Minister Van Quickenborne uit Kortrijk heeft safehouse verlaten, zij het met gemengde gevoelens
Begin deze week hebben minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD) en zijn gezin hun safehouse na meer dan een maand mogen verlaten. Het was al de tweede keer dat ze moesten onderduiken na bedreigingen uit het drugsmilieu. De minister is blij dat het gewone leven weer wat herneemt voor zijn gezin, maar houdt er rekening mee dat het niet zijn laatste verblijf was in een safehouse.
Op 6 december moesten Vincent Van Quickenborne (Open VLD), zijn echtgenote en hun twee jonge kinderen hun huis in Kortrijk verlaten. Ze werden ondergebracht op een geheime locatie na nieuwe bedreigingen uit het drugsmilieu.
In september hadden ze al eens een week moeten onderduiken nadat er voor hun huis een auto was gevonden met daarin spanbandjes, een machinegeweer en flessen met benzine. Ondertussen zijn al vijf Nederlandse verdachten opgepakt die in verband zijn gebracht met de auto.
Ik vind het vooral vervelend voor mijn gezin. Zij hebben daar niet voor gekozen.
Voorlopig lijkt de grootste dreiging geweken. Begin deze week mochten Van Quickenborne, zijn echtgenote en de kinderen terug naar huis in Kortrijk. "Ik ben blij dat het gewone leven weer een beetje kan hernemen voor mijn gezin", zegt de minister. "We worden nog altijd extra bewaakt, maar de kinderen kunnen ten minste terug naar school en kunnen hun hobby's doen."
"Als minister kon ik de tijd in het safehouse gemakkelijk plaatsen. Ik vond het erger voor mijn gezin; zij hebben daar niet voor gekozen. Al moet je het ook relativeren: als je hoort dat in Merksem een onschuldig meisje van 11 is omgekomen na mogelijke geschillen in het drugsmilieu, dan is dat van een heel ander kaliber."
Het wordt erger voor het zal verbeteren
De minister moet dus wel nog leven met extra veiligheidsmaatregelen en met een stuk onzekerheid. "Ik vrees dat het niet de laatste keer zal zijn dat we zullen moeten onderduiken", zegt hij.
"Ik ben als minister aan een lange, moeilijke strijd begonnen en ik vrees dat het eerst nog erger zal worden, voor het verbetert. Maar we zijn zeer vastberaden in wat we doen."
