Beschermde zeevogels vermijden Belgische Noordzee door komst windmolenparken
Voor beschermde zeevogels is het steeds moeilijker om te overleven dicht bij windmolenparken in de Belgische Noordzee. Dat blijkt uit een onderzoek van het Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen. Vooral roodkeelduikers, jan-van-genten, zeekoeten en alken vermijden onze windmolenparken.
"Dat windmolenparken een slechte invloed hebben op sommige zeevogels konden we al vermoeden, maar nu hebben we dat ook aangetoond", klinkt het bij Kelle Moreau van Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen. "Uit tellingen blijkt dat onder meer beschermde vogels zoals roodkeelduikers, jan-van-genten, zeekoeten en alken sinds de komst van windmolenparken andere oorden opzoeken."
Beter nadenken over locatie
Het instituut geeft ook advies aan beleidsmakers voor de komst van nieuwe windmolenparken. "Die komen er beter niet aan de westkust", zegt de onderzoeker. "Daar blijkt de gevoeligheid van zeevogels voor windmolenparken het grootst te zijn. Daarom is het beter om windmolenparken te bouwen op centrale en verder afgelegen wateren van de Belgische Noordzee waar de gevoeligheid voor zeevogels veel lager is."
"Het advies betekent natuurlijk niet dat windmolenparken op elke plek kunnen komen waar de gevoeligheid laag is", gaat de onderzoeker verder. "We moeten ook rekening houden met mogelijke milieueffecten op andere diersoorten en ook met andere menselijke activiteiten die daar al plaatsvinden. Het is nu aan beleidsmakers om al onze adviezen te integreren in hun ruimtelijke planning."
