Direct naar artikelinhoud
OpinieRoger Housen

Oud-kolonel Roger Housen: ‘Waarom westerse tanks voor Oekraïne geen gamechanger zijn’

Roger Housen: ‘Rusland is volledig zelfvoorzienend op het vlak van energie en grondstoffen en het bezit niet alleen voldoende mankracht, maar ook de wil en overtuiging om dit oorlogseconomieregime lang aan te houden.’Beeld Damon De Backer - Getty Images

Roger Housen is kolonel buiten dienst en defensiespecialist. Hij volgt de situatie in Oekraïne al sinds het begin van de invasie op de voet.

Ja, er zullen binnenkort westerse tanks geleverd worden aan Oekraïne, ook Duitse Leopard 2-tanks. Neen, ze zullen geen gamechanger zijn, in de zin dat ze het tij van de oorlog zullen doen keren in het voordeel van Kiev. En ook: ze zullen niet leiden tot een escalatie, net zoals de rest van het grote pakket westerse wapens dat vorige vrijdag toegezegd werd aan Oekraïne. Zolang tanks en andere wapens niet worden ingezet om uiteindelijk Russisch grondgebied aan te vallen, is er geen sprake van escalatie.

Het Westen heeft twee doorslaggevende militaire doelstellingen in de oorlog: ten eerste beletten dat Oekraïne de nederlaag lijdt en ten tweede een directe betrokkenheid bij de gevechten voorkomen. Door grootschalige wapenleveranties aan Kiev werden beide doelen tot nu toe bereikt. Maar aan het begin van het tweede oorlogsjaar doemt een derde bepalende uitdaging op voor het Westen: de strategische instandhouding van de militaire steun aan Oekraïne. Het betreft onze militair-industriële mobilisatie. Met name de capaciteit van onze defensie-industrie én onze politieke en maatschappelijke wil om de oorlogsinspanningen ten voordele van Oekraïne aan te houden, nog op te drijven en ze bovendien meerdere jaren vol te houden.

Anders gesteld: wat kan en wil het Westen aan moderne wapens leveren uit de opslagplaatsen van zijn legers, wat kan er gedurende meerdere jaren vervangen en bij geproduceerd worden en wat willen wij hiervoor betalen?

Russische voordelen

Het Russische leger mag naar westerse maatstaven slecht gemotiveerd, slecht getraind, slecht geleid en onvoldoende ondersteund zijn. Het onderhoud van het materieel mag primitief zijn, de rantsoenen verouderd, het commando niet in staat de gecombineerde operaties van de moderne oorlogsvoering te coördineren. Maar Rusland behoudt vier grote voordelen.

Het eerste is simpelweg de omvang. Met een bevolking van 146 miljoen mensen heeft het land nog steeds een overvloed aan mankracht die het in de strijd kan werpen. Niettegenstaande Ruslands legervoorraden de voorbije elf maanden serieus geslonken zijn, beschikt het nog steeds over grote hoeveelheden militair materieel, waaronder nog ettelijke duizenden tanks en pantservoertuigen.

Rusland heeft ten tweede het asymmetrisch voordeel van een ‘toevluchtsoord’ in eigen land te hebben. Het kan het hele Oekraïne-grondgebied beschieten, terwijl Kievs mogelijkheden op dit vlak haast onbestaande zijn. Oekraïne heeft een paar gedurfde aanvallen op Russisch grondgebied uitgevoerd, maar is er nog niet in geslaagd daar militair significante schade aan te richten, laat staan de Russische economie te ruïneren.

Rusland heeft daarnaast een aantal minder tastbare voordelen. Een daarvan is zijn pure meedogenloosheid. Het kan president Vladimir Poetin en zijn generaals, vanuit menselijk oogpunt, eenvoudigweg niet schelen hoeveel tienduizenden of zelfs honderdduizenden van hun soldaten in de oorlog worden gedood of verminkt. Zij deinzen er evenmin voor terug om Oekraïense burgers in flatgebouwen, scholen of ziekenhuizen te mishandelen.

Ten vierde is er het systeem: Rusland is een autocratie. Dat is niet echt een voordeel, maar het laat Poetin wel toe zonder veel weerstand ‘moeilijke’ beslissingen door te drukken, zoals de mobilisatie. Of ook de omschakeling van de binnenlandse productieketens naar een oorlogseconomie, met meer ploegen in de fabrieken, extra fabricagelijnen en voorrang bij het verkrijgen van grondstoffen en onderdelen. Het Russische militair-industriële complex draait ondertussen op steroïden.

Rusland is volledig zelfvoorzienend op het vlak van energie en grondstoffen en het bezit niet alleen voldoende mankracht, maar ook de wil en overtuiging om dit oorlogseconomieregime lang aan te houden. De Russische samenleving wordt ten andere nu al maanden voorbereid op een toestand waarin iedere Rus zal moeten bijdragen aan de oorlogsinspanningen. Bovendien heeft Poetin de Russen al in klare taal duidelijk gemaakt dat de oorlog lang zal duren.

Twee keuzes voor het Westen

Wie de oorlog zal winnen zal bijgevolg minder afhangen van het aantal dorpen en steden die de komende maanden veroverd worden, het aantal vliegvelden en elektriciteitscentrales die beschoten worden of het aantal wapens die in de lente naar het slagveld gestuurd worden, maar wel van de economische middelen die de partijen de volgende twee à drie jaren kunnen en willen mobiliseren. In een attritieoorlog zoals deze zijn het de productiecapaciteit – uiteindelijk dus de economisch macht – en de wil om deze ten volle in stelling te brengen, beslissend. Met andere woorden, de militair-industriële mobilisatie zal de doorslag geven. Die van Oekraïne situeert zich in het Westen. Wat de sterkte is van Kiev, maar tegelijk zijn achillespees.

In essentie hebben de bondgenoten van Oekraïne precies twee keuzes: één falende staat in het oosten van Europa, of twee. Voor de eerste optie is een westerse militair-industriële mobilisatie onontbeerlijk. In het ander geval wordt het de tweede optie, by default.