Voor het paritair comité 200 - het grootste van het land - komt er vanaf 1 januari 11,08 procent bij. Onder meer IT’ers, maar ook werknemers van callcentra of bedienden in uitzendkantoren of in de grafische nijverheid behoren tot dat paritair comité en zijn dus bij de gelukkigen.

De indexering met 11,08 procent is meteen de hoogste sinds de invoering van het jaarlijks indexatiemoment. De vorige indexering op 1 januari 2022 bedroeg 3,58 procent.

Ook werknemers uit andere sectoren zien hun loon op 1 januari stijgen met ongeveer 11 procent. Het gaat om sectoren die een keer per jaar indexeren. Alles samen gaat het om meer dan een miljoen werknemers. Het gaat bijvoorbeeld om personeel uit de voedingsnijverheid (10,96 procent), de handel in voedingswaren (11,08  procent), goederenvervoer voor rekening van derden (10,96 procent), de bedienden van de internationale handel (11,19  procent), de horeca (10,964 procent), de verzekeringen (11,1905 procent) of het beheer van gebouwen en vastgoedmakelaars (11,08 procent).

De lonen van bijna alle Belgische werknemers worden automatisch aangepast aan de gestegen levensduurte. Maar er zijn grote verschillen: sommige sectoren passen het loon elke maand of kwartaal aan, andere - zoals de ambtenaren - pas als een bepaalde drempel zoals de spilindex is overschreden. Zo zagen de ambtenaren, de werknemers in de zorg en mensen met een uitkering hun loon dit jaar al vijf keer indexeren, met telkens 2 procent. Voor meer dan een miljoen werknemers gebeurt dat dus eenmaal per jaar, op 1 januari.