Olympische Spelen of toch meer op de weg rijden? Pistiers staan voor moeilijke keuze: “De ploegleider heeft liever dat je Nokere Koerse rijdt dan de Spelen”

Terwijl het voorjaar volop aan de gang is en de eerste Monumenten in het verschiet liggen, bevindt Fabio Van Den Bossche zich in godbetert Caïro. In de Nations Cup gaat hij in Egypte op zoek naar punten voor de Olympische Spelen van 2024 in Parijs. Ook andere renners zoals Lotte Kopecky en Jules Hesters zijn genoodzaakt om regelmatig wegwedstrijden aan de kant te schuiven voor hun olympische droom.

“Het is zeker niet simpel om weg en baan te combineren. Momenteel zijn er veel pistewedstrijden tijdens het wegseizoen en het is niet makkelijk om me daar specifiek op voor te bereiden”, aldus Fabio Van Den Bossche (22), bij Alpecin-Deceuninck ploegmaat van onder meer Mathieu van der Poel.

Grotere motor

Als je niet 100 procent voorbereid aan pistewedstrijden kan deelnemen en het ook je kansen op de weg verkleint, waarom dan de combinatie blijven maken? “Ik kan de intensiteit op de weg goed gebruiken. Dat maakt me sterker op de piste”, zegt Van Den Bossche.

Jules Hesters (Team Flanders-Baloise) bevestigt: “Om een goede pistier te zijn, moet je ook voldoende op de weg rijden. Lotte Kopecky is daar het beste voorbeeld van. Ze is de beste van de wereld en combineert beide disciplines met succes. Ze is de vrouwelijke Wout van Aert. We zijn geen Kopecky’s of Van Aerts, maar we kunnen dankzij de piste en de weg wel nog beter worden. We kunnen misschien wel zoals Michael Morkov een goede lead-out zijn op de weg, én top zijn op de baan.”

“Om een goede pistier te zijn, moet je ook genoeg op de weg rijden. Lotte Kopecky is daar het beste voorbeeld van”

Jules Hesters - Team Flanders-Baloise

Ook Kenny De Ketele, bondscoach van de Belgische baanwielrenners, juicht de combinatie toe. “Ik waak erover dat de renners ook aan wegcompetitie doen, zodat ze sterker worden en hun motor zo groot mogelijk wordt. Die motor kunnen ze enkel kweken op de weg en hebben ze nodig om de inspanningen op de piste beter te verteren. Wegwedstrijden zijn dus essentieel om een goede pistier te zijn.”

Geen voordelen voor de ploeg

Ex-pistier Iljo Keisse, tegenwoordig ploegleider bij Soudal-Quick-Step, snapt evenwel dat niet alle ploegen staan te springen als hun renners hun aandacht verdelen tussen piste en weg. “Fabio’s deelname in Caïro levert hen nul publiciteit of interesse op, gewoon niets. Als je aan een ploegmanager vraagt of hij liever heeft dat zijn renner Nokere Koerse wint of geselecteerd is voor de Olympische Spelen, kiest hij voor dat eerste. De renner zal waarschijnlijk de Olympische Spelen zeggen.”

En dan is er nog de financiële kant van de zaak. “Je moet je de vraag stellen of een deelname aan de Spelen zoveel waard is. Ik heb er destijds voor gekozen om als helper op de weg te rijden maar daar wel correct voor betaald te worden, in plaats van als pistier voor een appel en een ei de halve wereld af te schuimen”, is Keisse kritisch.

“Je moet je de vraag stellen of een deelname aan de Spelen wel zoveel waard is”

Iljo Keisse - Ex-pistier

Van Den Bossche twijfelt dan ook over zijn baancarrière na de Spelen in Parijs. “Het speelt in mijn hoofd om na Parijs 2024 voluit voor de weg te gaan en te zien hoever ik daar kan geraken.”

Jules Hesters wil daarentegen blijven combineren. “Ik zou misschien betere resultaten op de weg behalen als ik me enkel daarop zou focussen, maar het zou me daarom niet meteen een betere renner maken.”