© BELGA

Remco Evenepoel blikvanger bij ploegvoorstelling Soudal-Quick-Step: “Thuis moet ik nog altijd de afwas doen”

Het is weer eens wat anders. Niet Kabouter Plop, maar wel Remco Evenepoel (22) die over Plopsaland regeert. Bij de voorstelling van Soudal-Quick-Step in het attractiepark aan zee waren alle ogen gericht op de wereldkampioen. En die had er zin in. Al tempert hij wel de al te grote verwachtingen over de Giro. “Jullie zullen dat misschien weinig vinden, maar ik ga voor minstens een ritzege en hopelijk de top vijf. Al de rest kan je niet voorspellen.”

Wim Vos

Hoe gaat het met Remco Evenepoel na ongetwijfeld een bijzonder drukke winter?

“Alles in orde. Tot mijn eigen verbazing is het een vrij rustige winter geweest. Zonder veel stress. Ook omdat ik veel afgeblokt heb, natuurlijk. Ik heb mij bewust beperkt tot prijsuitreikingen. De tv-shows heb ik overgeslagen.”

Intussen ben je bovendien getrouwd. Wat heeft het meest voor je veranderd: je huwelijk of je wereldtitel?

“Dan toch mijn huwelijk. Wielrennen doe je maar in een korte periode in je leven, je vrouw is voor altijd. (lacht) Enfin, normaal gezien toch. Na mijn huwelijk is er een nieuwe wereld opengegaan. En je ziet, ik draag mijn ring nog altijd. Ik ben er heel gelukkig mee.”

©  BELGA

Straks zit je ‘rustige’ winter er wel op. Dan wacht de stress van de wereldkampioen. Toch een bange gedachte?

“Niet echt. Al zeg ik het zelf: ik kan van nature best goed om met die druk. Bovendien is het zaak om je stressmomenten goed uit te kiezen. Daarom opteer ik bewust voor lange trainingsblokken en hoogtestages. Zijn wedstrijden periodes van grote druk dan kan ik daar telkens weer de batterijen opladen en die stress laten varen.”

Verklaart dat ook je relatief beperkte programma?

(knikt) “Ik rij misschien niet zo heel veel wedstrijden, maar op San Juan na zijn ze wel allemaal van hoog niveau. En: waar ik start, zal het altijd voor een podium of minstens een ritzege zijn. Dat maakt het sowieso heel intensief.”

Je maakt er geen geheim van dat je je grote doel, de Giro, precies zo wil voorbereiden als de Vuelta vorig jaar.

“Klopt. Al heeft het wel zijn beperkingen. Alleen al door de sneeuw in het voorjaar is het veel moeilijker de Giroritten vooraf te verkennen. Maar verder wordt het zo veel mogelijk copy-paste. Dat is: een hoogtestage, dan een rittenkoers (de Ronde van Catalonië, red.), opnieuw een hoogtestage, Luik-Bastenaken-Luik, nog een korte hoogteprikkel van een kleine week en dan de grote ronde in. Luik krijgt de rol van de Clasica San Sebastian vorig jaar. Hopelijk met even goede gevolgen.”

Al enig idee waar je op hoogtestage gaat?

“Minstens een keer op Tenerife. Dirk De Wolf (die er woont, red.) mag zijn pannenkoeken al beginnen te bakken.”

Over die Giro: bij de voorstelling voor de sponsors zei je tevreden te zijn met een top tien en een ritzege. Is dat niet wat minnetjes voor een wereldkampioen die de Vuelta heeft gewonnen?

“Jullie zullen dat misschien vinden. Maar een klassement kan je gewoon heel moeilijk voorspellen. Natuurlijk hoop ik weer op de top vijf en is het podium mijn absolute droomdoel. Maar er kan zoveel gebeuren in een grote ronde. Pech op het verkeerde moment in de eerste week en alles ligt in het water. Daarom hou ik het op ‘minstens een rit’. Bovendien is de Giro sowieso een heel andere koers dan de Vuelta. Alleen al qua parcours. We gaan goed onze dagen moeten uitstippelen: waar slaan we toe, waar halen we de voet van het gaspedaal?”

Heb je al enig zicht op de ploeg die je in de Giro meekrijgt?

