Direct naar artikelinhoud
Bellen metHans Vandeweghe

Hans Vandeweghe over de klacht van Anderlecht tegen ‘Humo’-journalist: ‘Alles wordt georchestreerd van bovenaf. Dat lukte Anderlecht nu niet’

Hans Vandeweghe: ‘Ik las toch vooral veel dingen die ik al langer wist’.Beeld Bob Van Mol, BELGA

Voetbalclub Anderlecht zegt Humo-journalist Jan Hauspie voor de rechter te slepen vanwege enkele erg kritische artikels over de club en voorzitter Wouter Vandenhaute. ‘De publicatie van deze artikels berokkent ondubbelzinnige schade aan onze club’, klinkt het bij paars-wit. ‘Ik las toch vooral veel dingen die ik al langer wist’, vertelt onze sportjournalist Hans Vandeweghe.

Anderlecht sleept Humo voor de rechter, is dat niet erg drastisch?

Hans Vandeweghe: “Het was te verwachten dat ze zich niet zouden laten doen. Anderlecht wil nu vooral een krachtig signaal sturen naar hun fans, ze willen het imago van grote, sterke club hooghouden. Daarom moeten ze zich weerbaar opstellen, ze kunnen het niet laten passeren, anders laten ze over zich heen lopen.”

Denkt het bestuur op deze manier eerherstel te bekomen?

“Juridisch eerherstel zullen ze niet krijgen, de journalist zal zich beroepen op zijn anonieme bronnen en daar houdt het op, punt. Tenzij er grove fouten in het artikel staan natuurlijk, dan kunnen ze Jan Hauspie pakken. Maar vergeet niet dat ze daarvoor naar assisen moeten en dat zal niet gebeuren. Volgens mij zal Anderlecht recht van antwoord afdwingen en erna naar de burgerrechtbank stappen voor een schadevergoeding die ze niet zullen krijgen. Zolang de journalist zijn bronnen niet kenbaar maakt, is het zijn woord tegen dat van Vandenhaute.”

U zegt Vandenhaute?

“Ik geloof dat de klacht niet van de club Anderlecht komt, maar eerder van hem en Marc Coucke. Misschien ook van Peter Verbeke, die kans acht ik ook bestaande. Die mannen kregen in het artikel heel wat over hun hoofd en daar kunnen ze niet tegen.”

Wat vond u zelf van het artikel?

“Ik vond het ook wel wat hard, sommige dingen had Jan Hauspie iets gematigder kunnen verwoorden. Enkele uitspraken waren ook gewoon onjuist, bepaalde voorvallen werden niet beschreven zoals ze zich exact voordeden. Dat weet ik omdat ik erbij was.

“Ik geef mijn collega-journalist zeker het voordeel van de twijfel, hij heeft tenslotte meer dan dertig jaar ervaring en weet wat hij doet. Daarbij las ik toch vooral heel veel dingen die ik al langer wist.”

U zei twee weken terug dat het Humo-artikel het definitieve einde van Vandenhaute bij Anderlecht betekende. Hoe stevig zit Wouter Vandenhaute nog op zijn stoel als ‘niet-uitvoerend voorzitter’?

“Hij zit er nog op, al staat die stoel intussen wel heel wankel. Ik kan me niet voorstellen dat de mensen binnen de raad van bestuur hem nog langer aan boord willen houden. Op dat vlak lijkt Vandenhaute mij ten dode opgeschreven. Ook de supporters willen hem na het gesprek van dinsdag nog steeds buiten. Maar supporters zijn makkelijk te overhalen, als Anderlecht blijft winnen, zal de druk op hem wel afnemen. Als Anderlecht verliest, zullen ze nog harder schreeuwen naar het ontslag van hun niet-uitvoerend voorzitter.”

En wat met Marc Coucke?

“Die zal het daar intussen wel flink beu zijn. Maar voor hem is Anderlecht een kleine investering, vroeg of laat komt paars-wit er weer bovenop en dan is zijn probleem opgelost.”

Anderlecht zegt persvrijheid hoog in het vaandel te dragen, dit bewijst toch vooral het tegendeel?

“Vandenhaute geeft bijna nooit interviews. En wanneer hij voor de micro verschijnt is dat met een woordvoerder en loopt hij weg bij kritische vragen. Dat is geen manier van werken. Best vreemd voor iemand die zelf lang in de media werkte als je het mij vraagt. Al was hij eerder een interviewer, geen onderzoeksjournalist. Vandenhaute kon mensen voor zijn micro krijgen die eigenlijk te groot waren voor hem. Hij sprak ooit Ruud Gullit, toen een wereldster.”

Pol Deltour van de Vlaamse Vereninging voor Journalisten (VVJ) zei: dit toont de verdere verharding in de houding tegenover journalisten van voetbalclubs. Merkte u daar al iets van?

“Verharding is overdreven, maar het klopt dat clubs het narratief niet meer uit handen willen geven. Vroeger kreeg je als sportjournalist gewoon de nummers van spelers en kon je ze aan de telefoon interviewen, nu krijgen we die toegang niet meer. Alles wordt georchestreerd van bovenaf. Dat lukte Anderlecht niet in het Humo-artikel en dat zit hen duidelijk dwars.”