Direct naar artikelinhoud
AchtergrondOorlog in Oekraïne

Tanks voor Oekraïne? Niet zo makkelijk als gedacht: ‘We hebben nu dus theoretische tanks’

Een Leopard 2-tank bestuurd door Oekraïense soldaten tijdens een demonstratie op een militaire basis in het Poolse dorp Swietoszow.Beeld NYT

Europese landen slagen er maar niet in Leopard 2-tanks in Oekraïne te krijgen. Het toont vooral aan hoe onvoorbereid hun legers zijn op militaire conflicten. ‘Sommige naties verschuilen zich liever achter Duitsland.’

Een maand geleden gaf Berlijn de Europese bondgenoten de toestemming om tanks van Duitse makelij naar Oekraïne te sturen. Maar de stroom aan tanks die veel leiders toen in het vooruitzicht stelden, blijkt voorlopig niet meer dan een stroompje.

Sommige landen kwamen erachter dat de tanks in hun wapenarsenaal niet echt functioneerden of geen reserveonderdelen hebben. Politieke leiders stuitten op onverwachte weerstand binnen hun eigen coalitie en zelfs van hun ministerie van Defensie. Sommige legers moesten instructeurs uit hun pensioen halen om Oekraïense soldaten te leren hoe ze oude modellen moeten gebruiken.

De moeilijkheden met de levering van Leopard-tanks aan het bezette Oekraïne is de meest flagrante manifestatie van een realiteit die Europa lang heeft genegeerd. Omdat ze dachten dat grootschalige landoorlogen iets van het verleden waren en zich koesterden in de dooi van de Koude Oorlog, staken Europese landen systematisch te weinig geld in hun legers. Toen Rusland de grootste landoorlog op het continent sinds de Tweede Wereldoorlog begon, waren ze onvoorbereid.

Sinds Russische troepen een jaar geleden Oekraïne binnenvielen, zijn er herhaaldelijk tekenen van dit probleem opgedoken: tekorten aan wapens en munitie. Maar nu Duitsland en zijn bondgenoten wekenlang hun best hebben moeten doen om genoeg Leopard 2’s bij elkaar te schrapen om twee bataljons – bestaande uit 62 voertuigen in totaal – te vullen, is de omvang van het probleem nog duidelijker geworden.

Ironie

De ironie van de situatie is Duitsland niet ontgaan. Wekenlang bood bondskanselier Olaf Scholz weerstand aan de intense publieke druk van Oekraïense leiders, Europese politici en veiligheidsdeskundigen om Oekraïne van tanks te voorzien en andere landen toe te staan enkele van hun eigen Leopards te sturen. Duitsland was bezorgd dat zo’n levering door Rusland kon worden opgevat als een NAVO-escalatie. De socialemediacampagne #Freetheleopards legde Scholz extra vuur aan de schenen.

De levering van Leopards mag dan wel goedgekeurd zijn, maar ze zijn schaars. En sommige landen die stonden te trappelen om ze naar Oekraïne te mogen sturen, blijken daar nu moeite mee te hebben of krijgen twijfels.

Hoewel Europa naar schatting 2.000 Leopard 2-tanks van verschillende modellen heeft – ze behoren tot de meest gebruikte tanks op het continent – zijn de toezeggingen voor Oekraïne nog steeds kleiner dan de honderden die het land zegt nodig te hebben. Duitsland heeft er 18 aangeboden en Polen nog eens 14, maar vanaf dan wordt het alleen maar minder. En als de momenteel toegezegde tanks eenmaal in de strijd zijn en getroffen worden of kapotgaan, is het niet duidelijk welke Leopards – of welk land – ze zullen vervangen.

“Natuurlijk hebben sommige landen tanks geleverd of aangekondigd dat ze dat zullen doen”, zei de Duitse minister van Defensie Boris Pistorius vorige maand op de Munich Security Conference. “Maar andere hebben dat niet gedaan.” Hij voegde eraan toe: “Dat is waar ik een beetje door geschokt ben. Er zijn duidelijk enkele naties – en ik zal hier nooit namen noemen – die zich liever achter Duitsland verschuilen. Ze zeiden: we zouden het graag doen, als het mag. Maar toen we het toestonden, deden ze niets.”

Ruw wakker geschud

Privé zeggen veel Duitse en Europese ambtenaren die betrokken zijn bij de onderhandelingen over tankleveringen dat de situatie ingewikkelder is. Het is niet zozeer dat de landen niet bereid zijn hun beloften na te komen, maar eerder dat ze ruw zijn wakker geschud door de moeilijkheid van de opgave.

