Direct naar artikelinhoud
InterviewTeun van de Keuken

‘Op een maand verloor ik bijna 5 kilo. Het probleem is alleen: als je per ongeluk een minuscuul stukje brood eet, is je dieet om zeep’

Teun van de Keuken: ‘Ik heb lang gedacht dat skyr een IJslands wonderproduct was’Beeld Valentina Vos/gettyimages

Puur voor de wetenschap – en zodat u het niet zelf hoeft te doen – onderwierp Teun van de Keuken zijn lichaam aan zeven van de populairste diëten voor zijn boek Dit is geen dieetboek. Zijn doel: uitkomen bij een gebalanceerd eetpatroon dat u een leven lang kunt volhouden. ‘Geen enkel dieet werkt, want zo kan een mens niet leven.’

Zijn zeven diëten, van keto over intermittent fasting tot het sapdieet, pakt Van de ­Keuken aan zoals we dat van hem al jarenlang gewend zijn in het Neder­landse consumentenprogramma ­Keuringsdienst van waarde: grondig, doordacht en met advies van professionals. Van elk dieet vermeldt hij niet alleen minutieus hoeveel hij ervan afvalt – of in het slechtste geval: bijkomt – en wat het met zijn buikomvang en vetpercentage doet, maar vooral ook wat de valkuilen, de onzinnigheden en de sprankeltjes hoop zijn.

Teun van de Keuken: “Bij momenten was het bikkelhard, zowel fysiek als mentaal. Als ik aan een nieuw dieet begon, werd ik de eerste week steevast chagrijnig: ik voelde me niet goed, zag nog geen ­gunstige effecten, ging twijfelen aan mezelf: ‘Kan ik dit wel?’ Rond dieet vier dacht ik: als dit een patroon is, dan komt het in week twee wel weer goed. En dat was ook zo.”

Dik kunnen we jou niet noemen.

­Van de Keuken: “Als puber at ik ’s middags zonder probleem twaalf boterhammen. Ook als student was ik nog best mager, maar toen ik ging werken, kwam er opeens elk jaar een kilo bij. Ik heb nooit overgewicht gehad, maar als het zo doorging, werd het misschien toch te gortig. Ik vond mezelf ook wat minder mooi. Mijn boek had dus een dubbele functie: aan de ene kant deed ik onderzoek – hoe werken die diëten? Aan de andere kant had ik een egoïstisch doel: ik wilde die extra kilo’s kwijt.”

Je gezin deed nood­gedwongen mee.

­Van de Keuken: “Ze moesten wel: ik ben ’s avonds doorgaans de kok in huis. Het probleem was dat ik voortdurend alles moest afwegen. Op een avond was mijn vrouw aan het koken. Vlak voor ze een paprika de pan in wilde gooien, riep ik: ‘Nee, wacht! Die moet ik nog wegen.’ Toen had ze er wel even genoeg van. Ik merkte snel dat dat is wat diëten met je doet: je bent maniakaal bezig met wat je eet. Dat is ook de reden waarom een dieet op dat moment werkt.”

Dat geeft alvast hoop: elk dieet werkt.

­Van de Keuken: “Ja, en tegelijk werken ze níét. Iedereen weet: als je wilt afvallen, moet je je inspannen en bepaalde dingen laten. Zo leuk is dat niet, maar diëten verkopen zichzelf altijd met de boodschap: ‘Wij hebben een makkelijk wonderdieet gevonden.’ Dat is de marketing erachter. Ze zeggen: ‘Je hoeft alleen maar brood, pasta en andere koolhydraten te laten, maar je mag wél nog biefstuk eten.’ Nu beschrijf ik kortweg het ketodieet. Mensen die dat volgen, vinden het op korte termijn makkelijk vol te houden. Alleen: de belofte dat het makkelijk is, maakt zich op lange termijn niet waar. Na een tijd krijg je toch weer zin in pasta of een croissant, en dan werkt het niet meer.”

We zijn gewoon niet gedisciplineerd genoeg om een dieet vol te houden?

