De zeges van AA Gent en Anderlecht in de 1/8ste finale van de Conference League en die van Union in de 1/8ste finale van de Europa League leverden elk 0.400 punten op voor de Belgische coëfficiënt. Bovendien krijgen clubs die in de Europa League doorstoten naar de volgende ronde nog eens 0.200 punten. Dat brengt het totaal dit seizoen op 13.400 coëfficiëntenpunten. Een record.

Het vorige record stond op 12.500 punten en dateert van het seizoen 2016-2017.

In het vorige recordseizoen 2016-2017 had ons land drie ploegen in de 1/8ste finales van de Europa League: Anderlecht, Gent en Genk. Die laatste twee kwamen elkaar toen al tegen in de 1/8ste finales nadat Gent stuntte tegen Tottenham. Genk trok uiteindelijk aan het langste eind en in de kwartfinale sneuvelden de Limburgers tegen het Spaanse Celta de Vigo. Anderlecht ging er in de kwartfinale uit ondanks twee knappe gelijke spelen tegen Manchester United. Pas in de verlengingen van de terugwedstrijd op Old Trafford liep het mis.

Dit seizoen hebben we drie ploegen in Europese kwartfinales. Union staat in de kwartfinale van de Europa League, terwijl AA Gent en Anderlecht in de kwartfinales van de Conference League staan. Er vallen dus nog heel wat punten te sprokkelen, waardoor het coëfficiëntenaantal van ons land nog serieus de hoogte in kan gaan.

Het Europese seizoen van de Belgische ploegen is nu al bijzonder knap. Dankzij de sterke prestaties van Club Brugge in de Champions League, Union in de Europa League en Gent en Anderlecht in de Conference League is België voorlopig het vijfde best presterende land in Europa dit seizoen. We laten zo zelfs Frankrijk, Portugal en Nederland achter ons.

Dat we Europees het weer zo goed doen is interessant voor ons land, want de Europese voetbalbond UEFA zal in de hervormde Champions League vanaf 2024 twee extra plaatsen toekennen aan clubs van de twee landen die het jaar ervoor de hoogste coëfficiëntenscore behaalden. Dat een land dat niet tot de grote vijf - Engeland, Spanje, Italië, Duitsland en Frankrijk - behoort daartoe in staat is, bewees Nederland vorig jaar al. Als België volgend seizoen wat coëfficiënt betreft in de top twee kan raken, zou het in 2024 dus twee clubs rechtstreeks in de Champions League hebben. Voor dit seizoen zijn Engeland (19.857) en Italië (17.642) de twee landen die het best presteren, maar pas vanaf volgend seizoen hangt daar ook een beloning aan vast.

Op de vijfjaarlijkse coëfficiëntenranking, die de Europese voetbalbond UEFA gebruikt om zijn Europese tickets toe te kennen, staan we inmiddels stevig op de achtste plaats. Alle punten die we deze week verzamelden en nog zullen verzamelen, zijn bonus. Onze eerste achtervolgers Schotland, Oostenrijk en Servië zagen al hun Europese deelnemers immers al uitgeschakeld worden en zij kunnen dus geen punten meer pakken. Eind vorig seizoen was ons land nog uit de top tien gevallen, waardoor we volgend seizoen geen rechtstreekse deelnemer in de Champions League hebben. Dankzij de sterke prestaties in het huidige seizoen zijn we er nu al zeker van dat we dat voorrecht in 2024 terugkrijgen.

Willen we nóg meer? Dan zullen we jarenlang op hoog niveau moeten presteren in Europa. De kloof met Nederland (6de) en Portugal (7de) is bijzonder groot. Nederland is na enkele sterke jaren zelfs opgeklommen naar de zesde plaats, die recht geeft op twee rechtstreekse deelnemers aan de groepsfase van de Champions League.