“Eerst dit: er circuleert een bericht dat ik voor drie vierde de selectie zelf mag samenstellen. Dat klopt niet. Wat ik bedoelde: ik heb voor drie vierde mijn zeg in die selectie. Klein verschil. Maar ik heb sowieso mijn vaste pionnen die ik er graag bij wil en die er normaal ook bij zullen zijn: Vervaeke, Van Wilder en Serry. Verder had ik er heel graag Julian Alaphilippe bij gehad, maar omdat die de Vlaamse klassiekers rijdt, wordt dat moeilijk te combineren. En verder zullen we nog iemand voor de vlakke ritten nodig hebben, iemand die zijn lichaam kan zetten als het nodig is. Genre: Lampaert, Asgreen of Ballerini. Kortom: drie à vier namen liggen vast, maar zeker nog niet alles.”

Primoz Roglic lijkt je grootste uitdager in Italië te worden. Hij heeft dan toch aangekondigd de Giro te rijden.

“Blijkbaar. Al vond ik het wel verrassend dat hij een week eerder nog zei dat de Giro te vroeg zou komen na zijn schouderoperatie. Ik vind het tof dat hij er wel bij is, maar om er nu voor te liegen? Dat was ook niet nodig. Ik ben benieuwd. Ik hoop dat hij goed herstelt en dat we een mooie wedstrijd krijgen.”

©  BELGA

Is hij de te kloppen man in de Giro?

“Dat denk ik wel. Hij heeft meer ervaring dan ik, hij kent geen angst, hij durft risico’s nemen en hij kan op elk type aankomst tijd terugpakken. Op een steile aankomst bergop, op een finish voor punchers, zelfs bij een vlakke aankomst… En het blijft Roglic. Een drievoudig winnaar van de Vuelta, iemand die al derde was in de Giro: kijk naar zijn palmares en Roglic zal de beste groteronderenner in de Giro zijn.”

Veel andere grote namen laten de Giro wel links liggen.

“Dat wordt makkelijk gezegd. Maar ik zie dat Aleksandr Vlasov de Giro rijdt, Geraint Thomas ook… Er zijn nog genoeg renners bij die de Giro kunnen winnen.”

Hoe moeilijk was het om niet voor de Tour te kiezen?

“Niet. Omdat het WK vroeg valt (al in augustus, red.) hadden we zelfs nog voor ik de Vuelta had gewonnen, het plan om dit jaar de Giro te rijden. En zoals ik altijd zeg: Stick to the plan.”

En wat als je met een magnifiek gevoel uit de Giro zou komen en je gevraagd wordt misschien toch de Tour te rijden?

“Dan nog zal ik neen zeggen. Ik ben ervan overtuigd dat je per seizoen maar één grote ronde op een deftige manier kan rijden. Een tweede kan alleen als je af en toe een snipperdag zou nemen. Maar daarvoor rij ik dan weer geen grote ronde. Voor mij staan de drie grote rondes ook op gelijke hoogte. Daarom zal ik elk jaar opnieuw kijken welke grote ronde mij het beste past: qua parcours, qua tijdritkilometers… Als de Vuelta mij volgend jaar op het lijf geschreven is, rij ik die misschien wel weer. Al zal ik uiteraard op een dag wel de Tour rijden.”

Heb je zelf het gevoel dat je nog verder staat dan bij je Vuelta-overwinning?

“Toch wel. Je leert zoveel uit een zege in een grote ronde. Bijvoorbeeld dat een tijdrit in een grote ronde totaal verschillend is dan een andere tijdrit – alleen al door de vermoeidheid die je meeneemt. Of ik weet nu dat je enkele dagen na een crash altijd een mindere dag hebt en dat je dan vooral niet moet panikeren. Maar vooral heb ik het voorbije jaar de perfecte balans gevonden qua gewicht, voeding, power… Ik kan nog moeilijk verrast worden. Een paar maanden voor de Giro is dat een heel relaxed gevoel.”

©  BELGA

Wat ook anders is: je status, als sporter en wielrenner. Hoe moeilijk is het om nuchter te blijven als duizenden mensen je op het balkon van het Brusselse stadhuis toejuichen?

“Dat deed mij wel beseffen dat ik echt iets speciaals had gedaan. Maar hoeveel aandacht ik ook krijg, als ik thuiskom en de deur achter mij dichtdoe, ben ik nog altijd de jongen die de afwas moet doen. Dat houdt je met de voeten op de grond. En zo hoort het.”

Je wil niet alleen maar jaknikkers rond je?

“Daar moet je niet bang voor zijn. Mijn vrouw zegt vaker ‘neen’ tegen mij dan wie ook. En anders zijn mijn ouders er wel om dat te doen. (kijkt naar de woordvoerder) Of hij hier. Soms wil ik eens iets cools doen, maar dan vraag ik het hem en stuurt hij mij onomwonden: No, f*ck off.” (lacht)

©  BELGA

Aangeboden door onze partners
Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer