Belastingdienst bezichtigt gretig persoonlijke bankrekeningen: “Door samenspel van regels kan fiscus heel snel in die rekeningen gaan kijken”

81.895 keer heeft de fiscus vorig jaar de gegevens van bankrekeningen van Belgen opgevraagd; een stijging van 58 procent vergeleken met 2021. Mag dat eigenlijk allemaal wel? Business AM Radio vroeg het aan fiscaal advocaat Thomas Spaas.

Waarom is dit belangrijk?

De fiscus kan bankrekeningen van individuen raadplegen om achterstallige schulden (belastingen) te innen. In realtime kan de belastingdienst echter niet volgen welke transacties er allemaal plaatsgrijpen op je bankrekening. De staatskas kent evenwel je saldo in het begin en in het midden van het jaar.

Business AM Radio: Mag de fiscus naar mijn bankrekening kijken?

Thomas Spaas: “Wel, het mag niet zomaar. Er zijn indicaties nodig van fraude, men moet toestemming vragen. Interessant is wel dat het vroeger net hetzelfde was. Men spreekt vaak over het Belgische bankgeheim; een echt sterk bankgeheim hebben we in België nooit gekend.

Ook vroeger mocht de fiscus rekeningen bekijken, er was een eenvoudige procedure voor. Er was nog altijd een trapje nodig, een extra toestemming – ze moesten toestemming vragen aan hun overste – ook dat zit er vandaag nog voor een stukje in.

Maar je ziet dat je in de loop der jaren meer en meer partijen – notarissen, gerechtsdeurwaarders, de politie, enzovoort – die rekeningen mogen raadplegen. Wel altijd in het kader van hun taak. Dus notarissen om bepaalde dingen te checken in verband met erfenissen bijvoorbeeld. Deurwaarders om te kijken wie wat heeft. Dus er is altijd wel een reden voor, maar je ziet dat in de loop der jaren meer en meer mensen dat mogen gaan raadplegen, en ook dat er meer en meer data in die databank terechtkomt, natuurlijk.”

Wat zijn de precieze voorwaarden daarvoor, dat iemand mag inkijken?

“Vermoeden van fraude, dus. Voorlopig is daarvan nog altijd een indicatie nodig. Weet ook dat het gaat over de saldo’s op rekeningen. Vroeger waren enkel die rekeningen – het bestaan van die rekeningen zelf – gekend.

Nu wordt twee keer per jaar een foto genomen van wat er op dat moment op die rekening staat. En dan kan men dat gaan raadplegen.”

“Gaat te ver”

“Advocaten zijn naar het Grondwettelijk Hof gegaan, hebben gezegd van: dit gaat te ver. Grondwettelijk Hof stelt: ja, maar er zijn nog altijd indicaties van fraude nodig; men heeft echt een goeie reden nodig voor je dat kan raadplegen.”

“Probleem is dat de fiscus nog vaker dan vroeger sneller gaat zeggen: er is fraude hier, en we gaan kijken. In de praktijk door een samenspel van heel veel regels, blijkt het dat de fiscus toch wel heel snel in die rekeningen kan gaan kijken. Zelfs voor dat de belastingplichtige, de burger, enige indicatie heeft dat er zo’n opzoeking is gebeurd.”

“Weinig verweer”

De burger kan achteraf wel te weten komen dat iemand naar z’n rekeningen heeft gekeken. Maar terwijl het gebeurt, heeft die eigenlijk weinig verweer. Dus kan je nagaan dat er soms onderzoeken gebeuren waar de burger niks van afweet, tenzij-ie het toevallig zou opvragen bij de Nationale Bank via een vrij omslachtige procedure: wie heeft er naar m’n rekeningen gekeken? En hij het enkel zo te weten komt.”

“Banalisering”

Conclusie: “Er is toch wel een banalisering bij het raadplegen van rekeningen. Zeker omdat niet alleen de fiscus je rekening kan raadplegen, maar intussen dus ook notarissen; en is dat die notaris zelf, zijn dat mensen op het notariskantoor… hoe kan je instaan voor al die partijen? Daarnaast gaat het nog om mensen die op een deurwaarderskantoor werken, politie… Dat zijn heel veel mensen. En de overheid zegt dat die allemaal perfect te vertrouwen zijn. ‘Je kan kijken wie je rekening bekeken heeft.’ Wel, je kan het heel algemeen zien, maar als zoveel mensen toegang hebben tot het register, kan je er toch wel vragen bij stellen.”

(kg)


Het volledige interview met Thomas Spaas over het gedrag van de fiscus valt hieronder te beluisteren.

Meer