Beschuldigde Abrini over naaktfouilles en blinddoeken bij transfer naar proces aanslagen: "De hysterie moet echt met 5 niveaus naar beneden"

"Elke dag moet mijn cliënt vernedering na vernedering ondergaan", zucht advocaat Stanislav Eskenazi, die beschuldigde Mohamed Abrini (ook wel gekend als "de man met het hoedje", red.) verdedigt op het assisenproces over de aanslagen. Hij verwijst naar de dagelijks naaktfouilles die zijn cliënt moet ondergaan en de blinddoek die hij moet opzetten tijdens zijn verplaatsing naar het assisenproces. 

Het contrast met het proces over de aanslagen in Parijs is groot, zegt hij. "Daar kwam het recht boven emoties." Hij wordt daarin bijgetreden door meester De Taye, die Ali El Haddad Asufi vertegenwoordigt. "Tijdens het proces in Parijs heeft hij altijd zijn overbrenging geaccepteerd en geen problemen gemaakt. Sinds zijn aankomst in België is het probleem na probleem."

Het zijn argumenten die alle advocaten bovenhalen: dat de veiligheidsmaatregelen in Parijs veel soepeler waren, in een land dat nochtans minstens even zwaar getroffen werd door aanslagen en waar de dreiging hoger is. De maatregelen in ons land noemen ze daarom niet proportioneel, onwaardig aan de rechtstaat en een schending van het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).

Opvallend is dat ook hun cliënten zelf het woord krijgen van de rechter. Abrini spreekt over een "maskerade" en "hysterie". "In Parijs moest ik geen masker of vest dragen. We konden in de auto gewoon naar buiten kijken. En we arriveerden sereen op het proces. En wat doet men hier? Alles vastzetten. De hysterie die rond dit proces hangt, moet 5 niveaus naar beneden. Ze moeten stoppen met ons als dieren te behandelen."

Hij vraagt zich af waarom hij zich bij fouilles helemaal moet uitkleden. "In Parijs kon ik mijn slip aanhouden. Ze kunnen zo ook wel zien dat ik daar geen kalasjnikov of mes in hebt verstopt. Welk mes zou ik trouwens kunnen meehebben? Ik krijg alleen maar plastic bestek."

Abrini benadrukt dat er veel moet veranderen, zodat het proces sereen kan verlopen. "Dit is helemaal geen chantage. Bij de covidpandemie moesten jullie 2 maanden in isolatie en werden jullie al gek. Wel, wij zitten al jaren in isolatie."

Abrini wordt nadien volop bijgetreden door de beschuldigden Sofien Ayari, Bilal El Makhouki, Ali El Haddad Asufi en Hervé Bayingana Muhirwa. Die laatste twee vragen zich ook af waarom ze voor het proces in een veel opener regime werden behandeld en nu alsof ze een groot gevaar voor de maatschappij zijn.

Meester Bernard Renson, die de Belgische staat verdedigt, wuift de bewering weg dat de veiligheidsmaatregelen "disproportioneel" zouden zijn. "De Belgische staat heeft sinds 1940 geen dramatischere aanval gekend dan de aanslagen van 22 maart 2016. Hebben de daders toen de rechtsstaat in het achterhoofd gehad? Dit assisenproces is dus buiten categorie en moet dus met maximale veiligheidsmaatregelen verlopen." 

Volgens Renson is het gebruik van handboeien, blinderende bril en naaktfouilles in dit geval dus helemaal niet overdreven, en al zeker niet in een sterk gemediatiseerd terreurproces. Hij verwijst naar het dreigingsniveau 3 (van 4) dat van kracht is en naar eventuele informatie waarover de veiligheidsdiensten beschikken, op basis waarvan ze hun maatregelen aanpassen. "Het potentiële gevaar is aanwezig bij elke transfer, daarom worden de maatregelen ook herhaald."

Hij wijst erop dat de beschuldigden speciaal zijn ondergebracht in de gevangenis van Haren, die het dichtst bij de assisenzaal ligt. Dus dat ze maar heel kort geblinddoekt en geboeid zijn. "Ik kan mij niet van de indruk ontdoen dat ze dit proces nu aangrijpen om zich als slachtoffers te profileren, terwijl ze dat niet zijn."

De uitspraak in dit kortgeding valt ten laatste op 30 december.