­Van de Keuken: “Hier en daar zal een enkeling het wel kunnen opbrengen, maar de meesten van ons niet. Het treurige is dat we onszelf dat verwijten: ‘Ik ben niet gedisciplineerd genoeg.’ Maar we leven in een samenleving die ons de hele tijd ongezond en dikmakend voedsel wil verkopen. Daar zit een gigantische marketingmachine achter, waartegen wij ons als klein individu moeten verzetten. Dat is ontzettend moeilijk.”

Want eigenlijk moeten we dan ingaan tegen onze oerdrift, die zegt: ‘Ik wil vet, ik wil zoet, en het liefst samen.’

­Van de Keuken: “Eigenlijk zegt onze oerdrift: ‘Ik wil calorieën.’ Voor de oermens was eten vaak niet te krijgen. Als hij dan iets calorierijks vond, zoals een bizon, dan was zijn honger voor een tijd gestild. Alleen vinden wij nu overal kleine bizons, in de vorm van snoep­repen of friet met mayonaise. Onze oerdrift, die van pas komt in tijden van hongersnood en oorlog, is nu vervelend.”

In je boek schrijf je dat we zo’n 200 voedselbeslissingen per dag nemen, de meeste volstrekt onbewust.

­Van de Keuken: “Dokter ­Felix ­Kreier, gespecialiseerd in overgewicht, noemt het ‘de hamster in je brein’. Die hamster wil de hele dag gevoed worden. Als je goed uitgerust bent en weinig stress hebt, dan kun je hem makkelijk stilhouden. Maar zodra je moe bent of iets zwakker staat, krijgt hij ruim baan. Voor mijn werk ben ik vaak onderweg. Als ik dan rond een uur of zes ga tanken of in een station kom, waaien de etensgeuren me van overal tegemoet. Ik ga toch maar even een koffie halen, denk ik dan, ook al was ik het helemaal niet van plan. En als de meneer aan de kassa vraagt of ik een koek bij de koffie wil, antwoord ik: ‘Ja, doe maar.’ Dat is mijn hamster.”

Alleen als je met een dieet bezig was, kon je nee zeggen tegen je innerlijke hamster.

­Van de Keuken: “Ik had een app waarop ik alles wat ik at moest invullen. Dan zei ik nee tegen die koek, omdat mijn app anders toch meteen zou zeggen dat ik te veel calorieën op had.

'Sapkuren zijn de grootst mogelijke onzin: na een week waren alle verloren kilo’s er weer bij.'Beeld VALENTINA VOS

“Het probleem is dat we heel vaak gedachteloos eten in onze mond proppen. Stel: jij eet straks een koekje bij je koffie. Als ik jou morgen vraag wat je vandaag gegeten hebt, dan sla jij dat ­koekje ­gegarandeerd over, omdat je het zonder nadenken in je mond hebt gestopt. Zo leven wij allemaal. Ik had net een gezellig ontbijt voor de verjaardag van mijn vrouw, maar ik weet nu al niet meer hoeveel ik precies heb gegeten. Dat was helemaal anders toen ik een dieet deed: dan wist ik precies hoeveel boterhammen ik nog mocht. Daarom werken die diëten allemaal wel, en tegelijk ook niet, want zo kan een mens niet leven.”

CONSTANT GRAZEN

Beginnen doe je niet met een dieet, maar met een gezond eetpatroon: de Schijf van Vijf. Die blijkt ingewikkelder dan verwacht.

­Van de Keuken: “De Schijf van Vijf is wat het ­Nederlands ­Voedingscentrum voorschrijft als gezond. Ik dacht: ik eet gewoon veel groenten, veel volkoren, veel vezels, en een beetje vlees of vis. Maar toen ik het echt volgens de regels ging doen, bleek ik er toch een dagtaak aan te hebben om alles bij te houden.”

‘Niks zo wellustig als thuiskomen en een dikke plak kaas afsnijden. Er bestaat wel vegan kaas, maar die is echt heel vies.’Beeld VALENTINA VOS

Afvallen deed je er niet van.

­Van de Keuken: “Sterker nog: op een gegeven moment ging ik minder calorieën eten dan zij voorschreven, anders kwam ik gewoon aan. Het Voedingscentrum gaat er nog altijd van uit dat een man 2.500 calorieën per dag moet eten, en een vrouw 2.000. Alleen: met chips of chocola kom je makkelijk aan die 2.500, maar als je alleen gezonde dingen eet, dan is het een hele opgave. Ik kwam erachter dat ik het best op gewicht blijf, als ik rond de 2.000 calorieën per dag eet. Ik heb het idee dat die Schijf van Vijf wat verouderd is.”