Finland, waar veel parlementsleden een uitgesproken oproep aan Duitsland deden om Leopard-leveringen toe te staan, kondigde vorige donderdag aan dat het drie Leopard-mijnenruimers zou leveren, maar geen van zijn naar schatting 200 Leopard-gevechtstanks. Sommige Duitse ambtenaren uitten hun sympathie voor Finland, dat nog geen lid is van de NAVO en de langste grens van Europa met Rusland deelt – meer dan 1.300 kilometer. Het wil zijn verdediging niet verzwakken nu Rusland heeft laten zien dat het bereid is een soevereine buur aan te vallen.

Een Leopard 2-tank van de Duitse wapenproducent Krauss-Maffei Wegmann.Beeld NYT

Maar sommige Europese ambtenaren hoopten op een grotere bijdrage van Finland, gezien de beloften van de Verenigde Staten en Groot-Brittannië om Finland indien nodig te verdedigen, zelfs nog vóór de toetreding tot de NAVO.

Scandinavische landen zoals Zweden, dat lang aandrong op leveringen van Leopards maar er vorige vrijdag slechts ‘maximaal’ 10 aanbood, worden geconfronteerd met een ander onverwacht probleem, aldus verscheidene Duitse ambtenaren. Terwijl hun politici en burgers erop gebrand lijken tanks aan Oekraïne aan te bieden, zijn hun militairen dat niet.

Decennialang zagen Europese landen die na de Koude Oorlog een ‘vredesdividend’ genoten oorlog als iets van het verleden en bezuinigden ze regelmatig op militaire steun. Nu beschermen de gekrompen legers wat ze nog hebben. Bij de NAVO worden de Europese legers soms ‘bonsai-legers’ genoemd, naar de miniatuurboompjes.

Druk van de VS

Jarenlang hebben de Verenigde Staten er bij Europa op aangedrongen de militaire uitgaven te verhogen. In 2014, nadat Rusland de Krim had ingenomen, kwamen de NAVO-leden overeen om tegen 2024 2 procent van het bruto binnenlands product aan defensie uit te geven. Maar zelfs nu nog halen volgens de huidige NAVO-ramingen slechts 9 van de 30 leden van het bondgenootschap die doelstelling. Dertien landen, waaronder Duitsland, besteden slechts zo’n 1,5 procent van hun bbp uit aan defensie, of zelfs minder.

Duitsland hield jarenlang vast aan een buitenlands beleid dat meer nadruk legde op hulp en ontwikkelingssamenwerking dan op slagvaardigheid. Maar jaarlijkse militaire rapporten aan het parlement legden de defensieve tekorten soms pijnlijk bloot. Commando’s hielden watertrainingen in plaatselijke openbare zwembaden omdat hun eigen faciliteiten gesloten waren. Vliegtuigen konden niet opstijgen. Soldaten trainden met bezemstelen in plaats van geweren. Zelfs nieuwere Puma-gevechtsvoertuigen begaven het onlangs massaal.

Andere Europese landen beseffen nu dat hun eigen leger soortgelijke problemen kan krijgen. “De algemene trend in de Europese legers is snoeien, snoeien, snoeien”, zegt Christian Mölling, defensie-expert bij de Duitse Raad voor Buitenlandse Betrekkingen. “Uiteindelijk dachten velen op dezelfde manier als Duitsland: oorlog is iets theoretisch. En dus hebben we nu theoretische tanks.”

Gepensioneerde Leopard 1-bestuurders

Spanje, dat 108 Leopard 2A4-tanks heeft, vroeg al snel toestemming aan Duitsland om enkele van zijn voertuigen aan Oekraïne aan te bieden. Nu heeft het ontdekt dat veel ervan in slechte staat zijn en opgeknapt moeten worden, wat weken of maanden kan duren. Daar komt nog bij dat een van de coalitiepartners van de premier, de linkse partij Podemos, dichter bij Rusland staat en zich verzet tegen meer steun voor Oekraïne.

Toen Duitsland zijn bondgenoten opnieuw onder druk zette voor hun tekortkomingen, breidde de Spaanse premier Pedro Sanchez onlangs zijn belofte uit: in plaats van 6 Leopards zou Spanje er nu 10 sturen. Ulrike Franke, defensieanalist bij de Europese Raad voor Buitenlandse Betrekkingen, zegt dat de strijd om tanks te vinden vragen oproept over welke andere Europese legers er nog met soortgelijke tekorten en onderhoudsproblemen kampen. Franke: “Is het gewoon pech dat Spanje een probleem heeft met zijn Leopard-tanks? En werkt al de rest wel? Of hebben ze elders dezelfde problemen? Werkt 10 procent van hun materieel niet, of is het de helft? Het zou een goed idee zijn voor de Europeanen om dit van naderbij te bekijken.”

