De werken zijn maandagochtend gestart. Steen voor steen wordt het schilderwerk weggestraald. Een werk dat best lang duurt. De kunstenaar heeft op verschillende plaatsen meerdere lagen verf boven elkaar aangebracht. Voor de klus zijn dan ook vier werkdagen uitgetrokken. Wat straks achterblijft, is een saaie rode muur met zwarte stippen.

Wat is die nu aan het doen? Het moet maandag zowat de meeste gestelde vraag zijn langs de Vest. Maar wanneer het hoe en het waarom worden uitgelegd is er al wat meer begrip. Het vocht in de muur werkt zich van in de steen naar buiten en duwt de verf als het ware van de muur. Zo’n half jaar na het afwerken van het kunstwerk waren de beschadigingen al op tal van plaatsen zichtbaar. Herstellen kon, maar het probleem zou zich blijven voordoen.

De conclusie blijft natuurlijk onveranderlijk: “Zonde dat dit verdwijnt”. Al blijft ook de vraag overeind waarom men niet op voorhand wist of had moeten weten dat er een vochtprobleem was. De voorbije weken heeft een kunstenaar de koppen van onder meer Sanne Cant en Rik Van Looy nog een restauratiebeurt gegeven, zodat het geheel weer wat toonbaarder was. Al was de beslissing om het schilderwerk weg te halen, al genomen.

Het streetart-project aan de Vest toont de hoofden van Rik Van Looy, Sanne Cant en Wout van Aert tussen sprookjesachtige figuren op retrofietsen. “Het kunstwerk om de zoveel maanden oplappen, zou het geheel ook niet ten goede komen”, meent schepen Jan Michielsen (CD&V). “Ik weet nog dat het een droge periode was toen we destijds de muur zijn komen bekijken. Er was van vochtigheid geen sprake. Ook omdat de locatie voor dit project zeer geschikt was, zijn we ermee doorgegaan.”

Nieuwe locatie

Samen met de beslissing om het schilderwerk van de muur te verwijderen, werd ook beslist dat er een gelijkaardig kunstwerk gaat komen om de Herentalse wielerhelden in de bloemetjes te zetten. “De zoektocht naar een geschikte locatie heeft momenteel nog niets opgeleverd”, geeft Jan Michielsen toe. “We zoeken naar een plek waar er toch minstens evenveel oppervlakte ter beschikking is als aan de Vest.”