­Je ­vond ­het ­ook ­vreemd ­dat ­je ­zoveel ­tussendoortjes ­mocht ­eten.

­Van de Keuken: “Volgens ­Hanno ­Pijl, hoogleraar diabetologie aan het Leids ­Universitair Medisch Centrum, is één van de problemen met ons huidige eetpatroon het constante ‘grazen’: we eten vrijwel dag en nacht, en daar zijn we niet voor gemaakt. Ons lichaam is gemaakt voor een beperkt aantal eetmomenten, die best ook alleen overdag – als het licht is – plaatsvinden. Zo wordt onze biologische klok, die de stofwisseling coördineert, op een juiste manier geactiveerd.

“Door dat constante grazen prop je ongemerkt veel naar binnen, terwijl je je lichaam beter even rust kunt gunnen om de boel te verteren. Pas een halfuur nadat je bent gestopt met eten, geven je hersenen het signaal: ‘Nu heb ik genoeg.’ Maar als je telkens blijft toegeven aan impulsen, dan ben je jezelf voortdurend aan het voeden op momenten dat je hersenen nog geen verzadigingssignaal hebben gekregen. Dat is één van de grote lessen die ik trek uit het boek: we moeten met meer aandacht eten. Ga gerust op vrijdag een taartje halen bij je favoriete banketbakker op de Grote Markt. Als je je daarop verheugt, ga je met plezier dat taartje opeten. Maar stop niet bij elke domme impuls een koek naar binnen. Dat heeft niks meer met genot te maken, en dat is toch zonde?”

IELE ARMPJES

Als een mooier lichaam het doel is, dan komt het sportdieet er als winnaar uit. Het was spectaculair wat dat dieet – een combinatie van belachelijk veel sporten, terwijl je veel eiwitten en koolhydraten naar binnen speelt – met je lichaam deed.

­Van de Keuken: “Dat dieet beviel me ook het best, terwijl ik eigenlijk helemaal geen sporter ben. Ik kom uit een milieu waarin sporten niet bepaald werd gewaardeerd. Mijn ouders waren linkse intellectuelen, die vooral sjekkies rokende kunstenaars over de vloer kregen en voor wie het lichaam niet meer was dan een transportmiddel voor de geest. Tegenwoordig heerst er een totaal andere lichaamscultus. Ook onder jongens: in de sportschool viel me op hoe ze naar elkaars lichaam kijken, erover praten en elkaar bewonderend in de biceps knijpen.”

Terwijl jij klaagt over je iele armpjes.

­Van de Keuken (lacht): “Die zijn voorgoed weg. Niet dat ik nu staalkabels heb, maar ik kan ermee voor de dag ­komen. Zodra ik vier of vijf keer per week begon te ­trainen met een personal trainer, kwam er toch een stiekeme ­ijdelheid in me naar boven.

“Sporten is voor mij een blijvertje gebleken. Het is gewoon goed voor je psyche. Ik ben iemand die zich weleens verliest in een zekere neerslachtigheid. Door te sporten heb ik dat nu veel minder. Bovendien is een beetje krachttraining noodzakelijk om het verval van je lichaam tegen te gaan. Als je ouder wordt – dat begint al rond je 40ste – verlies je 2 procent spierkracht per jaar. Daar moet je tegenop trainen.”

En toch viel het sport­dieet je ook zwaar: je stoorde je aan de grote hoeveelheden vlees en vis, bron van eiwitten, die je moest verstouwen.

­Van de Keuken: “Om op een andere manier aan de nodige eiwitten te raken, ging ik dan maar bakjes skyr eten. Ken je dat? Ik heb lang gedacht dat skyr een IJslands wonderproduct was. Een kruising tussen yoghurt en kwark, die én mager is én veel ­eiwitten ­bevat. Tot we er voor Keuringsdienst van waarde een uitzending over maakten: blijkt het gewoon kwark te zijn waar ze eiwitpoeder doorheen roeren. Ik had het moeten weten: de textuur heeft wel iets van behanglijm. Maar goed, zo kwam ik wel aan voldoende eiwitten.

