welkom in de middelbare scholen. Op 23 maart sloten de taliban die scholen weer, pas enkele uren na de langverwachte heropening. Sindsdien zijn de schoolpoorten niet heropend.

Bij hun terugkeer aan de macht, in de zomer van 2021, had de talibanleiding nochtans laten blijken dat ze zich soepeler zouden tonen, maar intussen blijkt dat ze de strengste interpretatie van de islam toepassen, zoals tijdens hun eerste keer aan de macht van 1996 tot 2001.

Openbare en particuliere universiteiten kregen de opdracht met onmiddellijke ingang studentes te weigeren. Het is de jongste stap in een reeks beperkingen die de taliban oplegden aan meisjes en vrouwen die willen leren.

Recent werden vrouwen al geweerd uit sportscholen, openbare (zwem)baden en uit de parken en tuinen in de hoofdstad.

KIJK. Hartverscheurende beelden duiken op uit Afghanistan waar jonge vrouwen niet meer mogen studeren

Secretaris-generaal Antonio Guterres is “zeer verontrust” over het verbod dat de Taliban hebben ingesteld voor vrouwen om colleges te volgen aan universiteiten in Afghanistan. Zijn woordvoerder laat weten dat de VN-topman de autoriteiten in het land aanspoort om “gelijke toegang tot onderwijs op alle niveaus” te waarborgen.

“De secretaris-generaal herhaalt dat het ontzeggen van onderwijs niet alleen een schending is van de gelijke rechten van vrouwen en meisjes, maar ook een verwoestend effect zal hebben op de toekomst van het land”, meldt zijn woordvoerder Stephane Dujarric in een verklaring.

Ook de ministers Buitenlandse Zaken van de G7-landen, de groep met de zeven grootste industrielanden ter wereld, veroordelen de maatregelen tegen vrouwen die de Taliban in Afghanistan neemt. Deze maatregelen kunnen volgens hen “een misdaad tegen de menselijkheid” vormen, zo klinkt in een persbericht. Ze roepen het regime in Kaboel op terug te komen op de beslissing.

“Het beleid van de taliban is erop gericht vrouwen te weren uit het openbare leven, en dat zal gevolgen hebben voor de betrekkingen van onze landen met de taliban”, aldus de ministers van de belangrijkste industrielanden. Dat zijn Canada, Duitsland, Frankrijk, Italië, Japan, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten.

De ministers waarschuwen Kaboel dan ook voor eventuele gevolgen bij het Internationaal Strafhof in Den Haag. “Vervolging op grond van geslacht kan een misdaad tegen de menselijkheid vormen, onder het statuut van Rome dat ook Afghanistan geratificeerd heeft”, aldus het persbericht.

De beslissing om meisjes niet langer aan de universiteit te laten studeren, komt bovenop een hele reeks andere maatregelen “die de mensenrechten en de fundamentele vrijheden van vrouwen en meisjes in Afghanistan inperken die bijzonder zorgwekkend zijn en een systematisch beleid lijken te zijn”, klinkt het verder in de mededeling.

De Duitse minister van Buitenlandse Zaken, Annalena Baerbock, noemde de recentste beslissing van de taliban in een perspunt in Berlijn “een nieuwe stap terug naar het grottentijdperk”.

De beslissing van eerder deze week kwam Kaboel de voorbije dagen al op forse kritiek te staan, niet alleen uit het westen, maar ook uit landen zoals Turkije en Iran.

Ook Unesco, de VN-organisatie voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, riep donderdag op om vrouwen onmiddellijk weer toe te laten tot de uniefs. “We veroordelen met klem de beslissing van de taliban om vrouwen de toegang tot universiteiten te ontzeggen, vijftien maanden nadat meisjes al werden uitgesloten van middelbaar onderwijs”, aldus de VN-organisatie. Zij spreekt van een “zware schending van de menswaardigheid en van het fundamentele recht op onderwijs”.

De beslissing zal nog volgens Unesco “onomkeerbare en zware gevolgen hebben voor de sociale, culturele en economische ontwikkeling van Afghanistan” en zal het land “nog meer isoleren op een moment dat meer dan 90 procent van de bevolking in armoede leeft”