Een kapotte T-72-tank in de Donetsk-regio in Oost-Oekraïne.Beeld NYT

Polen, dat moeilijke relaties heeft met Duitsland, was het eerste land dat Scholz en Berlijn onder druk zette met betrekking tot de Leopards. Men dreigde zelfs om er enkele naar Oekraïne te sturen zonder de nodige Duitse toestemming. Net als Duitsland heeft Polen ongeveer 200 Leopard 2-tanks, maar het zegt dat het er slechts 14 zal leveren. Het stuurde de eerste lading naar Oekraïne op de verjaardag van de invasie, ook al moet Polen de opleiding van Oekraïense soldaten nog afronden.

Het is mogelijk dat Polen wacht met het leveren van Leopards totdat het nieuwe, door Hyundai vervaardigde K2-tanks uit Zuid-Korea ontvangt die bedoeld zijn om het Duitse model te vervangen, aldus sommige analisten. Polen heeft reeds een groot aantal verbeterde T-72-tanks uit het sovjettijdperk naar Oekraïne gestuurd. Maar sommige Europese ambtenaren denken dat Polen meer Leopards zou moeten aanbieden en enkele beleidsmakers plannen deze week vergaderingen met Poolse ambtenaren om de situatie beter te begrijpen. Zelfs als het gaat om de tanks die ruim voorradig zijn, namelijk de oudere Leopard 1-modellen, zijn er complicaties.

Nederland, Duitsland en Denemarken zijn een gezamenlijk initiatief gestart om tegen het einde van het jaar 150 Leopard 1-tanks op te knappen en naar Oekraïne te sturen. Maar tijdens een recente trainingssessie voor Oekraïense soldaten in Duitsland zei een generaal dat militairen gedwongen waren gepensioneerde Leopard 1-bestuurders te zoeken om de Oekraïense troepen te helpen trainen. Het oude model is te onbekend voor de huidige militairen.

Genoeg oplossingen

Hoe gepolitiseerd de Leopard-kwestie ook is geworden, veiligheidsanalist bij de Europese Raad voor Buitenlandse Betrekkingen Gustav Gressel stelt dat er genoeg oplossingen zijn als Europese landen samenwerken. Nederland huurt bijvoorbeeld 18 Leopards van Duitsland. Ambtenaren bespreken of het mogelijk is dat Duitsland er enkele daarvan gebruikt in plaats van zijn eigen Leopards in Litouwen, om die laatste dan naar Oekraïne te sturen.

Zwitserland, dat vasthoudt aan zijn constitutionele neutraliteit, weigert ook maar één van zijn 134 Leopard-tanks naar Oekraïne te sturen. Maar het is wel bereid de tanks aan leden van de Europese Unie te geven, aldus Gressel. Landen als Finland of Polen, zegt hij, zouden de Zwitserse tanks kunnen vragen en hun eigen tanks aan de Oekraïners geven.

Een andere optie zou zijn dat landen gewoon meer Leopards kopen en hun huidige modellen naar Oekraïne sturen. Maar de Europese regeringen en de defensie-industrie bevinden zich momenteel in een impasse over de productie. Staatsleiders willen dat de industrie eerst in actie komt, terwijl wapenproducenten overheidsorders op langere termijn willen voordat ze de productie opvoeren. Als er meer overheidsorders komen, zo zeggen analisten, dan kan de capaciteit toenemen waardoor de productie van wapens zoals tanks wordt versneld.

In het huidige tempo zouden de militairen te maken krijgen met een ernstig tekort aan tanks gedurende de twee tot drie jaar die de industrie nodig heeft om de nieuwe voertuigen te maken, aldus veiligheidsdeskundigen. Dat is een lange wachtperiode en politici in heel Europa beginnen te beseffen dat hun legers zich daar hevig tegen verzetten.

Daarom pleit Gressel ervoor de tanks nu toch te sturen: “Ja, Rusland zal zich na deze oorlog weer opwerpen als een militaire bedreiging voor de NAVO. Maar dat zal jaren duren. Ze zullen een leger moeten heropbouwen dat bijna vernietigd geweest is in Oekraïne.”

© The New York Times