“Ook voor het ketodieet moest ik veel vlees en vis eten. Op een gegeven moment hing me dat zodanig de keel uit, dat ik vanzelf minder ging eten. Dat is ook één van de redenen waarom de meeste diëten zo goed werken: als je één grote voedselgroep schrapt – alle koolhydraten of alle dierlijke producten – krijg je minder trek en eet je vanzelf minder.”

We eten het liefst gevarieerd?

­Van de Keuken: “Precies. Veel diëten worden voorgesteld alsof er een interessant biologisch proces plaatsvindt in je lichaam door dit of dat te schrappen, maar eigenlijk komt het er altijd gewoon op neer dat je minder calorieën eet.”

Bij het ketodieet zijn het de koolhydraten die worden geschrapt. Die zijn al vaker in de ban gedaan.

­Van de Keuken: “Door ­Atkins, ­Mon­tig­nac… Ik had het moeilijk: ik ben dol op pasta, witte rijst en – met name in het weekend – ontbijten met croissants, chocoladebroodjes en de hele viennoiserie. Bij keto mag je slechts 50 gram koolhydraten per dag. Die zitten niet alleen in brood en pasta, maar ook in groenten, met name in peulvruchten. Blijf je onder die 50 gram, dan gaat je lichaam in ketose en val je heel snel af. Dat was ook bij mij zo: de eerste week gebeurde er niks en kreeg ik zelfs problemen met de ontlasting, maar daarna ging het opeens heel hard. Op een maand verloor ik bijna 5 kilo. Het probleem is alleen: als je per ongeluk een dag zondigt en een minuscuul stukje brood eet, raak je uit ketose en is je dieet om zeep. Dat bezorgde me stress en bovendien voelde ik me ook ontzettend slap. Koolhydraten geven je energie. Sporten viel me in combinatie met het keto­dieet zwaar. Mensen zeiden me ook de hele tijd dat ik er slecht uitzag: ‘Teun, gaat het wel goed met je? Ben je ziek?’ Ik had ingevallen wangen, waardoor ik vijftien jaar ouder leek. Bij het sportdieet was het net omgekeerd: mensen vonden dat ik er goed uitzag, en niet alleen als ik mijn shirt uittrok. Ik voelde me fit en liep gezwind de trap op.”

­De ­experten ­leken ­wel ­gewonnen ­voor ­keto.

­Van de Keuken: “Professor Pijl is voorstander van het ketodieet voor mensen met diabetes type 2. Sommige diabetici hoeven met zo’n dieet minder of zelfs helemaal geen medicatie meer te slikken. Voor anderen ziet hij er geen heil in om voor de rest van je leven alle koolhydraten te schrappen. Alleen raadt hij het wel aan voor een korte periode, om je lichaam een reset te geven. Periodiek ketogeen eten is volgens hem goed, omdat het mechanismen activeert die groei en reproductie afschakelen en onderhoud en herstel activeren. Om die reden is hij ook fan van intermittent fasting.”

‘Pas een halfuur nadat je bent gestopt met eten, geven je hersenen het signaal: ‘Nu heb ik genoeg.’ Als je blijft toegeven aan impulsen, kunnen ze geen signaal sturen dat je verzadigd bent.’Beeld VALENTINA VOS

Dat dieet noem jij de quick fix.

­Van de Keuken: “Het ging me vrij makkelijk af: ik had er geen app voor nodig en hoefde ook niks af te wegen. Het enige wat ik moest doen, was de uren beperken waarbinnen ik at. Ik koos voor het populaire 16-8-dieet: zestien uur lang vasten, en eten binnen de resterende acht uur. De valkuil is dat sommige mensen gaan compenseren en binnen die acht uur toch drie maaltijden proppen. Dan schiet het natuurlijk niet op.”

Jij koos ervoor het ontbijt te skippen en tussen 20 uur ’s avonds en 12 uur ’s middags niets te eten.

­Van de Keuken: “Ik merkte dat ik binnen die acht uur vanzelf minder ging eten, gewoon omdat ik minder tijd had. Ik ben nog steeds enthousiast over het dieet, alleen vond ik het moeilijk om ’s avonds op tijd klaar te zijn met eten. Ik ben het gewend na mijn werk eerst boodschappen te doen en dan te koken, maar om 20 uur moesten mes en vork onherroepelijk neer. Dat haalde ik niet.”

