Met dat jaarverlies veegde de index meteen het grootste deel van zijn winst van ruim 19 procent van 2021 weer weg. De grote spelbreker waren de hoge inflatie en de sterk stijgende rentevoeten.

Zestien van de twintig aandelen die meetellen voor de berekening van de graadmeter droegen bij tot het globale verlies. De grootste klappen waren daarbij voor de investeerder in logistieke panden VGP (- 68 procent), de holding Sofina (-52 procent), de telecommunicatiegroep Proximus (-47 procent) en de warenhuisgroep Colruyt (-43 procent).

Slechts vier titels roeiden tegen de stroom in: de uitbater van het hoogspanningsnet Elia ( +15 procent), het biotechbedrijf argenx (+11 procent), de brouwerijgroep AB InBev (+6 procent) en de holding D’Ieteren (+4 procent).

Bij de kleinere waarden liepen enkele titels nog grotere averij op. Oxurion viel 99 procent terug, Belreca 95 procent en Celyad 86 procent.

Aan de andere kant bevonden zich de maritieme aandelen. De olietankerrederij Euronav ging er 101 procent op vooruit, de gastankerrederij Exmar 84 procent.

Op de laatste beursdag van het jaar sloten de indexwaarden trouwens collectief in het rood. De grootste dagverliezen kwamen achter de naam van Sofina en VGP. De holding leverde 2,10 procent in bij een slotkoers van 205,60 euro, de vastgoedwaarde 2,02 procent bij een slotnotering van 77,80 euro.

Op de brede markt vielen wel dagwinnaars te noteren. Greenyard stoomde 5,02 procent hoger tot 6,70 euro, ABO 4,46 procent tot 5,85 euro. 

Nextensa dikte 4,43 procent aan tot 51,90 euro. De vastgoedpromotor verkocht de Titanium-site in het Groothertogdom Luxemburg aan investeerder Codic. Hij vangt er 110 miljoen euro voor. De transactie levert het fonds een aanzienlijke meerwaarde op.

Lotus Bakeries eindigde onbeslist op 6.320 euro. De koekjesbakker nam via zijn investeringsfonds een minderheidsbelang in het Amerikaanse IQBAR, een producent van plantaardige voedingsrepen.

De tapijtengroep Belysse eindigde vrijdag 5,39 procent lager op 1,14 euro.