Direct naar artikelinhoud
NieuwsInflatie

Nog maar eens een nieuw record: winkelkar werd in één jaar tijd 20 procent duurder

Nog maar eens een nieuw record: winkelkar werd in één jaar tijd 20 procent duurder
Beeld ID Wouter Van Vooren

Een gezin zonder kinderen gaf vorige maand gemiddeld 497 euro uit in de supermarkt: 82 euro meer dan een jaar eerder, een stijging van bijna 20 procent. Daarmee wordt nog maar eens een nieuw record gevestigd.

Keukenpapier (+57 procent), spaghetti (+53 procent) en diepvriesfrieten (+50 procent): dat zijn de drie producten in de supermarkt die het afgelopen jaar het meest in prijs gestegen zijn. Dat blijkt uit de maandelijkse vergelijking van drieduizend producten door Test Aankoop. En dat zijn alleen nog maar de uitschieters. We betalen nu 19,67 procent meer om te gaan winkelen dan een jaar eerder. Opvallend: uit de hele korf van drieduizend producten zijn er slechts twee die goedkoper zijn geworden: Grany Smith-appels (-2 procent) en vochtige babydoekjes (-0,12 procent).

“De redenen voor alle prijsstijgingen zijn nog altijd dezelfde”, legt Laura Clays, woordvoerster bij Test Aankoop, uit. “Er is een kleiner aanbod door mislukte oogsten en de oorlog in Oekraïne, maar ook de hoge energieprijzen, transportkosten en loonkosten worden doorgerekend in de prijs van de producten.”

Lees ook:

Doet u uw inkopen best over de grens? ‘Voor dezelfde winkelkar betalen we hier 33 euro meer

Vijf ketens doorgelicht: dit zijn de duurzaamste supermarkten

Vlees en vis op de koudste plek en overschotjes in het midden: zo richt je je koelkast het best in

Daarmee ligt de supermarktinflatie veel hoger dan de algemene inflatie, die rond de 10 procent schommelt. Opvallend is dat vooral de huismerken veel duurder zijn geworden, terwijl de stijging bij de A-merken iets lager uitvalt. Clays: “Dat heeft vooral te maken met het feit dat de marges bij de huismerken veel kleiner zijn. Stijgingen van de productiekosten moeten en kunnen meteen doorgerekend worden. Bij de A-merken zijn er vaak onderhandelingen in het begin van het jaar, waardoor de prijzen voor langere tijd vastgeklikt worden.”

Zo is de verwachting dat het einde van de prijsstijgingen zeker nog niet voor meteen is. “Dat klopt, de volgende maanden worden de verhoogde kosten pas echt voelbaar bij die A-merken”, aldus nog Clays. “Ook de jaarlijkse indexering van de lonen in januari zal weer extra kosten met zich meebrengen voor de producenten en de retailers. Winkelen zal met andere woorden duur blijven. Wie wil besparen, kan de volgende maanden dus best de switch maken naar huismerken, die in onze tests vaak ook heel hoge scores halen. Let zeker ook op de promoties, waarmee supermarkten nu toch steeds vaker uitpakken.”

Planbureau voorspelt forse daling

Naast de supermarkt is de inflatie vooral voelbaar op de energiefactuur en voor mensen die bouwen of verbouwen. Maar ook wie op reis wil, betaalt intussen gemiddeld 25 procent meer voor een vliegtuigticket.

Gelukkig zijn de vooruitzichten voor de iets verdere toekomst wel rooskleuriger. Het Planbureau maakte zich dinsdag in zijn laatste vooruitzichten sterk dat de algemene inflatie deze maand zal dalen met bijna 2,5 procentpunten tot 7,91 procent. En die dalende trend zou zich de volgende maanden doorzetten met in oktober een inflatiecijfer dat voor het eerst sinds juli 2021 onder de 2 procent zakt. Dat zou zich ook moeten vertalen in het winkelkarretje. Al zijn er heel veel onzekere factoren, zoals de oorlog in Oekraïne en de gasvoorraden waarover we volgende winter beschikken.