­Wetenschappers ­zijn ­er ­nog ­altijd ­niet ­over ­uit ­of ­het ­ontbijt ­overslaan ­nu ­wel ­of ­niet ­een goed idee ­is.

­Van de Keuken: “Onderzoek heeft uitgewezen dat ongezonde mensen vaker niet ontbijten, al is het lastig vast te stellen of er een oorzakelijk verband is tussen overgewicht, ziektes en niet ontbijten. Het is een typisch de-kip-of-het-ei-vraagstuk: zijn mensen ongezond doordat ze het ontbijt overslaan, of slaan veel ongezonde mensen toevallig ook het ontbijt over?”

Ik sla het ontbijt soms over en beperk me tot koffie. In mijn hoofd ben ik dan aan het vasten, maar nu blijkt dat ik zondig door melk bij m’n koffie te doen.

­Van de Keuken: “Klopt. Je mag binnen die zestien uur vasten wel koffie of thee, maar dan zonder melk of suiker. Gedurende de hele periode van diëten heb ik geprobeerd om van de melk in mijn koffie af te komen. Ik drink graag ­cappuccino’s, maar elk kopje is 100 calorieën en dat vind ik zonde. En toch is het moeilijk om ze te laten.”

Dat komt vaak terug in je boek: je levensvreugde zit ’m toch deels in de kleine dingen.

­Van de Keuken: “Daar haal je een goed punt aan: je kunt wel op zoek gaan naar een dieet waarmee je blijvend op gewicht en gezond blijft, maar wat met je levensvreugde? Natuurlijk haal je geen vreugde uit zomaar alles in je mond proppen, maar je moet ook niet zo monomaan worden in wat je eet dat je er helemaal geen genot meer uit puurt. Op een gegeven moment ben je dood, en wat heb je dan aan je dunne lichaam?”

VIEZE NEPKAAS

In je favoriete Amster­damse koffiezaak drinkt het merendeel van de klanten tegenwoordig havermelk en liggen er worstenbroodjes op basis van kikkererwten in de toonbank. Ook jij ging een maand lang vegan eten.

­Van de Keuken: “Toen ik dieren van het menu schrapte, voelde ik me meteen moreel verheven. Je kunt verrukkelijk eten zonder vlees. Zeker in de mediterrane en de oosterse keuken mis je het helemaal niet. Alleen wordt tegenwoordig de indruk gewekt dat vegan per definitie ook gezond is. Dat klopt niet. Er is een hele markt aan ongezonde vegan tussendoortjes, zoals ijs, snoep en gefrituurde snacks.”

Jij koos ervoor om vleesvervangers te eten, maar je moest wel goed zoeken naar gezonde varianten.

­Van de Keuken: “In bijna alle vleesvervangers zit te veel zout. Er is een grote behoefte om vlees te gaan nabootsen – begrijpelijk: die behoefte had ik zelf ook. Alleen heb je een ingewikkeld proces en veel smaakstoffen nodig om iets te maken wat op vlees lijkt. Dan eindig je toch weer bij ­fabrieksvoer, terwijl ik net alle ingrediënten op een verpakking wil kunnen herkennen.”

­Een ­hamburger ­van ­puur ­rundergehakt ­is ­gezonder ­dan ­een ultra-processed ­veganistische ­variant, zeg ­je.

­Van de Keuken: “Volgens voedselprofessor ­Jaap ­Seidell is ultra-processed food één van de grootste oorzaken van onze obese samenleving. Als je zelf kookt, zit al die troep niet in je eten. Misschien is dat wel mijn voornaamste boodschap: kook zelf. Wij Nederlanders koken nog maar een kwartier per dag. Dat maakt ons tot één van de volkeren die nog het minst tijd besteedt aan eten bereiden.”

Op het eind van je vegan maand bleek je ook tekorten te hebben aan sommige voedingsstoffen, zoals ijzer en vitamine B12.

