Direct naar artikelinhoud
OpinieBret Stephens

Hoe zal Joe Biden over 50 jaar herinnerd worden?

President Joe Biden loopt naar de Marine One op de South Lawn van het Witte Huis in Washington.Beeld NYT

Bret Stephens is columnist voor The New York Times en werkte eerder voor The Wall Street Journal en The Jerusalem Post. Hij is tevens de auteur van America in Retreat: The New Isolationism and the Coming Global Disorder.

Over een halve eeuw zal het presidentschap van Joe Biden herinnerd worden zoals de meeste presidentschappen, met een korte samenvattende zin. Die zal luiden: “Hij versloeg Donald Trump, en ____________.”

Het zal niet gaan om de infrastructuurwet, het inflatiepercentage of de Inflation Reduction Act - die, zolang China, India, Zuid-Afrika en andere landen doorgaan met het bouwen van enorme kolencentrales, waarschijnlijk niet zal leiden tot een grote vermindering van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen. Het zal niet gaan om de e-mails van zijn zoon Hunter. Ook niet om het feit of hij één of twee termijnen heeft gediend.

Democratische achteruitgang

Wat er in 2073 toe zal doen is of hij het wereldwijde tij van democratische achteruitgang heeft gekeerd dat lang voor zijn presidentschap begon, maar een nieuw dieptepunt bereikte met de overwinning van de taliban in Afghanistan en de invasie van Rusland in Oekraïne. Als Biden dat kan keren, is dat een historische prestatie. Zo niet, dan liggen er veel donkerdere dagen in het verschiet.

Hij heeft een echte kans om dat te bewerkstelligen. Positief is de aankondiging van vorige week dat er 31 M1 Abrams-tanks naar Oekraïne zullen worden gestuurd, waardoor ook Duitse Leopard 2-tanks kunnen worden ingezet. Het besluit brengt Oekraïne een belangrijke stap dichter bij een eventueel NAVO-lidmaatschap, waar het land meer dan recht op heeft.

Dan is er het kennelijke einde van de pogingen om de Iraanse nucleaire overeenkomst nieuw leven in te blazen en een zichtbaar hardere houding van de regering ten opzichte van de Iraanse misogyne tirannen. De grootste gezamenlijke militaire oefening ooit met Israël die vorige week plaatsvond, kaderde daarin.

En dan zijn er de herhaalde publieke verklaringen van de president dat de VS Taiwan zullen verdedigen in geval van een Chinese aanval. Had Biden dit niet gezegd, dan zou het eiland nog meer gevaar lopen dan nu het geval is. Nauwere banden op het gebied van defensie met Japan en Australië versterken dit punt.

Elk van deze stappen doet denken aan de voorzichtige maar doelgerichte manier waarop Bidens politieke held, Franklin Roosevelt, Groot-Brittannië in 1941 te hulp schoot met Lend-Lease, terwijl hij Amerika voorbereidde op een mogelijke oorlog. Ze komen bovenop Bidens andere successen op het gebied van buitenlands beleid, die vorig jaar rond deze tijd nog niet vanzelfsprekend waren: trans-Atlantische eenheid tegenover Russische agressie en energiechantage, Finland en Zweden op weg naar het NAVO-lidmaatschap, het slopen van de Russische strijdkrachten in Oekraïne, grotendeels dankzij NAVO-wapens en -inlichtingen.

Toonbeeld van ambivalentie

Maar Biden zal, net als Roosevelt, niet worden beoordeeld op de manier waarop hij deze crises aan het begin heeft aangepakt. Wat telt is hoe hij ze tot een einde brengt.

Voor Oekraïne is het minimale doel van de VS Rusland de winst van zijn agressie van het afgelopen jaar te ontzeggen - als dat niet gebeurt, kan de Russische president Vladimir Poetin de overwinning opeisen, het conflict bevriezen en zijn tijd uitzitten tegen een verzwakte en gedemoraliseerde Oekraïense staat. Voor Iran is het doel te voorkomen dat het regime nucleair uitbreekt. Voor Taiwan is het de bedoeling het eiland zodanig te bewapenen dat het zichzelf kan verdedigen tegen een Chinese invasie, terwijl de VS een haalbare optie tot ingrijpen behouden.

Op al deze vlakken is de regering een toonbeeld van ambivalentie. Eenendertig tanks voor Oekraïne zijn beter dan geen, ook al komen ze pas over maanden op het slagveld. Waarom dan niet 62 tanks, of 124, wat Oekraïne veel dichter bij de 300 zou brengen die het zegt nodig te hebben om te winnen? Het oude argument dat de Oekraïners deze tanks niet kunnen bedienen is nu niet meer bruikbaar. Net als het argument dat we Rusland niet moeten provoceren: Poetin heeft laten zien dat hij zich laat provoceren door de zwakte van zijn vijanden, niet door hun kracht. Het is tijd om Oekraïne te bewapenen met de wapens die het nodig heeft om snel te winnen - inclusief F-16's - en niet alleen om voor onbepaalde tijd te overleven.

Wat Iran betreft, wat is het beleid van de regering nu zij erkent dat de onderhandelingen over een hernieuwde nucleaire overeenkomst zijn mislukt? Biden heeft tot nu toe meestal gezwegen. Misschien hoopt hij op een terugkeer naar onderhandelingen nu de protestbeweging lijkt af te nemen. Maar hij zal waarschijnlijk geen aanvaardbare overeenkomst krijgen van een regime dat het afgelopen jaar alleen maar dichter in de buurt van Rusland is gekomen. Is er een plan B?

Het is te hopen. Als Iran de nucleaire drempel overschrijdt, zoals Noord-Korea in de jaren negentig, zal dat nucleaire proliferatie elders in het Midden-Oosten tot gevolg hebben, een vloek die opeenvolgende generaties Amerikanen zal achtervolgen. Dit is toch zeker niet de erfenis die Biden wil: een regio waar vier of vijf kernmachten, geneigd tot religieus fanatisme, vijandig tegenover elkaar staan, in steeds wisselende machtsverhoudingen.

En met betrekking tot Taiwan: vorig jaar keurde de regering iets meer dan 1 miljard dollar goed voor de verkoop van wapens aan Taipei, een fractie van wat het eiland nodig heeft om zich tegen een invasie te verdedigen. Vorige week stuurde luchtmachtgeneraal Mike Minihan, hoofd van het Air Mobility Command, een memo naar zijn officieren met een botte waarschuwing: “Ik hoop dat ik het mis heb,” schreef hij over het vooruitzicht dat de Verenigde Staten in een oorlog met China zullen terechtkomen, “maar mijn gevoel zegt me dat we in 2025 zullen vechten.”

Wat als Minihan het niet mis heeft? Kan de regering eerlijk zeggen dat ze genoeg doet? Over 50 jaar zullen we het weten. Het oordeel over Biden zal dan luiden: “Hij versloeg Trump, en daarna Poetin, Khamenei en Xi.” Of het zal zijn: “Hij versloeg Trump, maar toen kwam hij net iets tekort.” De tijd zal het uitwijzen.

© The New York Times