Elk jaar 50 schadevergoedingen voor onterechte opsluiting

Vorig jaar vroegen 82 mensen een schadevergoeding aan, omdat ze onterecht in de gevangenis hadden gezeten. 13 van hen kregen al zo’n schadevergoeding toegekend, 43 dossiers zijn nog in behandeling. Het gaat om mensen die als verdachten in voorhechtenis werden opgesloten, en van wie achteraf bleek dat ze onschuldig waren, of dat er onvoldoende bewijs tegen hen was.

Zulke mensen kunnen achteraf geld vragen van de Belgische staat, als compensatie voor die tijd in de gevangenis. Maar ze moeten die stap wel zelf zetten. De minister van Justitie beslist in eerste instantie dan of iemand zo’n schadevergoeding krijgt, en hoe hoog die is. Vaste bedragen zijn er niet. Tegen de beslissing van de minister kan je in beroep gaan.

Het cijfer van die schadevergoedingen blijft al enkele jaren vrij stabiel: gemiddeld vraagt een honderdtal mensen die aan, en ongeveer de helft van de dossiers wordt goedgekeurd.

  • In 2012: 99 aanvragen, 54 goedgekeurd
  • In 2013: 88 aanvragen, 40 goedgekeurd
  • In 2014: 97 aanvragen, 54 goedgekeurd
  • In 2015: 107 aanvragen, 55 goedgekeurd
  • In 2016: 82 aanvragen, 13 goedgekeurd

De criteria voor zo’n schadevergoeding zijn wel vrij streng. Zo mag een verdachte zelf geen aanleiding hebben gegeven voor zijn opsluiting, bijvoorbeeld door zich verdacht te gedragen. Volgens advocaat Frank Scheerlinck is het systeem te strikt. Zijn cliënt zat meer dan vier jaar in voorhechtenis, voor hij door het Hof van Assisen werd vrijgesproken: "Je kunt in alles een reden zien om mensen op te sluiten, en dan heb je geen recht meer op een schadevergoeding".

Ook de bedragen vindt de advocaat te laag: "Mijn cliënt heeft meer dan 1500 dagen onschuldig in de gevangenis gezeten, dan kan ik moeilijk akkoord gaan met een bedrag van 36.500 euro. Dat is een bedrag om mee te lachen. 150.000 euro lijkt me redelijk."

 

De volledige reportage met de advocaat en zijn cliënt is vanavond te zien in Terzake op Canvas om 20 uur.

Meest gelezen