Wekenlang werd gewaarschuwd voor onveiligheid in kraakpand. En toen brak er brand uit

In de gang waar de brand uitbrak, zijn de muren zwartgeblakerd. © Nick Somers

Hulporganisaties waarschuwen al weken voor de onleefbare situatie in een groot kraakpand met asielzoekers en daklozen in Schaarbeek. Een brand brengt de pogingen om het gebouw leeg te krijgen in een stroomversnelling.

Jef Poppelmonde, Kubra Mayda

Rond kwart voor twee donderdagmiddag begonnen de ramen van het grote kraakpand in de Paleizenstraat in Schaarbeek, waar nu al weken zo’n 900 asielzoekers en daklozen in erbarmelijke omstandigheden wonen, rookwolken uit te braken. Op de derde verdieping zou een ruzie tussen bewoners uitgemond zijn in het in brand steken van een matras, zegt de gemeente Schaarbeek. Het vuur verspreidde zich.

De brandweer kreeg de ‘kleine brand’ snel onder controle. Enkele mensen werden ter plaatse door hulpdiensten verzorgd, niemand hoefde naar het ziekenhuis. Maar was de toestand in het pand al wekenlang penibel, dan maakte de brand delen van het gebouw nagenoeg onleefbaar. Op de derde verdieping, waar de brand woedde, zijn muren zwartgeblakerd, kon De Standaard ter plaatse vaststellen. Het rook er naar verbrand plastic en blusschuim. Dat laatste had de weinige bezittingen en het eten van de bewoners doornat gemaakt.

   • Asielzoekers identificeren? ‘Wij gaan dat kraakpand niet binnen’

Daarom beval de burgemeester van Schaarbeek Cécile Jodogne (DéFi) de sluiting van die getroffen derde verdieping. De lokale politie kwam de bewoners vragen om te vertrekken. Een dertigtal aanwezigen die geen verblijfsvergunning bleken te hebben, kregen door Brusselse daklozenorganisatie Samusocial een plaats in de daklozenopvang aangeboden.

De rest verhuist voorlopig naar andere verdiepingen van het gebouw, want ‘die blijven bruikbaar’, zegt het kabinet van burgemeester Jodogne. ‘Wij willen niet overgaan tot een algemene ontruiming.’

Daarmee maakt ook de brand nog geen einde aan de verontrustende situatie in het kraakpand, waar mensen slapen tussen afval en uitwerpselen, en waar volgens hulporganisaties ziektenals tuberculose, difterie en schurft in het rond gaan.

De brand brengt de pogingen om het gebouw leeg te krijgen wel in een stroomversnelling, door de sluiting van alvast één verdieping. Woensdag was al overeengekomen dat vanaf volgende week medewerkers van Fedasil samen met Samusocial aan het kraakpand postvatten, om vast te stellen welke bewoners asielzoekers zijn en recht hebben op plaats in een opvangcentrum.

Daarmee gooit Fedasil het roer om, nadat het tot nu toe alleen via contact met advocaten asielzoekers had proberen te identificeren (DS 11 januari). Op die manier konden de laatste drie weken 114 asielzoekers naar een opvangcentrum verhuizen.

‘Wat een chaos’

De tijd dringt om ook de resterende bewoners uit het kraakpand te doen vertrekken. Zondag zal het Rode Kruis, de laatste overgebleven hulporganisatie, het pand verlaten. ‘Mijn hart doet pijn bij het idee dat we deze mensen alleen laten’, zegt coördinator Samah Ahsina. ‘Want voor zover wij weten, komt er geen andere organisatie in onze plaats.’

Jean Dedieu, een man die al sinds de eerste dagen in het kraakpand woont, kreeg gisteren goed nieuws te horen. Hij kan vertrekken naar een opvangcentrum voor asielzoekers in Antwerpen. Maar hij blijft zich zorgen maken over de situatie in het pand, die volgens hem volledig uit de hand is gelopen. ‘De eerste maand was alles hier best in orde. Maar kijk nu: een brand op klaarlichte dag. Wat een chaos.’