­Van de Keuken: “Vrijwel iedereen die ik sprak, is ervan overtuigd dat je supplementen moet slikken als je vegan wil leven. Ons lichaam heeft eiwitten nodig, en neemt die héél makkelijk op uit dierlijke producten. Als je ze ter vervanging uit peulvruchten wil halen, moet je er veel meer van eten.”

Jij bent niet van plan dieren uit je dieet te schrappen?

­Van de Keuken: “Nee, maar dat heeft te maken met één van mijn grootste zwaktes: kaas. Niks zo wellustig als thuiskomen en een dikke plak kaas afsnijden. Er bestaat wel vegan kaas, maar die is heel vies. Als je ­vegetarisch gehakt in een pastasaus doet, smaak je nauwelijks dat het geen echt vlees is. Maar kaas namaken? Dat kunnen ze niet.”

Als we een verliezer moeten aanduiden, is het wel het sapdieet.

­Van de Keuken: “Sapkuren zijn de grootst mogelijke onzin. Behalve de man van het sapdieet zelf vond geen enkele expert het een goed idee om een week lang alleen groente- en fruitsapjes te drinken en soep te eten. Het idee is dat je je darmen en lever even helemaal stillegt, waardoor je lichaam zich gaat zuiveren. Maar de experten zeiden net het omgekeerde: je moet je lichaam juist aan het werk zetten en dat doe je door veel vezels te eten.

“Bij alle andere diëten had ik het gevoel dat het me goed deed, hoe zwaar het soms ook was. Bij de sapkuur niet: ik wilde alleen het eind van de week halen, om dan weer lekker te kunnen eten. Bovendien is zo’n sapkuur duur: voor een week kant-en-klare sappen ben je algauw honderden euro’s kwijt.”

Je kreeg er ook rare ontlasting van: twee dagen lang kwam er niks uit en was je plas zo helder als een Zwitsers bergriviertje. Op dag drie zat je met je T-shirt over je hoofd op de pot, in een poging de stank te filteren.

­Van de Keuken: “Dat had ik bij geen enkel ander dieet meegemaakt. Bij keto ging ik wel wat stinken, alsof er door mijn poriën en mond opeens van alles naar buiten kwam. Na zeven dagen sapkuur was ik drie kilo kwijt, maar die waren er een week later weer allemaal bij.”

Wat een beproevingen! Ik kan me voorstellen dat je diëtiste Esther van Etten na die zeven diëten trots op je was.

­Van de Keuken: “Zeker. Alle diëten werken trouwens nog beter als je onder toezicht van een diëtist staat. Als je alles moet bijhouden wat je hebt gegeten, wil je toch vermijden dat je nadien een standje van de juf krijgt. Voor Esther was het heel leerzaam om mij als proefkonijn te gebruiken. Ze was behoorlijk opgewonden, toen mijn lichaam in ketose raakte (lacht).”

Ben je nu volledig afgekickt van alle diëten?

­Van de Keuken: “Ja. Ik ben wel nog aan het sporten, maar dan zonder eiwitshakes.

“Weet je, je kunt dit boek op twee manieren bekijken. Je kunt het lezen met het idee: ik wil na de feestdagen 5 kilo kwijt, welk dieet past het best bij me? Als je een koolhydraten­fan bent zoals ik, zou ik bijvoorbeeld niet voor keto gaan. Maar je kunt het ook lezen als een pleidooi om níét op dieet te gaan, om te proberen te ontdekken wat de momenten zijn waarop jij achteloos voedsel naar binnen propt. De grootste les die ik trek, is dat wij als maatschappij geobsedeerd zijn door voedsel. Onze hele samenleving is erop ingericht. Misschien moeten we kijken of we wat meer ontspannen met voedsel kunnen omgaan. Het gekke is: dat betekent dat we ons net méér bewust moeten zijn van wat we eten. We moeten af van het constante grazen en beter leren luisteren naar ons lichaam. En niet telkens wanneer we een tankstation binnenstappen, roepen: ‘Zal ik voor jou nog iets meenemen?’ Als we daarvan afstappen, iets bewuster zijn van wat we eten, en proberen te genieten van wat we koken, dan komen we al een heel eind.”

Teun van de Keuken, Dit is geen dieetboek, J.M. Meulenhoff

VIEZE NEPKAAS
Beeld VALENTINA VOS

© Humo