Overlevingskans na kankerdiagnose is afgelopen decennia spectaculair gestegen
Steeds meer mensen overleven kanker na de diagnose van de ziekte. Geschat wordt dat de laatste dertig jaar in België 185.000 mensen extra kanker hebben overleefd. Volgens de Stichting tegen Kanker betekent dat een gered leven elke 90 minuten. De vooruitgang is het resultaat van betere behandelingen, maar ook van betere preventie en vroegtijdige opsporing.
Aan de vooravond van Wereldkankerdag op 4 februari heeft de Stichting tegen Kanker bemoedigende cijfers voorgesteld over de overlevingskansen van patiënten de vijf jaar na de diagnose overleven. In België hebben de voorbije 30 jaar 185.000 mensen extra kanker overleefd.
Als de sterftecijfers voor kanker op het niveau van 1989 waren gebleven, zouden er de afgelopen drie decennia 185.000 meer sterfgevallen in België zijn geweest.
Vooral bij kankers waarvoor screenings gebeuren zoals baarmoederhalskanker, borstkanker en dikkedarmkanker worden levens gered. Volgens de Stichting tegen Kanker is er nog meer vooruitgang mogelijk, wanneer meer mensen zouden deelnemen aan de bestaande screenings en wanneer er meer screenings zouden gebeuren op andere kankers, zoals longkanker.
Deelname aan screenings in ons land is ondermaats als we vergelijken met Nederland
In de Europese Unie kan gesteld worden dat ongeveer 40 procent van alle gevallen van kanker vermijdbaar is. Daarom is inzetten op meer en betere preventiecampagnes en screenings belangrijk. Preventie is daarnaast ook een kostenefficiënte strategie voor de strijd tegen kanker op lange termijn.
"Door vroegtijdige opsporing naar baarmoederhals-, borst- en dikkedarmkanker worden nu al veel levens gered en hebben vele deelnemers nog een hoge levenskwaliteit. De deelname aan deze screeningsprogramma’s moet in de toekomst verhogen en er mogen geen subgroepen uit de boot vallen. Er is zeker nog winst te boeken", legt professor Guido Van Hal van de Universiteit Antwerpen uit.
"De deelname aan de screenings in ons land is ondermaats als we dat vergelijken met Nederland. In Nederland doet bijna 80 procent mee aan de borstkankerscreening, bij ons is dat maar de helft. Ook voor dikkedarmkanker doet maar de helft van de doelgroep mee."
Met longkankerscreening kan opnieuw veel gezondheidswinst worden geboekt
Professor Guido Van Hal werkt mee aan een nieuw project van de Stichting tegen Kanker waarmee in kaart wordt gebracht hoe een longkankerscreening zou kunnen worden aangepakt.
"Op longkanker wordt nog niet gescreend. Longkanker komt heel veel voor en het is een ziekte die heel vaak in een laat stadium wordt ontdekt vandaag. Daardoor is de behandeling heel moeilijk en zijn de overlevingskansen lager. Uit recente studies blijkt dat wanneer we aan longkankerscreening zouden doen, de sterfte aan longkanker sterk kan dalen, zowel bij mannen als bij vrouwen."
Bij borstkankerscreening of dikkedarmkankerscreening is de doelgroep vrij eenvoudig af te bakenen. "Bij borstkanker zijn het de vrouwen van 50 tot 69 jaar. Daar hebben we lijsten van. Voor dikkedarmkanker zijn het de mannen en de vrouwen van 50 tot en met 74 jaar", zegt Van Hal.
"Voor longkanker is het moeilijker om de doelgroep voor de screening te kennen. We gaan op zoek naar rokers en ex-rokers. Daar zijn natuurlijk geen lijsten van. We gaan onderzoeken via welke kanalen we die groepen kunnen bereiken en ook te rekruteren voor screening."