Tijdskrediet dubbel zo populair bij bedienden als bij arbeiders

Steeds meer werknemers maken gebruik van de mogelijkheid om tijdskrediet op te nemen. Maar het zijn vooral bedienden en vrouwen die daar gebruik van maken. “Bedienden zijn vaak beter op de hoogte van hun rechten dan arbeiders”, verklaart Sarah Peeters van Acerta het verschil. Maar dat is niet de enige verklaring: “Er heerst daarnaast ook binnen de arbeiderswereld nog altijd een cultuur waarin tijdskrediet zoals ouderschapsverlof of palliatief verlof not done is.”

Het verschil is heel goed merkbaar bij het populaire ouderschapsverlof. Ruim drie keer zoveel bedienden als arbeiders maken gebruik van ouderschapsverlof. Dat arbeiders hun rechten niet zouden kennen, gaat niet helemaal op, want ze nemen wel vaak tijdskrediet voor medische bijstand - om zwaar zieke naasten te verzorgen dus - en doen dat zelfs ruim drie keer zoveel dan bedienden bij arbeiders.

Nog een opvallende vaststelling die Acerta deed: het taboe rond ouderschapsverlof bij mannen is stilaan aan het sneuvelen. Het aantal mannen dat deeltijds ouderschapsverlof opnam om voor de kinderen te zorgen, steeg de voorbije 5 jaar met 40 procent.

In verhouding nemen nog altijd meer vrouwen ouderschapsverlof, maar de mannen halen hun achterstand dus in. “In 2012 zagen we dat 25 procent van de werknemers die tijdskrediet aanvroegen, mannen waren, in 2016 is dat al 30 procent”, zei Sarah Peeters in “De ochtend” op Radio 1 over de resultaten van het onderzoek dat sinds 2010 wordt gevoerd.

Als ouders tijdskrediet opnemen, kiezen ze er meestal voor om 4/5 te gaan werken. Die vorm van werken is volgens Peeters niet de permanente vorm van het nieuwe - werkbare - werken, maar het tijdskrediet wordt gebruikt om tijdelijk bepaalde noodsituaties op te vangen en de zorg voor kinderen op te vangen. Op die manier moeten ouders minder opvangkosten betalen. “Het is niet zo dat werknemers die door tijdskrediet 4/5 gaan werken, nadien ook vrijwillig volgens dat regime blijven werken.”