8 op 10 Belgen rijden te snel in zone 30, en op snelwegen neemt aantal hardrijders zelfs nog toe

Ondanks campagnes en almaar meer snelheidscontroles blijft de Belg het gaspedaal te diep induwen, blijkt uit nieuwe snelheidsmetingen van veiligheidsinstituut Vias. In een zone 30 rijdt nog steeds acht op de tien te snel. En op wegen met een maximumsnelheid van 50 of 90 km per uur gaat het aantal hardrijders zelfs opnieuw de hoogte in.

Werner Rommers

Vorig jaar kwamen in het verkeer 521 mensen om het leven, bijna 38.000 geraakten gewond. Overdreven snelheid is daarbij één van de hoofdoorzaken. Maar toch zetten de cijfers bestuurders er niet toe aan hun snelheid te minderen, blijkt uit nieuwe snelheidsmetingen van veiligheidsinstituut Vias.

Die ging voor alle snelheidscategorieën na of chauffeurs de maximumsnelheid respecteren. Ze deed dat via metingen op 215 plaatsen verspreid over het land waar de snelheid niet wordt beïnvloed door de aanwezigheid van bijvoorbeeld flitspalen.

De cijfers zijn ontnuchterend: hoewel de situatie ten opzichte van de vorige meting iets is verbeterd, rijdt in een zone 30 maar liefst 8 op de 10 bestuurders nog steeds te snel.

Trajectcontroles

Voor wegen waar je 50 km per uur mag rijden, is de situatie zelfs verslechterd: bij de vorige meting reed 36 procent van de chauffeurs daar te hard. Dat is nu gestegen naar iets meer dan de helft. “Mogelijk speelt mee dat de voorbije jaren de snelheid op heel wat wegen van 70 naar 50 km per uur werd verlaagd”, aldus Vias. Een verlaging die nog niet ingeburgerd is.

Ook voor wegen waar je 90 km per uur mag, gaat het van kwaad naar erger: “Op 10 jaar tijd is het percentage bestuurders dat hier te hard rijdt bijna verdubbeld”, aldus Vias-woordvoerder Stef Willems. 55 procent van de passerende chauffeurs reed te vlug.

En wat met autosnelwegen? Ook daar ging het aantal chauffeurs dat sneller dan 120 km per uur reed lichtjes omhoog. Met dien verstande dat er ’s nachts minder snel wordt gereden dan overdag, blijkt uit de metingen, “mogelijk een gevolg van het doven van de verlichting ’s nachts, wat chauffeurs voorzichtiger maakt.”

Vlaanderen staat vol flitspalen en trajectcontroles, over Wallonië leeft het idee dat er zelden of nooit wordt gecontroleerd. Toch stelt Vias vast dat er weinig grote verschillen zijn tussen hoe hard er in beide landsgedeeltes wordt gereden. Behalve dan voor wegen waar je 50 per uur mag: in Wallonië lapt bijna 7 op de 10 chauffeurs die snelheidsbeperking aan zijn laars, tegen maar 4 op de 10 in Vlaanderen.

Wat er nodig is om chauffeurs beter de maximumsnelheid te laten respecteren? Zeker in het licht van de doelstelling om tegen 2030 naar een halvering te gaan van de percentages chauffeurs die te snel rijden.

247 km per uur op autosnelweg

“Er zijn verschillende zaken nodig”, beklemtoont Willems. “We moeten mensen blijven sensibiliseren over de gevaren van overdreven snelheid. De handhaving moet worden opgedreven, via extra flitspalen of trajectcontroles. Het rijbewijs met punten moet er ook komen, zodat mensen die aan de lopende band snelheidsovertredingen begaan strenger worden aangepakt.”

Maar ook de wegen zelf moeten worden aangepakt, aldus Vias. “Nog te vaak is het onduidelijk hoe snel je ergens mag rijden, bijvoorbeeld 50 of 70 km per uur. In feite zou het overal in één oogopslag duidelijk moeten zijn voor een chauffeur wat het snelheidsregime is.”

Vias hoopt dat ook rijhulpsystemen – die kunnen detecteren hoe snel je ergens mag rijden – chauffeurs er straks beter toe aanzetten om niet sneller te rijden dan toegestaan.

Dat er nog werk aan de winkel is, bewijzen de extremen die Vias optekende tijdens deze studie. Op een weg waar je 50 km per uur mag, werd bij een bestuurder een snelheid van net geen 170 km per uur vastgesteld. En op de snelweg bleek iemand zelfs 247 km per uur te rijden.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Bekijk meer ATV