Over deze mangaanknollen gaat het. Ze zitten vol kostbare metalen.
Verwendung weltweit

België wil pas mijnbouw in diepzee wanneer 30 procent van de wereldzeeën beschermd is

België vindt dat 30 procent van de wereldzeeën beschermd moet worden voor er zelfs maar sprake kan zijn van diepzeemijnbouw. Ook moet er meer onderzoek gebeuren naar de gevolgen van diepzeemijnbouw voor het milieu. Dat is het standpunt dat ons land zal verdedigen op de bijeenkomst van de Internationale Zeebodemautoriteit. 

Sinds gisteren zit de Internationale Zeebodemautoriteit samen in Kingston, Jamaica. Dat VN-orgaan is bevoegd voor alles wat er op de zeebodem gebeurt. De Zeebodemautoriteit beslist hoe we alles wat er leeft op de zeebodem kunnen beschermen, maar ook hoe de ontginning van de zeebodem op een verantwoorde manier kan gebeuren.

Ook ons land is aanwezig in Jamaica, als lid van de Raad van de Zeebodemautoriteit. En als het aan België ligt, zal het nog even duren voor er op de zeebodem gegraven wordt naar kostbare metalen. Minister van Noordzee Vincent Van Quickenborne (Open VLD) stelt drie voorwaarden die eerst vervuld moeten zijn voor er "eventueel" sprake van kan zijn. 

Zo wil België dat er een robuust wetgevend kader komt voor diepzeemijnbouw, met "milieuverantwoorde regels, voorschriften en procedures". Die moeten de kwetsbare ecosystemen in de diepzee beschermen en garanderen dat de oceanen kunnen blijven werken als een buffer voor de gevolgen van de klimaatverandering. Daarnaast wil ons land dat er ook nog meer onderzoek gebeurt naar de milieu-effecten van diepzeemijnbouw. En ten slotte moet ook 30 procent van de oceanen beschermd zijn, zoals de VN begin deze maand besloot.

België wil een voortrekkersrol spelen in de bescherming van de oceanen. "We kunnen niet toestaan dat er eerst ontgonnen wordt en pas achteraf nagedacht wordt over bescherming, wetenschappelijke kennis en milieureglementering", zegt minister Van Quickenborne.

Investeringszekerheid

Diepzeemijnbouw is controversieel, omdat we nog zeer weinig weten over hoe het ecosysteem in de diepzee precies werkt. Het is dus ook moeilijk om in te schatten welke schade mijnbouw daar precies veroorzaakt. 

Voorstanders wijzen er dan weer op dat er in de diepzee kostbare grondstoffen zitten die de wereld vooruit kunnen helpen met de energietransitie. Zo bevatten mangaanknollen kostbare metalen zoals nikkel, koper en kobalt. Dat zijn allemaal belangrijke grondstoffen voor bijvoorbeeld de batterijen van elektrische wagens.

GSR, een dochter van het Belgische baggerbedrijf DEME, voert al sinds 2012 onderzoek uit naar diepzeemijnbouw. Het heeft er al 100 miljoen euro in geïnvesteerd. Bij die onderzoeken zijn ook wetenschappers van de Universiteit Gent betrokken. Zij moeten de gevolgen voor het milieu in kaart brengen. Hun werk wordt gefinancierd door DEME.

"We zijn het er 100 procent mee eens dat er een goed wetgevend kader moet komen", zegt Kris Van Nijen, managing director bij GSR. "En ook dat er meer onderzoek moet gebeuren. Als de wetenschap zegt dat het goed is, geeft ons dat investeringszekerheid."

Met deze machine, een soort van diepzeetractor, doet Deme tests voor diepzeemijnbouw.
Foto DEME

En wat met de 30 procent beschermde oceaanzone? "Wij doen onderzoek in de Clarion Clippertone-zone (een gebied in de Stille Oceaan ter hoogte van Mexico, red.). Daar is al 43 procent van beschermd. Wij werken in de resterende 57 procent. Daar vinden we ook niet overal mangaanknollen. De oppervlakte die niet ontgonnen wordt, zal dus nog groeien."

Eerste mangaanknollen in 2028

Van Nijen wijst op enkele recente wetenschappelijke studies over de milieu-impact van diepzeemijnbouw. Zo veroorzaakt de ontginning en verwerking van mineralen uit de diepzee tot 40 procent minder CO2 dan op het land. Ook blijkt de pluim die het omwoelen van de zeebodem veroorzaakt, niet zo ver te reiken als gevreesd. 92 tot 98 procent van het klei-sediment dat zo losgemaakt wordt, blijft ter plaatse. 

Ann Vanreusel, marien bioloog bij de Ugent, was niet betrokken bij die twee recente studies, maar onderzocht wel eerder de milieu-impact van de activiteiten van DEME. Ze noemt zichzelf "geen voorstander van deep sea mining, integendeel", maar zegt tegelijk dat de ontginning van de zeebodem niet haaks hoeft te staan op de bescherming van de oceanen. "Veel hangt af van hoe de ontginning gebeurt. Doe je dat op heel veel kleine plaatsen, dan is de verstoring in verhouding veel groter dan als je dat op één plek doet."

Voor GSR en DEME lijkt het Belgische standpunt alvast geen roet in het eten te gooien. Ze hopen, zoals voordien al, nog steeds in 2028 de eerste mangaanknollen uit de zeebodem te halen.

Meest gelezen